H9 Goederenrecht 2021 L1

1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
rechtenMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Wat weet je al over pand en hypotheek?

Slide 3 - Carte mentale

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Wat is een vordering?

Slide 6 - Question ouverte

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Sara wil een groot stuk land kopen, maar heeft onvoldoende geld. Ze sluit daarom een lening af bij een bank. Welk zekerheidsrecht zal de bank willen voor de vordering?
A
Hypotheek
B
Pand

Slide 9 - Quiz

Marc wil geld lenen van Marieke. Marieke wil wel zekerheid en vraagt daarom of ze de auto van Marc mag bewaren totdat Marc zijn lening heeft terugbetaald. Welk zekerheidsrecht wil Marieke hier vestigen?
A
Hypotheek
B
Pand

Slide 10 - Quiz

Desi wil geld lenen bij de bank voor haar bedrijf. De bank wil zekerheid voor de geldlening en vraagt om een zekerheidsrecht te vestigen op de verzameling antieke klokken die Desi bezit. Welk zekerheidsrecht wil de bank hier vestigen?
A
Hypotheek
B
Pand

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Sander leent 1000 euro van Armando. Armando wil graag een pandrecht ter zekerheid voor de vordering. Het pandrecht wordt gevestigd op de racefiets van Sander. Sander en Armando spreken af dat de fiets door Armando wordt bewaart   Wie vervult welke rol in deze casus?

Sander
Armando
Pandhouder
Pandgever
Geldgever
Geldnemer

Slide 14 - Question de remorquage

Femke en Maarten willen een huis kopen. Ze sluiten een lening af bij de ING-bank. De ING wil een hypotheekrecht op het huis van de ouders van Femke. De ouders van Femke stemmen hiermee in en vestigen het hypotheekrecht op hun huis via een notariële akte en inschrijving van de akte bij het openbaar register.
Wie is de geldgever?
A
Ouders van Femke
B
Femke en Maarten
C
Alleen Femke
D
De ING-bank

Slide 15 - Quiz

Femke en Maarten willen samen een huis kopen. Ze sluiten een lening af bij de ING-bank. De ING wil een hypotheekrecht op het huis van de ouders van Femke. De ouders van Femke stemmen hiermee in en vestigen het hypotheekrecht op hun huis via een notariële akte en inschrijving van de akte bij het openbaar register.
Wie is de geldnemer?
A
Ouders van Femke
B
Femke en Maarten
C
Alleen Femke
D
De ING-bank

Slide 16 - Quiz

Femke en Maarten willen een huis kopen. Ze sluiten een lening af bij de ING-bank. De ING wil een hypotheekrecht op het huis van de ouders van Femke. De ouders van Femke stemmen hiermee in en vestigen het hypotheekrecht op hun huis via een notariële akte en inschrijving van de akte bij het openbaar register.
Wie is de hypotheekhouder?
A
Ouders van Femke
B
Femke en Maarten
C
Alleen Femke
D
De ING-bank

Slide 17 - Quiz

Femke en Maarten willen een huis kopen. Ze sluiten een lening af bij de ING-bank. De ING wil een hypotheekrecht op het huis van de ouders van Femke. De ouders van Femke stemmen hiermee in en vestigen het hypotheekrecht op hun huis via een notariële akte en inschrijving van de akte bij het openbaar register.
Wie is de hypotheekgever?
A
De ouders van Femke
B
Femke en Maarten
C
Alleen Femke
D
De ING-bank

Slide 18 - Quiz

Slide 19 - Diapositive

Joël heeft een lening bij de Rabobank afgesloten om een huis te kopen. Daarvoor is een hypotheek gevestigd op het huis van Joël. Joël moet maandelijks een deel van de lening en rente betalen. In totaal heeft Joël 30 jaar om de lening en de rente af te betalen. Na 20 jaar kan Joël de maandelijkse aflossingen niet meer betalen. Hij heeft al meer dan de helft afgelost van zijn schuld. Wat is het gevolg?
A
Het hypotheekrecht is vervallen en de bank kan niks doen.
B
Het hypotheekrecht treedt in werking en de bank mag het huis verkopen.
C
Het hypotheekrecht is vervallen, maar de bank kan een schadevergoeding eisen.
D
Dat ligt aan wat in de leningsovereenkomst staat.

Slide 20 - Quiz

Slide 21 - Diapositive

Pand en hypotheek zijn ondeelbaar.
Pand en hypotheek zijn absolute rechten 
Pand en hypotheek zijn afhankelijke rechten
Pand- en hypotheekhouders zijn separatist
Pand- en hypotheekhouders hebben het recht van parate executie
Pas als de hele vordering, inclusief rente, is terugbetaald vervalt het pand- of hypotheekrecht
Gelden ten opzichte van iedereen. 
Pand en hypotheek kunnen niet bestaan zonder vordering.
Bij een faillissement mogen ze handelen alsof er geen faillissement heeft plaatsgevonden.
Mogen het recht uitvoeren zonder toestemming van de rechter.

Slide 22 - Question de remorquage