Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 40 min
Éléments de cette leçon
12.4 Regeling glucoseconcentratie
Slide 1 - Diapositive
Deze les
- 12.4 Regeling glucoseconcentratie
- Oefeningen
- Werken aan verslag Amylase proef
Slide 2 - Diapositive
Leerdoel 12.4
Je leert hoe de regeling van het glucosegehalte in je bloed verloopt.
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Bloedsuikerspiegel
Insuline: wordt afgegeven door de bètacellen bij een hoge bloedsuikerspiegel. Bevordert opname van glucose in cellen. Spieren en lever nemen glucose op en vormen glycogeen. Bloedsuikerspiegel daalt
Glucagon: wordt afgegeven door de alphacellen bij een lage bloedsuikerspiegel. Lever zet glycogeen om in glucose. Bloedsuikerspiegel stijgt
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Insuline: opname glucose cellen
1. insuline bindt aan receptoren
2. In cel hechten fosfaatgroepen aan receptor
3. cascade can reacties
4. blaasjes met glucosepoortjes versmelten met celmembraan
5. Glucosemoleculen stromen de cel in.
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Adrenaline
Adrenaline: stresshormoon, wordt aangemaakt door de bijnieren (die BINAS 89A).
Zorgt voor extra afbraak glycogeen door de lever: extra glucose beschikbaar in het bloed voor vechten of vluchten.
Slide 10 - Diapositive
https:
Slide 11 - Lien
Welke namen kun je bij hormoon 1 schrijven?
A
insuline
B
glucagon
C
glycogeen
D
adrenaline
Slide 12 - Quiz
Hoe veranderen de hormoonconcentraties van insuline en glucagon in het bloed na een maaltijd?
Slide 13 - Question ouverte
Wat gebeurt er met de osmotische waarde van cellen wanneer zij glucose zouden opslaan in plaats van glycogeen?
Slide 14 - Question ouverte
Slide 15 - Vidéo
Lees blz. 142 "Suikerziekte"
Slide 16 - Diapositive
Eén van de symptomen van suikerziekte kan zijn dat de patiënten veel plassen. Hoe komt dit? Gebruik in je antwoord de termen 'osmotische waarde van de urine' en 'osmotische waarde van het bloed'.