Zinsontleding 1

Schrijf een zin van minimaal vijf woorden over iets wat je vanochtend hebt gedaan.
1 / 13
suivant
Slide 1: Question ouverte
NederlandsMiddelbare schoolvmboLeerjaar 1

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Schrijf een zin van minimaal vijf woorden over iets wat je vanochtend hebt gedaan.

Slide 1 - Question ouverte

timer
3:00
Waar denk je aan bij het woord 'grammatica'?

Slide 2 - Carte mentale

Elke zin is opgebouwd in bepaalde vaste delen. Hoe? Ik laat het je zien.

Slide 3 - Diapositive

De persoonsvorm vinden
Maak aantekeningen in je schrift! Daarna gaan we het vinden van de persoonsvorm oefenen.

Slide 4 - Diapositive

Vanochtend ben ik naar school gefietst.
A
vanochtend
B
ben
C
ik
D
school

Slide 5 - Quiz

Ik heb een broodje kaas gegeten.
A
heb
B
ik
C
een broodje kaas
D
gegeten

Slide 6 - Quiz

Stappen van zinsontleding
1. Persoonsvorm (pv) zoeken en onderstrepen (hoe doe je dat?);
2. Zet voor en achter de pv zinsdeelstrepen;
3. Verander de volgorde van de zin. Wat kun je voor de pv zetten?;
4. Zet de zinsdeelstrepen op de juiste plaats.

Slide 7 - Diapositive

Verander de woordvolgorde van de zin over vanochtend en schrijf je nieuwe zin op.

Slide 8 - Question ouverte

Het werkwoordelijk gezegde vinden
Maak aantekeningen in je schrift! Daarna gaan we het vinden van de het werkwoordelijk gezegde oefenen.

Slide 9 - Diapositive

Vanochtend ben ik naar school gefietst.
A
vanochtend
B
ben
C
gefietst
D
school

Slide 10 - Quiz

Ik heb een broodje kaas gegeten.
A
heb
B
ik
C
een broodje kaas
D
gegeten

Slide 11 - Quiz

Doe de zinsdeelproef en noteer de pv en het wg
1. Deze tas heb ik gekregen.
2. De docent heeft de toetsen nagekeken.
3. Ik koop morgen een nieuwe smartphone.
4. De broer van Tim is smoorverliefd.
5. 's Avonds mag hij gitaar spelen.

Slide 12 - Diapositive

Wat heb je vandaag geleerd?

Slide 13 - Question ouverte