7.5 Oefening voedselweb

• Biologie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

7.5

oefening voedselweb

Is deze invloed levend of niet levend?
Hoeveelheid regen

1. Levend
2. Niet-levend

Wat zijn voorbeelden van niet-levende invloeden

1. temperatuur en licht
2. vijanden en soortgenoten
3. ziekteverwekkers en voedsel

Wanneer kunnen concurrenten op dezelfde plek leven?

1. Als ze hetzelfde voedsel op een andere manier verteren.
2. Als ze op verschillende manieren naar voedsel zoeken.
3. Als ze tussen veel verschillende soorten voedsel kunnen kiezen.

Welke zin over voedselketens is juist?

1. Elk organisme in een voedselketen heet een schakel.
2. Elk organisme in een voedselketen is een planteneter of een vleeseter.
3. Elk organisme in een voedselketen kan afbreken.

Hoe worden verschillende voedselketens die met elkaar verbonden zijn genoemd?

1. Organismen
2. Schakel
3. Voedselweb

Wat eten afvaleters?
Let op: meerdere antwoorden kunnen goed zijn!

1. afbrekers
2. gebruikers
3. makers

Hoe komt een afbreker aan voedingsstoffen?

1. Door het eten van afvaleters
2. Door het eten van gebruikers
3. Door het eten van natuurlijk afval

Waarin zetten bacteriën en schimmels de dode dieren en plantenresten om?

1. Mest
2. Mineralen
3. Voedingsstoffen

Welke leefomgeving zie je op de afbeelding hierachter?

Is deze invloed levend of niet levend?
Hoeveelheid regen

1. Levend
2. Niet-levend

Is deze invloed levend of niet levend?
'Een omgevallen boom'

1. Levend
2. Niet-levend

Is deze invloed levend of niet levend?
'Zonnestralen die op de bodem terechtkomen'

1. Levend
2. Niet-levend

Is deze invloed levend of niet levend?
'Rupsen op een stam'

1. Levend
2. Niet-levend

Consumenten (gebruikers)

Afvaleters

Reducenten

(afbrekers)

Mineralen

Producenten

(makers)

Zet de volgende organismen in de juiste volgorde om een voedselketen te vormen.

-->

T3

R9

kringloop

voedselketen

voedselweb

Maak een correcte voedselketen

Zet deze dieren in de goede volgorde van de voedselketen.

Consument van welke orde?

Vlierbes

Koolmees

Kikker

Buizerd

Vos

Wat is het voedingsniveau
van de vlierbes?

1. trofisch niveau 1 en consument 1e orde
2. trofisch niveau 1 en producent
3. trofisch niveau 2 en consument 1e orde
4. trofisch niveau 2 en producent

de koolmees:
consument van welke orde?

de kikker:
consument van welke orde?

1. 1e en 2e orde
2. 2e en 3e orde
3. 3e en 4e orde
4. 2e en 4e orde

de buizerd:
consument van welke orde?

1. 2-3-5e orde
2. 2-3-4-6e orde
3. 1-2-3-4-5e orde
4. 2-3-4-5-6e orde

de vos:
consument van welke orde?

1. 2e en 3e orde
2. 2e en 4e orde
3. 2-3-4e orde
4. 3-4-5e orde

Consumenten

Producenten

Reducenten

en producenten

Reducenten

en consumenten

Afvaleters, zoals aaskevers en pissebedden

grotendeels heterotroof

Organismen met een celwand

Eéncellige algen

HUISWERK

Bestudeer 7.5 en maak

opdrachten 1 t/m 3 en 6 en 8-9