5.1 warmtebronnen

Welkom Vrijdag 7 april
Planning vandaag
  • Vragen?
  • Starten met hoofdstuk 5
  • Theorie
  • Aan de slag
Neem plaats (volgens de plattegrond)

Tas op de grond

Telefoon of pc heb je nodig voor het inloggen bij ItsLearning.


Praktijktoets Elektriciteit:
na de meivakantie
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

Welkom Vrijdag 7 april
Planning vandaag
  • Vragen?
  • Starten met hoofdstuk 5
  • Theorie
  • Aan de slag
Neem plaats (volgens de plattegrond)

Tas op de grond

Telefoon of pc heb je nodig voor het inloggen bij ItsLearning.


Praktijktoets Elektriciteit:
na de meivakantie

Slide 1 - Diapositive

Wat weet je al of nog?
Inloggen met je eigen naam en 
maximaal 2 icoontjes (plaatjes)
timer
2:00
Let op de timer!

Slide 2 - Diapositive

§5.1 Warmtebronnen
Aan het eind van deze les weet je 
- wat warmtebronnen zijn
- wat verbranding is
- wat ontbrandingstemperatuur is
- het reactie schema is van verbranding en hoe ik deze (CO2 en H2O) gassen kan aantonen
- wat het broeikaseffect is, oorzaak en gevolg
- wat de invloed is van meetbereik op nauwkeurigheid bij een thermometer
- hoe je een thermometer moet aflezen

Slide 3 - Diapositive

Welke warmtebronnen heb je thuis?

Slide 4 - Question ouverte

Wat zjn fossiele brandstoffen?

Slide 5 - Question ouverte

Een warmtebron maakt warmte

Slide 6 - Diapositive

Wat zouden we met chemische energie bedoelen?
A
Warmte
B
Batterijen
C
Brandstof
D
Liefde tussen personen

Slide 7 - Quiz

Warmte is ook energie

Slide 8 - Diapositive

Omzetten in warmte

Slide 9 - Diapositive

Hier wordt ...........energie omgezet in warmte.

Slide 10 - Question ouverte

Welke voorwaarden zijn er nodig om brand te krijgen

Slide 11 - Question ouverte

Verbranding
Wat heb je nodig voor een verbranding?
  • Brandstof (hout, fossiele brandstoffen)
  • Zuurstof
  • Ontbrandingstemperatuur

Welke soorten verbrandingen zijn er?
Onvolledige verbranding
  • Te weinig zuurstof
  • Ontstaat roet + koolstofmonoxide (CO)

Volledige verbranding
  • Genoeg zuurstof
  • Ontstaat waterdamp + koolstofdioxide



O2+brandstofH2O+CO2
O2
H2O+CO2

Slide 12 - Diapositive

Bij een gele vlam is er voldoende of onvoldoende zuurstof?
A
Voldoende
B
Onvoldoende
C
Zuurstof heeft geen rol bij de verbranding

Slide 13 - Quiz

Het broeikaseffect
Fossiele brandstoffen verbranden -> Toename koolstofdioxide
Warmtestraling van de aarde kan niet meer weg.

 

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo

Het broeikaseffect
Broeikaseffect:
Het tegenhouden van warmtestraling door broeikasgassen.

Versterkt broeikaseffect:
De laag broeikasgassen wordt dikker, waardoor er meer warmte blijft hangen op aarde. 

Slide 16 - Diapositive

Gevolgen van de klimaatverandering
IJsmassa's (gletsjers, poolijs) smelten sneller.

Waterpeil in rivieren en zeeën zal stijgen.

Meer droogte
Meer woestijnen
Meer bosbranden
Uitsterven van diersoorten

Slide 17 - Diapositive

Hoe kun je een huis verwarmen?

Slide 18 - Question ouverte

Verwarmen van een huis 
  1. Zonnepanelen
    Zonnecollectoren zette warme zon-energie om in elektriciteit
  2. Aardwarmte of geometrie
    Gebruik maken van de warme aardkorst, die water opwarmt, hoe dieper hoe warmer. Hoge investeringskosten. Alternatief de warmtepomp.
Alternatieven voor fossiele brandstoffen
Warmtepomp:
Bevat vloeistof met laag kookpunt, deze wordt verwarmd door warmte uit de aarde. Vloeistof verdampt; wordt samengedrukt in compressor. Druk en temperatuur van de damp stijgt en wordt afgegeven aan water van de cv.
Temperatuur water cv stijgt, temperatuur vloeistof daalt, condenseert van gas naar vloeistof in een condensor en het proces begint opnieuw

Slide 19 - Diapositive

Verwarmen van een huis 
  1. Afvalwarmte.
    Bij productie van elektriciteit wordt deze warmte als verwarming gebruikt
  2. Warmtekrachtkoppeling
    Kleine elektriciteitscentrales in een gebouw: elektriciteit en warmte
Alternatieven voor fossiele brandstoffen
Bij transport van warmte gaat er snel veel warmte verloren

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Hoe lees je een thermometer af?
1. Tussen welke twee getallen staat de vloeistof?
2. Hoeveel streepjes staan er tussen de twee getallen?
3. Hoeveel graden Celsius  is dat?
4. Hoeveel stappen staat de vloeistof vanaf het laagste getal van stap 1?
5. bereken het aantal graden celcius
  1.  Tussen 20 en 30
  2.  10 stappen
  3.  10:10= 1
  4.  3 stappen
  5. 20 +(3*1) = 23 graden celcius

Slide 22 - Diapositive

Wat is het meetbereik van de thermometer?
A
0 tot 50 graden Celsius
B
100 graden Celsius
C
- 50 tot + 50 graden Celsius

Slide 23 - Quiz

§5.1 Warmtebronnen
Je weet: 
- wat warmtebronnen zijn
- wat verbranding is
- wat ontbrandingstemperatuur is
- het reactie schema is van verbranding en hoe ik deze (CO2 en H2O) gassen kan aantonen
- wat het broeikaseffect is, oorzaak en gevolg
- wat de invloed is van meetbereik op nauwkeurigheid bij een thermometer
- hoe je een thermometer moet aflezen

Slide 24 - Diapositive

Huiswerk Havo/VWO

Doorlezen 5.1
Maken 5.1 Opgave 1 t/ m 11
Huiswerk TL

Doorlezen 5.1
Maken 5.1 Opgave 1 t/m 22

Slide 25 - Diapositive

Maken
Opdrachten §5.1
Ga naar magister
leermiddelen
vmbo kgt nova

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Vidéo

water verwarmen

Slide 28 - Diapositive

1 liter en 400ml water wordt verwarmt.
Hoe ziet de grafiek er uit van 1L ten opzicht van de 400ml
A
steiler en korter
B
steiler maar langer
C
vlakker en korter
D
vlakker en langer

Slide 29 - Quiz

Als je 200ml en 400ml water verwarmt. Welke van deze twee is het snelst warm?
A
200 ml
B
400 ml

Slide 30 - Quiz

chemische,- naar elektrische energie

Slide 31 - Diapositive