6.2 en 6.4

machthebbers en cultuur
6.2 en 6.4
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisVoortgezet speciaal onderwijs

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

machthebbers en cultuur
6.2 en 6.4

Slide 1 - Diapositive

Programma
  • terugblik
  • 6.2 afmaken (uitleg)
  • filmpje met kijkvragen
  • 6.4 uitleggen
  • afsluiten  

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

De steden en gewesten werden bestuurd door de regenten; mannen uit rijke families. Elk gewest had zijn eigen bestuur:  Staten
De Regenten werkten samen in de staten Generaal; daar maakten zij beslissingen over: handel en de verdediging.

Slide 5 - Diapositive

Bestuur van de republiek
  • De gewesten nemen de beslissingen

  • De Stadhouder bevelhebber van het leger en de vloot

Slide 6 - Diapositive

Oorlogen
Door de welvaart kon de Republiek een groot en goed bewapend leger betalen. 

Dit leidde wel tot onvrede bij andere landen die ook zo machtig wilden zijn. 

Slide 7 - Diapositive

Oorlogen
Dit leidde tot oorlogen met: 

  1. Spanje (80-jarige oorlogen)
  2. Engeland (3 oorlogen)
  3. Rampjaar (Oorlog met Frankrijk, Engeland en twee Duitse Staten)

Slide 8 - Diapositive

Lodewijk XIV
Absolutisme = de vorst heeft alle macht
Hij had de macht van god gekregen en het was gods wil dat alle Fransen hem gehoorzaamden.

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

3

Slide 11 - Vidéo

01:30
Waarom was het voor vorsten van belang om grote paleizen te bouwen?

Slide 12 - Question ouverte

02:22
Leg uit hoe Lodewijk aan zijn bijnaam (le roi de soleil), de zonnekoning kwam.

Slide 13 - Question ouverte

08:07
Voor de edelen was het paleis een gouden kooi. Beargumenteer deze stelling.

Slide 14 - Question ouverte

Engeland
Strijd tussen koningen en parlement
Koningen willen absolute macht, maar parlement wil dat niet toestaan.

Het parlement won. Nederlandse stadhouder Willem III en zijn Engelse vrouw Maria werden de nieuwe vorsten. De koning moest voor belangrijke besluiten toestemming hebben van het parlement. 
Dit is ook wel de Glorius Revolution (1689)

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Welvaart en cultuur:
  • Rembrandt van Rhijn
  • opdracht: schilderen van een groep Amsterdamse burgers die lid waren van de schutterij (bewapende stadswacht.
  • 1600 gulden, enorm veel geld
  • alleen vorsten, edelen en geestelijken gaven normaal opdracht voor het maken van een schilderij. 

Slide 17 - Diapositive

De Republiek is anders: 
  • geen koning
  • katholieke kerk is verboden, maar katholieke kerk werd gedoogd (=door de vingers zien)
  • calvinisten wilden geen schilderijen in hun kerken
  • veel rijke burgers geven opdrachten aan schilders
  • portretten of scenes uit het dagelijks leven. 

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Ook andere kunst bloeit:
  • literatuur, verhalen en gedichten die bedoeld zijn als kunst
  • bouwkunst, beroemdste voorbeeld: nieuwe stadhuis van Amsterdam uit 1648, nu paleis op de dam. 

Slide 20 - Diapositive

kennis van de wereld:
  • toegenomen door Europese expansie = uitbreiding
  • vader en zoon Blaeu verzamelden aardrijkskundige informatie en verwerkten dit in kaarten en wereldbollen.
  • globes en atlassen voor de rijke burgers
  • zeekaarten en landkaarten aan reizigers
  • Atlas Major uit 1662, 9 boeken, 600 kaarten, 3000 blz. tekst 

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive


De VOC verhandelde vooral
A
Slaven
B
Aardappels
C
Kruiden
D
Maïs

Slide 23 - Quiz

Wat was de belangrijkste reden om de wereld verder te gaan ontdekken (ontdekkingsreizen)
A
Men wilde meer van de wereld leren kennen
B
Men wilde het protestantse geloof verspreiden
C
Men ging op zoek naar een route over zee naar India
D
Men wilde over zee Amerika ontdekken

Slide 24 - Quiz

vraag 4:
Waarom werd de VOC opgezet?
A
Om de compagnieën dwars te zitten
B
Om de onderlinge ruzies en teveel aan specerijen op te lossen
C
Zodat het minder druk was op zee met al die schepen
D
Omdat er een teveel aan specerijen was in Nederland

Slide 25 - Quiz

Hoort het bij de VOC of de WIC?
VOC
WIC
Indië
ruilhandel met India en Japan
slavenhandel
specerijen
suiker en tabak

Slide 26 - Question de remorquage