zelfstandig naamwoord : enkelvoud - meervoud

Wat is het meervoud van een stoel?
1 / 10
suivant
Slide 1: Question ouverte
NederlandsLager onderwijs

Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactifs.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Wat is het meervoud van een stoel?

Slide 1 - Question ouverte

Wat is het meervoud van tafel?

Slide 2 - Question ouverte

Wat is het meervoud van kind?

Slide 3 - Question ouverte

Wat is het enkelvoud van bloemen?

Slide 4 - Question ouverte

Wat is het enkelvoud van hoeden?

Slide 5 - Question ouverte

Wat is het enkelvoud van pennen?

Slide 6 - Question ouverte

Wat is het juiste meervoud voor een kist.
A
vele kists
B
vele kistenen
C
vele kisten
D
vele kistjes

Slide 7 - Quiz

Wat is het meervoud voor een peer?
A
vele peertje
B
vele peren
C
vele perenen
D
vele peertjes

Slide 8 - Quiz

Wat is het enkelvoud voor bloemen?
A
een bloem
B
een bloempjes
C
een bloempje
D
een bloemertje

Slide 9 - Quiz

Wat is het enkelvoud voor manden?
A
een mande
B
een mandje
C
mandjes
D
een mand

Slide 10 - Quiz