Nova Havo 3 Hfdst. 7.3 Ioniserende straling (Vragen)

• Natuurkunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Nova Havo 3 Hfdst. 7.3 Ioniserende straling (vragen)

Nova Havo 3 Hfdst. 7.3 Ioniserende straling (vragen)

Voor het beantwoorden van de vragen ben je nodig:

-Nova 3 Havo leeropdrachtenboek Natuurkunde

-Notitieblok met pen, eventueel een rekenmachine

-Computer met internet 

Voordat je gaat beginnen!

Straling is een ingewikkeld onderwerp, als je een vraag of een onderwerp niet snapt of het misschien een beetje veel is om allemaal in een keer te begrijpen, stuur ons dan even een berichtje met jouw vraag per mail.

Dan kunnen we van alle vragen een aparte les maken.

Ook in de wetenschap zien ze dagelijks iets nieuws!

22.a. Welk soort elektromagnetische straling heeft een zwak ioniserende werking?

22. b. Wat is het verschil tussen natuurlijke en kunstmatige radioactieve stoffen?

22. c. Waarom moeten sommige werknemers altijd een dosis meter bij zich hebben?

22. d. Waarvan is het afhankelijk of de kern van een atoom stabiel is of instabiel?

22. e. Hoe verandert een atoomkern als het een alfa deeltje uitstoot (alfaverval)?

23. a. Het element koolstof komt in de natuur in verschillende vormen voor. Hoe heten de verschillende vormen van een element, zoals en ?

​12​​C

​13​​C

23. b. Het element koolstof komt in de natuur in verschillende vormen voor. Hoe noem je het getal 12 in ? Wat vertelt dit getal je over het atoom?

​12​​C

23. c. Het element koolstof komt in de natuur in verschillende vormen voor. Wat is het atoomnummer van koolstof? Wat zegt dit getal over het atoom?

23. d. Het element koolstof komt in de natuur in verschillende vormen voor. atomen en atomen zijn beide stabiel. Wat wordt hier mee bedoeld?

​12​​C

​13​​C

24. a. Bij welke vorm van radioactief verval veranderen het massagetal en het atoomnummer beiden niet?

24. b. Bij welke vorm van radioactief verval stijgt het atoomnummer met 1 en blijft het massagetal gelijk?

24. c. Bij welke vorm van radioactief verval daalt het massagetal met 4 en daalt het atoomnummer met 2?

25.a. Bij de kunstuitleen kun je kunstvoorwerpen lenen, zoals tekeningen en schilderijen. In de uitleenvoorwaarden staat dat je de voorwerpen niet zomaar ergens aan de muur mag hangen:'Probeer daglicht zo veel mogelijk te weren (met lamellen, rolgordijnen, luiken en plakfolie). Anders kunnen de kleuren ernstig verschieten.' Wat wordt bedoeld met het 'verschieten' van kleur?

25. b. Bij de kunstuitleen kun je kunstvoorwerpen lenen, zoals tekeningen en schilderijen. In de uitleenvoorwaarden staat dat je de voorwerpen niet zomaar ergens aan de muur mag hangen:'Probeer daglicht zo veel mogelijk te weren (met lamellen, rolgordijnen, luiken en plakfolie). Anders kunnen de kleuren ernstig verschieten.' Welk soort straling is de oorzaak van deze kleurverandering?

26. Welke tekening in fig. 28 stelt een kern voor?

​27​13​​Al

27. a. Leg uit welk soort straling wordt uitgezonden als lood-204 vervalt zonder in een isotoop te veranderen.

27. b. Leg uit welk soort straling wordt uitgezonden als nikkel-63 door radioactief verval verandert in koper-63.

27. c. Leg uit welk soort straling wordt uitgezonden als Radium-224 door radioactief verval verandert in Radon-220.

28. a. Zoek op internet informatie over het chemisch element Radium. Hoeveel stabiele isotopen heeft Radium?
Hoeveel instabiele isotopen heeft Radium?

28. b. Zoek op internet informatie over het chemisch element Radium.

Komt Radium ook in de natuur voor of zijn alle isotopen kunstmatig?

28. c. Zoek op internet informatie over het chemisch element Radium.

Hoe groot is het aantal protonen en neutronen in een Radium-226 kern?

28. d. Zoek op internet informatie over het chemisch element Radium.

Welke atoomsoort ontstaat bij het radioactief verval van Radium-228?

29. a. De isotopen die bij radioactief verval ontstaan, kunnen zelf ook weer radioactief zijn. Soms heb je een hele reeks radioactieve isotopen die elkaar 1 voor 1 opvolgen, totdat de laatste vervalreactie een stabiele atoomkern oplevert. In figuur 29 zie je 6 stapjes van de verval reeks waardoor Uranium-238 vervalt tot stabiel lood-206. Wat ontbreekt er bij stap 2?

29. b. De isotopen die bij radioactief verval ontstaan, kunnen zelf ook weer radioactief zijn. Soms heb je een hele reeks radioactieve isotopen die elkaar 1 voor 1 opvolgen, totdat de laatste vervalreactie een stabiele atoomkern oplevert. In figuur 29 zie je 6 stapjes van de verval reeks waardoor Uranium-238 vervalt tot stabiel lood-206. Wat ontbreekt er bij stap 3?

29. c. De isotopen die bij radioactief verval ontstaan, kunnen zelf ook weer radioactief zijn. Soms heb je een hele reeks radioactieve isotopen die elkaar 1 voor 1 opvolgen, totdat de laatste vervalreactie een stabiele atoomkern oplevert. In figuur 29 zie je 6 stapjes van de verval reeks waardoor Uranium-238 vervalt tot stabiel lood-206. Wat ontbreekt er bij stap 12?

29. d. De isotopen die bij radioactief verval ontstaan, kunnen zelf ook weer radioactief zijn. Soms heb je een hele reeks radioactieve isotopen die elkaar 1 voor 1 opvolgen, totdat de laatste vervalreactie een stabiele atoomkern oplevert. In figuur 29 zie je 6 stapjes van de verval reeks waardoor Uranium-238 vervalt tot stabiel lood-206. Wat ontbreekt er bij stap 13?

29. e. De isotopen die bij radioactief verval ontstaan, kunnen zelf ook weer radioactief zijn. Soms heb je een hele reeks radioactieve isotopen die elkaar 1 voor 1 opvolgen, totdat de laatste vervalreactie een stabiele atoomkern oplevert. In figuur 29 zie je 6 stapjes van de verval reeks waardoor Uranium-238 vervalt tot stabiel lood-206. Wat ontbreekt er bij stap 14?

30. a. Lees de tekst in onderliggende figuur, een stukje uit een uit schoolboek. Leg uit welk deeltje bij het verval van P naar Q wordt uitgezonden.

30. b. Lees de tekst in onderliggende figuur, een stukje uit een uit schoolboek. Leg uit welk deeltje bij het verval van Q naar R wordt uitgezonden.

30. c. Lees de tekst in onderliggende figuur, een stukje uit een uit schoolboek. Leg uit welke twee kernen in het rijtje P,Q,R en S isotopen zijn.

PLUS 31. a. Radon-222 ontstaat door het verval van
Radium-226. Welk soort straling wordt bij dit verval uitgezonden?

PLUS 31. b. Radon-222 ontstaat door het verval van
Radium-226. In huis is de concentratie radon-222 veel hoger dan buiten, geef hiervoor 2 oorzaken.

PLUS 31. c. Radon-222 ontstaat door het verval van
Radium-226. Radon-222 kan longkanker veroorzaken als het in de longen terechtkomt. Leg uit hoe radon-222 uit de bodem in iemands longen verzeild kan raken.

Plus 32. a. Wat is het beste als je de hoeveelheid radon-222 in je huis zo klein als mogelijk wilt houden? Is dat een houten huis of een huis van baksteen?

Plus 32. b. Wat is het beste als je de hoeveelheid radon-222 in je huis zo klein als mogelijk wilt houden? Is dat een tochtig huis of een huis met nauwelijks ventilatie?

Plus 32. c. Wat is het beste als je de hoeveelheid radon-222 in je huis zo klein als mogelijk wilt houden? Is dat een huis op de Veluwe of een huis in de Betuwe?