- Je kunt uitleggen hoe het fenotype van een organisme tot stand komt en hierbij de begrippen homozygoot, heterozygoot, dominant en recessief gebruiken
- Je kunt beschrijven hoe door recombinatie nieuwe combinaties van allelen ontstaan
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4
Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
3.2 - Genenparen
- Je kunt uitleggen hoe het fenotype van een organisme tot stand komt en hierbij de begrippen homozygoot, heterozygoot, dominant en recessief gebruiken
- Je kunt beschrijven hoe door recombinatie nieuwe combinaties van allelen ontstaan
Slide 1 - Diapositive
Leg uit wat een locus is.
Slide 2 - Question ouverte
Slide 3 - Diapositive
Leg het verschil uit tussen Heterozygoot en Homozygoot.
Slide 4 - Question ouverte
Homozygoot: DD/dd - heterozygoot: Dd
Slide 5 - Diapositive
Onvolledig dominant
Het recessieve allel komt een beetje tot uiting in het fenotype
Allelen aangegeven als superscript van een gekozen letter
Slide 6 - Diapositive
Intermediair
Geen van beide allelen is recessief, komen beide tot uiting.
Allelen worden aangegeven als superscript van een gekozen letter.
Slide 7 - Diapositive
Codominant
Beide allelen komen volledig tot uiting
Allelen aangegeven als superscript van een gekozen letter
Slide 8 - Diapositive
Recombinatie
Recombinatie is het verdelen van genotypen van een diploïde cel naar een haploïde cel.
Slide 9 - Diapositive
Wat is het verschil tussen Diploïde en Haploïde cel?
Slide 10 - Question ouverte
Recombinatie is het verdelen van genotypen van een diploïde cel naar een haploïde cel.
Recombinatie is het verdelen van genotypen van een diploïde cel naar een haploïde cel.
Slide 11 - Diapositive
Mogelijke verschillende genotypen bij recombinatie.
Mogelijke verschillende genotypen bij recombinatie.
Slide 12 - Diapositive
Handig voor...
Recombinatie is handig voor een grote 'genenpoel'. Dit houdt in dat er veel verschillende genotypes voorkomen bij een bepaalde soort.
Slide 13 - Diapositive
Waarom is het fijn om veel verschillende genotypen te hebben binnen een soort?