LESPLAN --> Zinnen maken



Welkom!


Dinsdag
16 januari
2024
1 / 38
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2MBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 38 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon



Welkom!


Dinsdag
16 januari
2024

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is het doel van de les
Zinnen maken

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe doe je dat? 

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zinnen maken op 2 manieren

  1. Normale zin
  2. Zin met inversie

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom is deze les belangrijk voor jouw beroep?

Slide 5 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat heb je nodig voor deze les?
  • Een telefoon of laptop
  • Een potlood, gum of een pen
  • Een schrift 
  • Motivatie

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Programma
  • Terugblik vorig les --> wat is een standaard zin?
  • Nieuwe leerstof --> een zin met inversie 
  • Klassikaal oefenen met Lesson up
  • Opdracht in duo's --> woordvolgorde in een zin
  • Individuele opdracht --> schrijf een e-mail
  • Evaluatie 
  • Afsluiting

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Terugblik 
EEN NORMALE ZIN BEGINT MET?

Systeem 1
  1. noem een zin met 1 werkwoord
  2. noem een zin met 2 werkwoorden

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat ga je vandaag leren? 
een zin maken met inversie 

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een zin
met inversie?

Slide 10 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Inversie
EEN ZIN MET INVERSIE BEGINT MET?

Systeem 2

  • Vandaag ga ik naar mijn oma (1 ww)
  • Vandaag wil ik boodschappen doen (2 ww)
  • In Amsterdam wonen veel mensen (1 ww)
  • In Amsterdam willen veel mensen wonen (2 ww)


Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 12 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe maak ik een normale zin

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Maak een normale zin
We gaan weer oefenen! Pak je mobiele telefoon

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Maak een normale zin:
meteen - doet - in een zak - De dief - het geld

Slide 15 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Maak een normale zin:
bij de buurvrouw - drink - Ik - elke zaterdag - een kopje koffie

Slide 16 - Question ouverte

Let op het vervoegen van het werkwoord!
Hoofdzin met inversie

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoofdzin met inversie

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Modale werkwoorden
Om zinnen met 2 werkwoorden te maken, gebruik je:
  • kunnen
  • willen
  • zullen
  • mogen
  • moeten
  • gaan
  • hebben

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Maak een zin met inversie

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

televisie
Na het eten
altijd
kijken
wij 

Slide 21 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

ik
wil
een grote reis
maken
Volgend jaar

Slide 22 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 23 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Maak een zin met inversie:
beginnen - hij - met de cursus - wil - Volgende week

Slide 24 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Maak een zin met inversie:
doen- mijn moeder - boodschappen - zal- Morgen

Slide 25 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Maak een zin met inversie:
de vrouw - in de koelkast - Vanochtend - het vlees - legt

Slide 26 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 27 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht in duo's --> A2 student:

- Maak 1 standaard zin:
  • met 1 ww

- Maak 1 zin met inversie:
  • met 1 ww


Opdracht in duo's --> B1 student:

- Maak 2 standaard zinnen:
  • met 2 ww

- Maak 2 zinnen met inversie:
  • met 2 ww


Let op de spelling en tijdsvorm

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Schrijf een e-mail

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Instructie
Wat? Schrijf een e-mail
Tijd? A2 student: 20 minuten / B1 student 10 minuten
Hoe? Schrijfopdracht ligt op jullie tafels. Individueel.
Hulp nodig? Kijk in je aantekeningen, vraag docent
Resultaat? In duo’s nakijken/feedback aan elkaar geven
Klaar? Controleer je tekst


Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een e-mail schrijven A2 (max 10 min): 
Je bent net verhuisd. Je wil graag jouw vrienden uitnodigen voor een etentje bij jou thuis. Schrijf een e-mail aan jouw vrienden.

Opdracht: 
1. nodig jouw vrienden uit
2. schrijf de datum en tijd

Een e-mail schrijven B1 (max 5 min):
Je bent net verhuisd. Je wil graag jouw vrienden uitnodigen voor een etentje bij jou thuis. Schrijf een e-mail aan jouw vrienden. 

Opdracht:
1. nodig jouw vrienden uit
2. vertel waarom je een etentje geeft
3. schrijf de datum en tijd
4. geef ook jouw nieuwe adres

Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

WIE?

Vertel aan de klas wat we gaan doen.

Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag!


Schrijfopdracht ligt op jullie tafels

Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Evaluatie
Wat heb je vandaag geleerd?
  1. wat ging goed?
  2. wat ging minder goed?
  3. wat kan beter?



Slide 34 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Tips en Tops
Heb je nog een vraag?

Slide 35 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe vond je de les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 36 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Schrijf een e-mail aan je man en vraag hem om de kinderen van school op te halen

Slide 37 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De les is klaar!
Jullie hebben hard gewerkt.

Tot volgende week!

Slide 38 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions