Klas 4B, T11, paragraaf 1, bloed

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo, mavo
• Leerjaar 2

Thema 11

Transport en afweer

Thema 11

Transport en afweer

Paragraaf 1

Bloed

Doen vandaag:

• introductie thema 11, paragraaf 1, bloed

Doel van de les

• 11.1.1 Je kunt de bestanddelen van bloed noemen.
  
• 11.1.2 Je kent de kenmerken en functies van bloedplasma.
  
• 11.1.3 Je kent de kenmerken en functies van bloedcellen en bloedplaatjes.
  
• 11.1.4 Je kunt uitleggen wat leukemie is.(SE)

Feitje: 

Een volwassen mens heeft vijf tot zes liter bloed in zijn lichaam. Het bloed vervoert stoffen en warmte door het lichaam.

Begrippen paragraaf 1

Bloedplasma

rode bloedcellen

witte bloedcellen

leukemie

bloedplaatjes

2 min

Samenstelling bloed

=vloeistof

Bloedplasma

Vervoert stoffen van en naar de cellen

Zorgt voor een constante lichaamstemperatuur

Bijv. fibrinogeen

Bijv. antistoffen

Antistoffen

Zijn eiwitten die het lichaam beschermen tegen infecties.

Bijv. fibrinogeen

Rode bloedcellen

Ronde bloedcellen zonder celkern; vervoeren zuurstof.

Ze ontstaan in het rode beenmerg uit stamcellen. 

Witte bloedcellen

Hebben wel een celkern.

Geen vaste vorm.

Kunnen door de kleinste openingen in de wanden van bloedvaten heen. 

Typen witte bloedcellen

• witte bloedcellen die dode celresten opruimen

• witte bloedcellen die antistoffen maken tegen ziekteverwekkers

• witte bloedcellen die bacteriën doden

Witte bloedcel die een bacterie dood. De witte bloedcellen gaan hierbij  ook dood.  De etter (pus) uit een wond bestaat uit dode witte bloedcellen en gedode bacteriën. 

Leukemie

In het beenmerg kan leukemie ontstaan: Een vorm van kanker

Doordat de witte bloedcellen niet goed worden gemaakt, kunnen ze niet goed tegen ziektes vechten. 

Bloedplaatjes

Delen van cellen zonder celkern; belangrijk voor de bloedstolling.

Bloedstolling.

hetklokhuis.nl

Huiswerk

Deze week lees en maak je paragraaf 11.1

opdracht 1-7.

Bekijk ook de filmpjes bij de paragraaf voor extra uitleg!