1km Lezen H4 les 1

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Welkom!

Zorg dat je de volgende spullen voor je hebt:

• lesboek H4 lezen blz. 90
• schrift
  
• pen
• leesboek

Opening

Lesplanning

• Welkom en opening
• Boek lezen 
• Terugblik vorige les 
• Theorie inleiding, middenstuk en slot
  
• Uitleg opdrachten
• Maken opdrachten in LessonUp
• Evaluatie les 

Lesdoelen 

Ik kan de inleiding, het middenstuk en het slot van een tekst herkennen. 

https:

Zelfstandig werken 

1. Schrijf de aantekeningen op de roze dia in je schrift. 

2. Maak de startopdracht, opdracht 1 en opdracht 2 op blz. 90-93

De teksten lees je in je boek. 

De antwoorden lever je in via LessonUp. 

Controleer bij de open vragen steeds aandachtig het antwoord.

3. Lees je boek.

Inleiding, middenstuk en slot

Inleiding

• meestal één alinea
• onderwerp van de tekst
• maakt nieuwsgierig (anekdote, voorbeeld)

Middenstuk

• Het grootste gedeelte van de tekst 
• Meerdere alinea's - deelonderwerpen

Slot

• laatste alinea (soms twee alinea's)
• herhaalt hoofdzaken

Startopdracht blz. 92

Zoek de startopdracht op blz. 92. Bekijk tekst 1

Geef bij de volgende opdrachten antwoord op de vragen.  

Veel succes!

Startopdracht 1. Wat is het onderwerp van de tekst?

1. FC Amersfoort
2. gelijkspel
3. voetbalwedstrijd

Sleep de alinea's in de juiste volgorde. Wat komt eerst? Sleep die alinea/letter naar 1. 

1

2

3

4

A

B

C

D

Opdracht 1 blz. 91

De volgende vragen gaan over tekst 2 op blz. 91.

1. Waarover gaan de alinea's in het middenstuk?

1. houten schijven
2. oorsprong sjoelen
3. spelregels sjoelen

2. Welke inleiding past het best boven het middenstuk? (Lees opdracht 1 vraag 2 in je boek.)

1. A
2. C
3. B

3. Welk slot past het best onder het middenstuk? Lees opdracht 1 vraag 3 in je lesboek op blz. 91.

1. A
2. B
3. C

Opdracht 2 blz. 92

Zoek opdracht 2 op blz. 92. Bekijk tekst 3. 

Geef bij de volgende opdrachten antwoord op de vragen.  

Veel succes!

1. De bedenker van LEGO is in Nederland geboren.

1. waar
2. niet waar

2. LEGO betekent 'speel goed'.

1. waar
2. niet waar

3. De LEGO-fabriek produceert meer dan 20 miljard blokjes per jaar.

1. waar
2. niet waar

4. Wat zie je op de afbeelding bij de tekst?

5. Wat is het onderwerp van tekst 3?
Gebruik max. 7 woorden

6. Uit hoeveel alinea's bestaat de inleiding?

7. Noteer de belangrijkste zin uit de inleiding.

8. Uit hoeveel alinea's bestaat uit het slot?

9. In welke zin van het slot staat het belangrijkste nog een keer?

1. de eerste zin
2. de tweede zin

Wat betekenen deze woorden uit de tekst? Sleep de juiste betekenis bij het juiste woord. 

a levensgroot

b staatsgeheim (al. 3)

c postuur (al. 4)

d opluchting (al. 5)

e te bewonderen (al. 6)

1. geruststelling

2. iets wat niet bekend mag worden van de regering

3. lichaamsbouw

4. op ware grootte

5. te zien

11. In welke alinea staat wat de LEGO-kunstenaar lastig vond?

12. Noteer een tussenkopje dat bij alinea 3 en bij alinea 4 past.

13. Maar ik leer elk project weer bij... (al. 2) Wat heeft Denoyelle van dit project geleerd? Noteer twee dingen.

Evaluatie van de les

Wat heb je deze les geleerd?

Wat ging deze les goed?

Hoe heb je de opdrachten gemaakt?

1. Ja, het ging heel goed.
2. Ja, het ging wel.
3. Niet zo goed.
4. Het ging echt niet goed.

Welke vragen en/of tips heb je voor je docent?

Huiswerk

Leren:

Theorie blz. 90

Maken:

Aantekeningen

Je hebt opdracht 1 en 2 blz. 90 en 91 via LessonUp gemaakt. 

Wo 25 januari: Toets H3 en 4 lezen