Les 2 - Hoofdstuk 1

Mens en Activiteit


Soorten activiteiten 

Voorbereiden van activiteiten
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

Éléments de cette leçon

Mens en Activiteit


Soorten activiteiten 

Voorbereiden van activiteiten

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Deze les:

- leer je welke soorten activiteiten er zijn

- ga je zelf een activiteit voor een doelgroep bedenken





Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Soorten activiteit
Sociale activiteit = samen zijn met mensen en in contact zijn.

Recreatieve activiteit = om te kunnen ontspannen. 

Sportieve activiteit = lichamelijk in beweging zijn.

Educatieve activiteit = waar je van leert.

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 4 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Sportieve, recreatieve, educatieve of sociale activiteit?

Slide 5 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 6 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke activiteiten zie je hier?
Sportief 
Sociaal
Educatief 
Recreatief

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Groeps- of individuele activiteit
Groepsactiviteit = met meerdere

Individuele activiteit = alleen

Soms kan het ook beide zijn.

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voetballen is een...
A
individuele activiteit
B
groepsactiviteit
C
A en B zijn waar

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Kaarten is een... (meerder antwoorden mogelijk)
A
sociale activiteit
B
sportieve activiteit
C
educatieve activiteit
D
recreatieve activiteit

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 11 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Samen nakijken
1.1
1.2
1.3
1.4
1.5
1.6

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 14 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

timer
1:00

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Groep A

Starten met docent
Valentijnsdag  
15/02
Groep B

Starten in 2  groepen
Praktijkopdracht 2  blz.31

leeftijdsgroep = klasgenoten
budget = 5 euro
uitvoeren = donderdag 03/02

 

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Draaiboek

Wat is een draaiboek?
Waar gebruik je het voor?

Slide 21 - Diapositive

Wat is een draaiboek? 
een algemene benaming voor een medium/communicatiemiddel, dat refereert aan een gebeurtenis, script of evenement, waarin tot in detail beschreven staat wat er gebeuren moet, welke middelen daarvoor nodig zijn en wie welke taken heeft.

Waarom gebruik je een draaiboek?
bv:
- vooraf de werkzaamheden goed in beeld krijgen
- wie heb je allemaal nodig
- wat heb je allemaal nodig
- op het moment zelf de regie goed kunnen voeren, gaat alles nog volgens planning?
Welke onderdelen heeft een draaiboek volgens jou?

Slide 22 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Onderdelen draaiboek - de 7 W's
1. WAAROM
2. WIE
3. WAT
4. WAAR
5. WANNEER
6. WELKE manier (hoe)
7. WAT daarna

Slide 23 - Diapositive

1. WAAROM? Voor welke gelegenheid bv.? Naar aanleiding van de gevonden reden(en) bepaal je wat voor een activiteit je gaat organiseren.
2. WIE? Voor wie, welke leeftijdsgroepen wil je een activiteit gaan organiseren?
3. WAT? Wat doen? Dit heeft te maken wat voor een doelgroep c.q. leeftijdsgroep je voor ogen hebt. 
4. WAAR? Als je weet wat voor een activiteit voor wie gaat organiseren moet je gaan plannen waar je deze activiteit kunt gaan houden. Houdt hierbij rekening met de doelgroep. 
5. WANNEER? Je moet hierbij rekening houden met bijv.: (School)vakanties, beschikbaarheid van de accommodatie zelf, wordt er nog meer georganiseerd op dat moment? En houd rekening met de voorbereidingstijd die je nodig hebt!
6. WELKE manier? Hoe en op welke manier ga jij deze activiteit op dat tijdstip in die accommodatie met deze groep mensen organiseren? 
De eerste vijf W’s zijn snel te beantwoorden. Maar hoe je de activiteit gaat organiseren gaat niet zo snel. Daar komt veel meer bij kijken! Hier kom ik in de volgende sheet op terug. 
7. WAT daarna? Als de activiteit afgelopen is, is de organisatie nog niet afgelopen. Want er moet nog opgeruimd worden, maar het nabespreken (evalueren) van de activiteit is eigenlijk nog belangrijker. Waarom? Omdat je n.a.v. de evaluatie weer kunt leren voor een volgende keer. Kom ik straks op terug. 

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een doelgroep is:
meerdere antwoorden mogelijk.
A
Kinderen van groep 5
B
Baby's en ouderen
C
Brood kopen bij een bakker
D
Gehandicapten

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom
Wie
Wat 
Waar
Wanneer
Welke manier (hoe)
Wat daarna
21 augustus 2021
Evaluatie
Planning
Opening nieuw bedrijf
Gastenlijst 
Thema
Locatie 
Begroting
Hulp van derden
Voorbereidingstijd!
Andere activiteiten?
Hoe laat aanwezig?

Slide 26 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions