Quiz H2 Tussen koning en kiezer

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Tussen koning en kiezer

Quiz Hoofdstuk 2

Wat willen de Liberalen?

1. Zo min mogelijk bemoeienis van de overheid
2. Meer invloed van de kerk
3. Algemeen Kiesrecht
4. Meer invloed van de koning

Waarom werd Willem II in 1848 "in één nacht, van conservatief tot liberaal"?

1. Hij zag in dat verandering beter was voor Nederland.
2. Hij wilde aardiger gevonden worden.
3. Hij wilde een revolutie ontketenen.
4. Hij was bang zijn koningschap te verliezen.

De koning(in) is onschendbaar betekent:

1. Ministers verantwoordelijk zijn voor wat de koning zegt of doet.
2. Ministers zijn verantwoordelijk voor goed bestuur
3. De koning heeft heel veel invloed.
4. Ministers zijn alleen verantwoordelijk voor zichzelf.

Recht van initiatief

1. Recht om een wetsvoorstel te wijzigen
2. Recht om zelf een wetsvoorstel in te dienen.
3. Recht om een begroting goed/af te keuren
4. Recht om een minister te bevragen.

Recht van amendement

1. Recht om een wetsvoorstel te wijzigen
2. Recht om zelf een wetsvoorstel in te dienen.
3. Recht om een begroting goed/af te keuren
4. Recht om een minister te bevragen.

VÓÓR 1848

VANAF 1848

Koning heeft alle macht

Ministeriële 

verantwoordelijkheid

Constitutionele monarchie

Parlementaire democratie

Koning is onschendbaar 

De ARP werd opgericht door:

1. katholieken
2. liberalen
3. protestanten
4. socialisten

RKSP bij welke politieke stroming?

1. Socialistisch
2. Confessioneel
3. Liberaal
4. Conservatief

In welke kwestie gingen de
ARP en RKSP samenwerken?

1. schoolstijd
2. kiesstrijd
3. mobilisatie
4. revolutie

Wat is de schoolstrijd?

1. De strijd om het openen van bijzonder onderwijs
2. De strijd om het sluiten van bijzonder onderwijs
3. De strijd om het recht op subsidie voor bijzonder onderwijs
4. De strijd om het recht op subsidie voor openbaar onderwijs

Wat is de sociale kwestie?

1. Het probleem dat arbeiders niet mochten stemmen.
2. Het probleem van de slechte leef- en werkomstandigheden van de arbeiders.
3. Het probleem dat er kinderen moesten werken.
4. Het probleem dat mensen niet sociaal deden tegen elkaar.

Wat is censuskiesrecht?

1. Stemrecht voor mannen
2. Stemrecht voor mensen die % belasting betalen
3. Stemrecht voor liberalen
4. Stemrecht voor mensen van 18 jaar en ouder

Wat betekenen de letters SDAP?

1. Sociaal Democratische Arbeiderspartij
2. Sociaal Duitse Arbeiderspartij
3. SpeciaalDemocratische Arbeiderspartij
4. Sociale Directeuren Arbeidersoverleg Partij

Waarom zaten er lang geen socialisten in de Nederlandse regering?

1. De socialisten waren net opgericht en moesten nog bekend worden.
2. Mensen dachten dat de socialisten gevaarlijk waren
3. De koning wilde niet dat er socialisten macht zouden krijgen.
4. Er was censuskiesrecht, daardoor mochten alleen de 'rijken' stemmen.

Wat hield de pacificatie van 1917 in?

1. Einde van WOI in Nederland
2. Invoering van algemeen vrouwenkiesrecht
3. Algemeen mannenkiesrecht en de betaling van bijzonder onderwijs
4. Algemeen kiesrecht en betaling van bijzonder onderwijs

Wat is het feminisme?

1. Een stroming voor de gelijkheid voor mannen en vrouwen.
2. een stroming voor de gelijkheid van mannen.
3. een stroming die vecht voor gelijkheid van geloof
4. Een stroming wat er voor zorgt dat mannen meer verdienen.