Dier klas 1

• Beeldende vorming
• Middelbare school
• mavo, havo, vwo
• Leerjaar 2

Dier - klas 2

dier

Welke dieren ken jij allemaal?

Lijmen

Ik had drie beestjes

Drie beestjes van steen

Een vogeltje

Een veulentje

Een varkentje

Ze zijn gevallen

Ze braken stuk

Ik heb ze gelijmd

’t Is bijna gelukt

Ik heb drie beestjes

Drie beestjes van steen

Een volentje

Een veukentje

Een vargeltje

gedicht: Joke van Leeuwen

Opdracht: 

Ontwerp een nieuw dier, een fantasiedier!

verschillende stappen: 

1. verzinnen

2. verzinnen: fantasie en werkelijkheid

3. onderzoek: textuur (hoe het oppervlak voelt/eruit ziet)

4. onderzoek: experimenteren met materialen 

5. kiezen en plannen

6. uitvoeren

7. exposeren

Alle dieren van de klas samen vormen een begin van een nieuw dierenrijk.

Je uiteindelijke ontwerp mag 2D of 3D uitgevoerd worden.

(ca. 7 lessen; aan het eind: grote dierenrijk-kunst-expositie!) 

Stap 1.: verzinnen

• Verzamel materiaal, woorden en beelden die jou helpen om je dier te ontwerpen.
  
• Maak een beeldende mindmap op papier en/of de computer.
• Geef daarin antwoord op de volgende vragen: zie volgende dia

Voorzie alles van de datum waarop je het gemaakt hebt.

nog steeds stap 1: verzinnen

1. Wordt het dier eng of juist schattig?
   
2. Wat zijn de eigenschappen van het dier?
   
3. Wat kan het dier allemaal?

Misschien is jouw fantasiedier wel een combinatie van verschillende dieren. Van welke?

Nog gekker:

• bekijk je schetsen
• welke vind je niet goed gelukt? -> ga daarmee aan de slag:
•  bijvoorbeeld:
• Mooiste stukje eruit knippen; daar nieuw werk van maken
• doormidden scheuren en de helften op een andere manier aan elkaar maken
• op z'n kop verder gaan.... etc. etc

aan het eind van les 1:

heb je:

• woorden en woordcombinaties die over dieren gaan
• afbeeldingen: internet en/of tijdschriften
• schetsjes en proefjes van je ideeën (veel verschillende!)

DOEL: je kunt verschillende ideeën bedenken en laten zien

vandaag (les 2 dier) Fantasie en werkelijkheid

• doorgaan met ideeën verzamelen (woord en beeld)
• precies natekenen van (delen van) dieren: bestuderen hoe ze er in het echt uit zien

Hoe?

Ga naar: https://bioportal.naturalis.nl/nl 

Typ het dier in dat je zoekt

Teken het hele dier of delen van het dier precies na

aan het eind van les 2

Kun je laten zien:

• veel verschillende ideeën 
• kleine studies (precies natekenen) van (delen van) dieren
• het verschil tussen werkelijk- en fantasiedier

Stap 2. onderzoeken

1. Eerst ga je verschillende ideeën onderzoeken (onderzoek in de breedte).

2. Dan ga je één idee uitwerken (onderzoek in de diepte). 

Je maakt schetsen, kleurproefjes en materiaalproefjes en bewaart deze allemaal!

nog steeds Stap 2.: onderzoeken

1. Onderzoek wat je in de vormgeving van jouw dier wilt laten zien. Dat betekent: hoe moet jouw dier er uit gaan zien? Welke vormen, welke kleuren, welke textuur? 

Hoe? Zoek plaatjes; maak kleine tekeningen, beschrijf

Nog steeds onderzoeken:Textuur&Structuur

textuur: hoe een oppervlak VOELT

structuur: hoe een oppervlak er uit ziet

Bijvoorbeeld: de huid of vacht van een dier

Onderzoek Structuur

Vandaag: structuren tekenen

Onderzoek Textuur

Vandaag: met materialen textuur maken

wat ga je doen?

• kies één van je ideeën
• teken de structuren van de dieren die je daarin hebt gecombineerd
• of bedenk zelf verschillende structuren
• maak met materialen verschillende texturen  

We sluiten af:

• kies je beste werkstuk van vandaag
• leg dat midden op je tafel
• ruim alles eromheen netjes op
• 
  
• waar ben je trots op?
• wat kun je goed gebruiken voor de uitvoering van je dier 

Stap 2.: onderzoeken

2. Onderzoek welk materiaal het meest geschikt is om jouw dier mee te maken.

Hoe? -> EXPERIMENTEER met verschillende materialen

De opdracht voor vandaag is:

• Kies een van je ideeën voor je fantasiedier

• Bekijk uit welke dierenonderdelen die bestaat en vraag jezelf af: met welke materialen kan ik het beste een vleugel maken, een vin, een pauwenstaart, een schubbenhuid, een …. ? (zelf de onderdelen van jouw dier invullen)

• Onderzoek ieder onderdeel apart: welk materiaal past het beste bij dat deel van je dier? (hard, glad, zacht, fluffy, pluizig, prikkelig/stekelig, enz.)

• Maak verschillende proefjes met verschillende materialen (van de delen van je dier)

Aan het eind van de les:

• Heb je een idee uitgekozen
  
• Weet je welke materialen en technieken goed/het beste passen bij jouw fantasiedier
  
• Kun je van die materialen kleine proeven laten zien van delen van je fantasiedier
  
• Je bent begonnen met de uitvoering van jouw fantasiedier

Stap 3.: kiezen en plannen

Nu ga je kiezen en plannen wat je gaat maken. 

• kies één van je ideeën/ontwerpen
• wordt het 2D of 3D?
• welke materialen gebruik je?
• met welke techniek werk je?
• maak een plan (tekst en tekeningen)

Techniek

• tekenen
• collage
• 3D opbouwen in karton eventueel gecombineerd met papier-maché, schilderen/tekenen, collage

Stap 4.: Uitvoeren

Je gaat jouw ontwerp uitvoeren. 

Uiteraard kan het nog een beetje wijzigen terwijl je het maakt.

Damsel Dragonfly

Ferdi Tajiri-Jansen 

1967

aan het eind van de les:

• heb je een idee gekozen om uit te werken
• heb je materiaal en techniek gekozen 
• heb je een plan gemaakt (tekst/tekening)
• heb je een begin gemaakt met de uitvoering van je fantasiedier 

Na vandaag heb je daar nog 3 lessen voor (10 november inleveren)

Vandaag (3 november)

• pak je werkstuk en ga rustig aan je tafel zitten; wacht op instructies (bv: Proces beoordelen!)
• docent wijst de materialen
• pak rustig de materialen die je nodig hebt
• maak een plan voor vandaag
• GO!! 

3 november

Papier maché: voor in de klas

karton: AH tas voor in de klas

allerlei materialen: voor in de klas

verf: achter in de klas (vraag je docent)

scharen en mesjes: bureau docent

lijm: kast achterin

matjes: kast achterin