7.2 De lever

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo t, mavo
• Leerjaar 4

7.2 

De lever

- Je kunt de functies van de lever benoemen.

- Je kunt omschrijven wat hepatitis is.

Functies van de lever

1. Het glucosegehalte van het bloed constant houden (via opslag of omzetting glycogeen).
2. Bewerken van voedingsstoffen (het maken van nieuwe eiwitten en stollingseiwitten).
3. Produceren van gal (gal emulgeert vetten).
4. Afbreken van afvalstoffen, uitscheiding via gal en darm.
5. Afbreken van overtollige eiwitten waarbij ureum ontstaat. Uitscheiding via de nieren.
6. Afbreken van gifstoffen en uitscheiding via de nieren.

Neem over in je schrift!

Gal emulgeert vet.
Wat betekent dat ?

1. Gal breekt vet af tot vetzuren
2. Gal maakt van grote vetdruppels kleine vetdruppels
3. Gal breekt zetmeel af tot glucose
4. Gal maakt kleine bolletjes van zetmeel.

Insuline

• teveel glucose in bloed: alvleesklier maakt hormoon insuline. 
• insuline: glucose wordt omgezet in glycogeen en opgeslagen in de lever en spieren.
  

Werking insuline

Glucacon

• te weinig glucose in bloed: alvleesklier maakt hormoon glucacon. 
• Glucagon zet glycogeen weer om in glucose. Glucose komt dan vrij uit de lever en spieren.
  

Insuline en glucagon

Opdracht 4 - blz 146 werkboek

Regeling bloedsuiker                   

Vul in bij de nummers:

• insuline
• glucagon
• glucose
• glycogeen
• lever
• alvleesklier
• stimuleert glycogeen opbouw
• stimuleert glycogeen afbraak
• bloedsuikerspiegel gaat omlaag
• bloedsuikerspiegel gaat omhoog
• stimuleert opname van glucose in de cellen

Regeling bloedsuiker                   

1 = lever
2 = alvleesklier

3 = glucagon

4 = insuline

5 = glycogeen
6 = glucose
7 = bloedsuikerspiegel gaat omhoog

8 = bloedsuikerspiegel gaat omlaag

9 = stimuleert glycogeen afbraak
10 = stimuleert glycogeen opbouw
11 = stimuleert opname van glucose in

       de cellen

Virussen

HUISWERK

Bestudeer 7.2 en

maak opdracht 5-6-7