WK16 EN 2k2 Flashback

Planning 14-4 t/m 17-4
Hallo 2K2,
Bijna iedereen is lekker bezig in het online boek. Steeds meer mensen sturen me een berichtje als ze uitleg nodig hebben. Heel goed!
Deze week gaan we herhalen wat we de afgelopen weken hebben geoefend. Maak de flashback van unit 5 (sla de selftest nog even over!) 
Ik zet alle grammatica nog even op een rijtje. Bekijk dus alle slides!
Veel succes!
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare school

Cette leçon contient 14 diapositives, avec diapositives de texte et 6 vidéos.

Éléments de cette leçon

Planning 14-4 t/m 17-4
Hallo 2K2,
Bijna iedereen is lekker bezig in het online boek. Steeds meer mensen sturen me een berichtje als ze uitleg nodig hebben. Heel goed!
Deze week gaan we herhalen wat we de afgelopen weken hebben geoefend. Maak de flashback van unit 5 (sla de selftest nog even over!) 
Ik zet alle grammatica nog even op een rijtje. Bekijk dus alle slides!
Veel succes!

Slide 1 - Diapositive

Past simple
Regel bij gewone zinnen
werkwoord + ed
voorbeeld: call - called
                        move - moved
Regel bij ontkennende zinnen:
didn't + hele werkwoord
Voorbeeld: didn't bake
                        didn't laugh
Regel bij vragende zinnen:
Did + hele werkwoord
voorbeeld: Did they wash ...... ?


Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Slide 5 - Vidéo

Slide 6 - Vidéo

Present perfect
Regel bij gewone zinnen:
Have of has + voltooid deelwoord
Voorbeeld: He has told a joke.

Regel bij ontkennende zinnen:
Haven't of hasn't + voltooid deelwoord
voorbeeld:I haven't walked home.

Regel bij vragende zinnen:
Have of has vooraan de zin zetten. Verderop komt dan het voltooid deelwoord.
Voorbeeld: Have we watched a comedy show?
Hou Vol! Je bent er bijna!

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

Slide 9 - Vidéo

Goed bezig!
Hou vol :)
Nog 1 stukje 
grammatica

Slide 10 - Diapositive

Plaats van bijwoorden
Bijwoorden  geven aan hoe vaak je iets doet:

always = altijd
usually = meestal
often = vaak
sometimes = soms
never = nooit

Slide 11 - Diapositive

Bijwoorden hebben een vaste plaats in de zin.

1. Als er am, are, is, was of were in de zin staat dan komt het bijwoord daar achter.
Voorbeeld: My teacher is often angry.

2. Als er geen am, are, is, was of were in de zin staat dan komt het bijwoord voor het belangrijkste werkwoord in de zin.
Voorbeeld: You usually drink milk in the morning.

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Vidéo

Dit was alle grammatica. Vergeet niet de andere oefeningen ook te maken (woordjes, onregelmatige werkwoorden, zinnetje enzovoort). Veel succes!

Slide 14 - Diapositive