Minder voedsel verspillen

• Begrijpend lezen
• Basisschool
• Groep 5,6

Wat weet jij over VOEDSELVERSPILLING?

Wat doen wij

Vandaag lezen wij een informatieve tekst.

In een informatieve tekst wordt iets uitgelegd. Er staan feiten in en geen meningen.

We gaan eerst het filmpje bekijken.

Lesdoel les 1

Ik weet welke titels boven de stukjes tekst horen.

Ik kan vragen over de tekst beantwoorden.

We gaan samen de tekst lezen.

eerst lezen

Pak een potlood.

De juf leest voor.

Onderstreep woorden die je niet snapt.

Opdracht 1

Knip de titels uit en plak ze bij het juiste stukje.

Opdracht 1

Knip de titels uit en plak ze bij het juiste stukje.

Opdracht 2

beantwoord de vragen. je mag overleggen met elkaar. Daarna gaan we ze bespreken.

VRAAG 1
Lees regel 1 tot en met 3

Wat komt steeds vaker voor?

Dat er …………………………………………………………………………………………

Lesdoel les 2

Ik weet wat de moeilijke woorden betekenen en kan vragen beantwoorden over deze woorden.

We gaan samen te tekst lezen.

Juf leest een verhaal voor.

Schrijf de betekenis van de woorden op in het woordschema.

iets wat gemaakt is of op het land gegroeid is

slap hangen van een plant

minder uitgeven of gebruiken

iets weggooien wat je nog goed kunt gebruiken

het is jammer en niet nodig

rotten, vies worden omdat het te oud is

zonder gevaar

van tevoren bedenken hoe iets of iemand zal zijn

een bepaalde hoeveelheid, meestal voedsel

hoeveel ieder mens doet of krijgt

aan het werk

Snappet

Begrijpend Lezen

Week 36, Woordenschat A

Lesdoel les 3

Ik kan in een groepje een woordweb maken en vragen beantwoorden over de tekst.

We gaan samen te tekst lezen.

De groepjes

Groepje 1

Lukasz

Nadia

Nancy

Groepje 2

Filip

Yosan

Tia

Halil

Groepje 3

Rami

Fatima

Emir 1

Alexander

Groepje 4

Juanita

Julia

Emir 2

Weleson

Opdracht 1

Maak en teken een woordweb.

Lees de opdracht goed.

Opdracht 2

Je gaat samen de vragen beantwoorden. Dan moet je telkens de tekst weer goed lezen.

Juf legt het eerst uit.

Maak mooie zinnen.

Vraag 1

Je gaat samen de vragen beantwoorden. Dan moet je telkens de tekst weer goed lezen.

Juf legt het eerst uit.

Maak mooie zinnen.

Vraag 2

Je gaat samen de vragen beantwoorden. Dan moet je telkens de tekst weer goed lezen.

Juf legt het eerst uit.

Maak mooie zinnen.

Vraag 3

Je gaat samen de vragen beantwoorden. Dan moet je telkens de tekst weer goed lezen.

Juf legt het eerst uit.

Maak mooie zinnen.

Vraag 4

Je gaat samen de vragen beantwoorden. Dan moet je telkens de tekst weer goed lezen.

Juf legt het eerst uit.

Maak mooie zinnen.

Vraag 5

Je gaat samen de vragen beantwoorden. Dan moet je telkens de tekst weer goed lezen.

Juf legt het eerst uit.

Maak mooie zinnen.

Vraag 6

Je gaat samen de vragen beantwoorden. Dan moet je telkens de tekst weer goed lezen.

Juf legt het eerst uit.

Maak mooie zinnen.

Vraag 6

Je gaat samen de vragen beantwoorden. Dan moet je telkens de tekst weer goed lezen.

Juf legt het eerst uit.

Maak mooie zinnen.

Wat vond je van deze lessen?