TL-3 - 1.5 Voedselkringloop (kort)

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k, t
• Leerjaar 3

Planning

Huiswerk controleren

Herhaling 1.4 

Theorie 1.5

Video

Pak opdracht 1.4: Opdracht 14 erbij

Antwoord

1 Een bacteriecel heeft een celwand en een dierlijke cel niet.

2 De bacteriecel heeft geen celkern en een dierlijke cel wel.

3 De bacteriecel heeft zweepharen en een dierlijke cel niet

Een bacterie:

1. bestaat uit een bacteriekolonie
2. bestaat uit een klein groepje cellen
3. bestaat uit 1 cel
4. is geen cel

Een bacterie heeft:

1. wel een celkern - wel een celwand - wel bladgroenkorrels
2. wel een celkern - wel een celwand - GEEN bladgroenkorrels
3. GEEN celkern - wel een celwand - GEEN bladgroenkorrels
4. GEEN celkern - wel een celwand - wel bladgroenkorrels

Bacterië-cel zonder celkern

Schimmel-cel  met celkern

Schimmelcellen hebben geen...

1. celwand
2. bladgroenkorrel
3. celkern
4. cytoplasma

Schimmelcel

Plantencel (met bladgroenkorrels)

Bacterien en schimmels voeden zich door

1. Direct planten / dierenresten te eten
2. Verteringssappen toevoegen aan planten / dierenresten
3. Celdeling
4. Verteringssappen van planten en dieren te drinken

Dit is een

1. Plantencel
2. Dierencel
3. Bacterie
4. Schimmelcel

Dit is een

1. Plantencel
2. Dierencel
3. Bacterie
4. Schimmelcel

Dit is een

1. Plantencel
2. Dierencel
3. Bacterie
4. Schimmelcel

Dit is een

1. Plantencel
2. Dierencel
3. Bacterie
4. Schimmelcel

Paragraaf 1.5 Voedselkringloop

Leerdoelen

(1) Jullie kunnen uitleggen hoe de vier rijken met elkaar samenwerken

(2) Jullie kunnen aan elkaar uitleggen hoe de voedselkringloop werkt (benoem producenten, consumenten, afvaleters en reducenten)

Kijkvraag

Hoe noem je de strijd om voedingsmiddelen tussen organismen?

Voedselkringloop

Ene soort voedsel voor de ander

Welke organismen worden als eerst gegeten?

Planten

Planten maken hun eigen voedsel. Dit proces heet:

A: Nutrientenproductie

B: Fotsynthese

C: Voedselsynthese

D: Mineralenproductie

Planten maken hun eigen voedsel. Dit proces heet:

A: Nutrientenproductie

B: Fotsynthese

C: Voedselsynthese

D: Mineralenproductie

Plantenresten

• Kunnen dieren / schimmels / bacterien voedsel maken?
• Nee, hebben geen bladgroenkorrels
• Daarom eten ze plantaardig materiaal

Wat moet er op het vraagteken staan?

A: Zuurstof (O2)

B: Stikstof (N2)

C: Koolstofmonoxide (CO)

D: Koolstofdioxide (CO2)

?

Wat moet er op het vraagteken staan?

A: Zuurstof (O2)

B: Stikstof (N2)

C: Koolstofmonoxide (CO)

D: Koolstofdioxide (CO2)

Maken

Opdracht 1 t/m 7

Voedsel kringloop

• Vier rijken zijn van elkaar afhankelijk
• Producenten: maken voedingsstoffen
• Consumenten: gebruiken voedingsstoffen
• Afvaleters: eten dode resten
• Reducenten: breken op moleculair niveau resten af tot mineralen
• Mineralen bouwstoffen voor planten

Consument

         ?

afvaleters

Mineralen

Reducent

Consument

        Producent

afvaleters

Mineralen

Reducent

Producenten

• Produceren betekent maken
• Producent:
• Een plant is een producent, omdat het zelf zijn voedsel kan maken ( fotosynthese) 
• Glucose = suiker = voeding

Consumenten

• Consumeren betekent gebruiken
• Een dier is een consument, het eet andere dieren of planten om energie te krijgen

Afvaleters

• Dode resten van organismen kunnen worden gegeten door afvaleters

• De afvaleters zijn net als alle andere dieren consumenten in de voedselketen

Reducenten

• Bacteriën en schimmels ruimen dode organismen op. -> reducenten
• Hierbij komen voedingsstoffen vrij

Welke groep organismen staan altijd aan het begin van een voedselketen? Leg uit

1 Hand omhoog: Producenten

2 Handen omhoog: Consumenten

Madeliefjes zijn...........

1 Hand omhoog: Producenten

2 Handen omhoog: Reducenten

Een wasbeer is een?

1 Hand omhoog: Consument

2 Handen omhoog: Reducent

Opdracht bij video

(1) Pak pen en papier

(2) Teken voedselkringloop van de Organismen uit de video

(3) Zet erbij of het gaat om een: producent, consument, reducent of afvaleter

Organismen: konijn, schimmel/bacterie, kevers / spinnen, planten, rups, koolmees, roofvogel

Maken 

1.5: opdracht 9 t/m 13

Huiswerk: opdracht 1 t/m 13