Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Woordenschat HAVO NN6 §1 t/m §3
Waarom woordenschat?
1 / 35
suivant
Slide 1:
Carte mentale
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5,6
Cette leçon contient
35 diapositives
, avec
quiz interactifs
.
La durée de la leçon est:
50 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Waarom woordenschat?
Slide 1 - Carte mentale
Wat is de betekenis van 'vermaard'?
A
onaardig
B
beroemd
C
eenvormig
D
niet vastliggend
Slide 2 - Quiz
Wat is de betekenis van 'vitaliteit'?
A
levenskracht
B
gezond
C
elastisch
D
zeer duidelijk
Slide 3 - Quiz
Wat is de betekenis van 'gestoeld op'?
A
zittend
B
gewezen op
C
gebaseerd op
D
op elkaar afgestemd
Slide 4 - Quiz
Wat is de betekenis van 'leek'?
A
academici
B
plek
C
deskundige
D
niet-deskundige
Slide 5 - Quiz
Wat is de betekenis van 'coöperatie'?
A
samenwerking
B
bedrijf
C
toegankelijkheid
D
betrekkelijk
Slide 6 - Quiz
Wat is de betekenis van 'jegens'?
A
omdat
B
vanwege
C
tegenover
D
zoals
Slide 7 - Quiz
Wat is de betekenis van 'pseudoniem'?
A
terugval
B
enig in zijn soort
C
alleenrecht
D
schuilnaam
Slide 8 - Quiz
Wat is de betekenis van 'selectief'?
A
van belang
B
verstandelijk
C
kritisch uitkiezend
D
willekeurig
Slide 9 - Quiz
Wat is de betekenis van 'kwalificatie'?
A
enig in zijn soort
B
geschiktheid
C
regelmatigheid
D
diploma
Slide 10 - Quiz
Wat is de betekenis van 'rationeel'?
A
verstandelijk
B
onverstandig
C
overeenkomst
D
beredeneerd
Slide 11 - Quiz
Wat is de betekenis van 'ad rem'?
A
gepast, gevat
B
ongepast
C
onaardig
D
voor dit doel
Slide 12 - Quiz
Wat is de betekenis van 'recessie'?
A
pauze
B
vooruitgang
C
stilstand
D
neergang
Slide 13 - Quiz
Wat is de betekenis van 'transparant'?
Slide 14 - Question ouverte
Wat is de betekenis van 'autodidact'?
Slide 15 - Question ouverte
Wat is de betekenis van 'expliciet'?
Slide 16 - Question ouverte
Wat is de betekenis van 'ad rem'?
Slide 17 - Question ouverte
Maak een zin met het woord 'polygamie' waaruit de betekenis van dit woord blijkt.
Slide 18 - Question ouverte
Maak een zin met het woord 'alibi' waaruit de betekenis van dit woord blijkt.
Slide 19 - Question ouverte
Maak een zin met het woord 'primair' waaruit de betekenis van dit woord blijkt.
Slide 20 - Question ouverte
Maak een zin met het woord 'illustratief' waaruit de betekenis van dit woord blijkt.
Slide 21 - Question ouverte
Welk begrip betekent 'let goed op'?
A
nota bene
B
cum suis
C
corpus delicti
D
cum laude
Slide 22 - Quiz
Welk begrip betekent 'meteen, op staande voet'?
A
sub rosa
B
stante pede
C
status quo
D
tabula rasa
Slide 23 - Quiz
Wat betekent 'Carpe diem'?
Slide 24 - Question ouverte
Wat betekent 'Nomen est omen'?
Slide 25 - Question ouverte
Wat betekent 'Pecunia non olet'?
Slide 26 - Question ouverte
rampzalig
verschijnsel
onverschillig
verzachtend
denigrerend
verderfelijk
platvloers
eufemistisch
kwalijk
banaal
fenomeen
catastrofaal
nonchalant
Slide 27 - Question de remorquage
Maak een zin met het woord 'aanzienlijk' waaruit de betekenis van dit woord blijkt.
Slide 28 - Question ouverte
Maak een zin met het woord 'gedateerd' waaruit de betekenis van dit woord blijkt.
Slide 29 - Question ouverte
bijna niet
plotseling
wezenlijk
in grote lijnen
verwoestend
gezichtspunt
zeer druk
destructief
globaal
abrupt
hectisch
amper
essentieel
Slide 30 - Question de remorquage
Maak een zin met het woord 'prikkelbaar' waaruit de betekenis van dit woord blijkt.
Slide 31 - Question ouverte
Maak een zin met het woord 'overmatig' waaruit de betekenis van dit woord blijkt.
Slide 32 - Question ouverte
verbieden
doelmatig
kort en bondig
onevenwichtig
onderbouwen
trend
wereldwijd
labiel
mondiaal
tendens
staven
in de ban doen
beknopt
Slide 33 - Question de remorquage
Wat vind je het moeilijkst?
A
woordjes en betekenissen verbinden
B
zinnen maken met woorden
C
Latijnse begrippen en uitdrukkingen
D
de betekenis geven van woorden
Slide 34 - Quiz
Hoe kun je dit het beste leren?
Slide 35 - Carte mentale
Plus de leçons comme celle-ci
H2J 28 januari 2019
Janvier 2019
- Leçon avec
21 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Woordenschat les 7 herhaling en bronvermelding
Avril 2024
- Leçon avec
22 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Quiz woordenschat H3 & H4
Février 2021
- Leçon avec
22 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Toets in PWW1 V4
Octobre 2017
- Leçon avec
14 diapositives
Oefenen met woordenschat 1V
Avril 2024
- Leçon avec
14 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
oefenen SO OT blok 1 en 2 (rvl)
Novembre 2023
- Leçon avec
44 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 2
Oefenen met woordenschat 1HV
Avril 2023
- Leçon avec
14 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
2V: Oefenen met woordenschat
Avril 2023
- Leçon avec
11 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1