Victor is een jongen. Hij kan sinds een paar dagen lopen. Daarvoor schoof hij steeds op zijn billen vooruit. Victor mag af en toe proberen om uit een beker te drinken, maar dat gaat nog niet altijd goed. Dan krijgt hij zijn drinken in een fles of een tuitbeker. Hij wil heel graag bij juf Eva, zijn lievelingsjuf, zijn. Als er een invalster op het kinderdagverblijf komt, vindt hij dat niet leuk en huilt hij heel veel.
Is Victor een baby, een dreumes, een peuter of een kleuter?
A
Baby
B
Dreumes
C
Peuter
D
Kleuter
1 / 21
suivant
Slide 1: Quiz
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3
Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs.
Éléments de cette leçon
Victor is een jongen. Hij kan sinds een paar dagen lopen. Daarvoor schoof hij steeds op zijn billen vooruit. Victor mag af en toe proberen om uit een beker te drinken, maar dat gaat nog niet altijd goed. Dan krijgt hij zijn drinken in een fles of een tuitbeker. Hij wil heel graag bij juf Eva, zijn lievelingsjuf, zijn. Als er een invalster op het kinderdagverblijf komt, vindt hij dat niet leuk en huilt hij heel veel.
Is Victor een baby, een dreumes, een peuter of een kleuter?
A
Baby
B
Dreumes
C
Peuter
D
Kleuter
Slide 1 - Quiz
cariës is....
A
een gaatje in het tandglazuur
B
het ontbreken van verstandskiezen
C
een scheefstaand gebit
D
tandsteen
Slide 2 - Quiz
Waarom is drinken uit een tuitbeker voor een dreumes niet goed? meerdere antwoorden goed!
A
slecht voor de spraak
B
slecht voor het gebit
C
staat stom
D
is echt voor baby's
Slide 3 - Quiz
Voor welke leeftijd is dit speelgoed geschikt?
2-4 jaar
6-90 jaar
10-70 jaar
Slide 4 - Question de remorquage
Welk speelgoed draagt het meeste bij aan de ontwikkeling van het kind?
A
Een duurzaam speelgoed en dus lang meegaat.
B
Speelgoed dat bijdraagt aan de ontwikkeling van de motoriek, het geheugen en de sociale aspecten.
C
Een dure speelgoed.
D
Speelgoed dat alleen bijdraagt aan de ontwikkeling van de motoriek.
Slide 5 - Quiz
verbaal
non-verbaal
Slide 6 - Question de remorquage
Is de volgende zin subjectief of objectief? Nima heeft een gele trui aan.
A
objectief
B
subjectief
Slide 7 - Quiz
Objectief of Subjectief Karlijn heeft erg leuk met de poppen gespeeld.
A
Objectief
B
Subjectief
Slide 8 - Quiz
Bram zijn ouders vinden een strenge opvoeding belangrijk. Welke opvoedstijl hoort hierbij?
A
democratische opvoedstijl
B
anti-autoritaire opvoedstijl
C
laissez faire opvoedstijl
D
autoritaire opvoedstijl
Slide 9 - Quiz
Plaats de woorden bij de juiste groep
groep 1
Lisa 13 jaar, basis
Yasmijn, 13 jaar,kader
ruby, 14 jaar, kader
Iris, 15 jaar, basis
groep 2
veerle, 15 jaar, gt
monique, 15 jaar, gt
hanneke, 15 jaar, gt
ria 15 jaar, gt
Groep 1
Groep 2
Horizontaal
Verticaal
Heterogeen
Homogeen
Slide 10 - Question de remorquage
Voorbeelden van grove Motoriek zijn:
A
Lopen, rennen, fietsen
B
Fietsen, voetballen, puzzelen
C
Rennen, Zwemmen, breien
D
Fietsen, Puzzelen, Breien.
Slide 11 - Quiz
Wanneer is het verstandig om te beginnen met tandenpoetsen?
A
Als het kind 4 jaar is
B
het kind 1 jaar is
C
als het eerste tandje doorkomt
Slide 12 - Quiz
Bij welke activiteit bevorder je de grove motoriek?
A
Fotograferen
B
Moutainbiken
C
Snapchatten
D
Tandenpoetsen
Slide 13 - Quiz
functioneel
constructief
parallel
Naast elkaar spelen zonder interactie.
Dingen zelf maken.
Speelgoed wordt normaal gebruikt.
Slide 14 - Question de remorquage
Wat is geen voorbeeld van persoonlijke verzorging
A
wassen
B
tandenpoetsen
C
haren kammen
D
boterhammen smeren
Slide 15 - Quiz
Oumaima zit in de kleuterklas. Met het buitenspelen zijn de kinderen tikkertje aan het spelen. Oumaima zegt; 'als je af bent moet je bij de zandbak zitten!'
A
Coöperatief spel
B
Constructief spel
C
Associatief spel
D
Fantasiespel
Slide 16 - Quiz
Een goed voorbeeld van imitatiespel is:
A
Met blokken bouwen
B
Tekenen en knutselen
C
Vadertje en moedertje spelen
D
Touwtjes springen
Slide 17 - Quiz
Wat is het belangrijkste waar je aan moet denken bij het verschonen van een baby?
A
Dat de luier netjes wordt opgeruimd
B
Dat de billen goed schoon zijn
C
Nooit de baby los laten of alleen laten liggen
D
De schone luier netjes omdoen
Slide 18 - Quiz
Wanneer was jij je handen als je werkt met kinderen?
A
Voor- en na elke verschoning van de baby
B
Alleen nadat je flesvoeding hebt gemaakt
C
Voor elk eigen toilet bezoek
D
Alleen als je zelf verkouden bent.
Slide 19 - Quiz
Wat zit wel in borstvoeding, maar niet in flesvoeding?