2 kader 2.1 en 4.1 fictie

4.1 Fictie


Pecha Kucha............
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

Cette leçon contient 12 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

4.1 Fictie


Pecha Kucha............

Slide 1 - Diapositive

Leestips !!
En op blz. 20

Slide 2 - Diapositive

De volgende begrippen moeten aan bod komen:

1. Omslag / afbeelding van het boek (schrijver, titel, afbeelding).
2. Schrijver
3. Uitgever en andere titels van de schrijver
4. Plot van het boek (waar gaat het over)
5. Titelverklaring
6. Hoofdpersoon
7. Bijfiguren
8. Tijd (welke periode, flashbacks, spanning, vooruitblikken)
9. Plaats (waar speelt het zich af, omgeving, plek)
10. Mening (in beeld uitdrukken dus)

Slide 3 - Diapositive

Aantekeningen Fictie
Fictie:  verzonnen verhalen
      Ze kunnen realistisch zijn, ofwel 'net echt'.               (voorbeeld)
      Of niet-realistisch: Kan in het echt niet gebeuren. (voorbeeld)
               
Non-fictie: alles wat niet verzonnen is. 

Slide 4 - Diapositive

Aantekeningen Personages
Hoofdpersoon:  je komt er veel over te weten.
      Wat hij/zij denkt of voelt
      Karaktereigenschappen en wat hij/zij doet
      Hoe hij/zij eruit ziet
      Waar hij/zij woont en met wie. 
             
Bijpersonen: je krijgt veel minder informatie

Slide 5 - Diapositive

Aantekeningen Spanning 
Wat zorgt voor spanning in een verhaal? 

  • Het verhaal roept spanningsvragen bij je op.
  • Het speelt zich af in een spannende omgeving.
  • Gebeurtenissen worden uitgesteld.
  • Cliffhanger aan eind van een hoofdstuk
               

Slide 6 - Diapositive

Aantekeningen Beoordeling
Beoordelen en beoordelingswoorden
  • Je geeft je mening
  • Je vertelt met beoordelingswoorden waarom je dit vindt.
         
Voorbeelden van beoordelingswoorden:.....................      

Slide 7 - Diapositive

Voorbeelden beoordelingswoorden


Slide 8 - Diapositive

4.1 Verhaallijnen 
Tekst 1: Luister maar...
Welke beoordelingswoorden kies jij bij dit fragment? 

Slide 9 - Diapositive

4.1 Verhaallijnen 
Tekst 1 en 2 
Opdracht 2-3-4
Klaar? 
Omschrijf kort waar het boek over gaat (plot) 
Welke personages kun je noteren?
In welke tijd speelt het verhaal?
Waar speelt het verhaal zich af? (plaats)
timer
1:00

Slide 10 - Diapositive

4.1 
-opdracht 7 en beoordelingswoorden
-tekst 2 en spanningsvragen
-lesdoelen behaald? 

Slide 11 - Diapositive

2.1 Tekst 3 
Luistervraag:
Welke beoordelingswoorden kies jij bij dit fragment?


Maak opdracht: 7-8-9

Slide 12 - Diapositive