H3 water - Herhaling
1 / 21
La durée de la leçon est: 40 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
De overgang van water als ijs naar vloeibaar water, noemen we ...
A
Verdamping
B
Condensatie
C
Smelten
D
Stollen
Slide 2 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
De overgang van vloeibaar water naar water in de vorm van gas, noemen we ...
A
Verdamping
B
Condensatie
C
Smelten
D
Stollen
Slide 3 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
De overgang van water als gas naar vloeibaar water, noemen we ...
A
Verdamping
B
Condensatie
C
Smelten
D
Stollen
Slide 4 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 5 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Korte waterkringloop
Lange waterkringloop
Grondwater
Neerslag
Verdamping
Condenseren
Slide 6 - Question de remorquage
nu kun je je kennis testen.
Hoeveel procent van het aardoppervlak bestaat uit water?
A
40% water, 60% land
B
50% water, 50% land
C
60% water, 40% land
D
70% water, 30% land
Slide 7 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Hoeveel % van het water op de wereld is zoet?
A
2,5%
B
5%
C
7,9%
D
10,4%
Slide 8 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Hoeveel % van het zoete water is toegankelijk voor de mens?
A
1%
B
7%
C
9%
D
11%
Slide 9 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Het meeste water op aarde is …………............ Voor drinkwater zijn wij aangewezen op ……………
Vloeibaar zoet water kun je indelen in:
1............................
2............................
Zoet water komt ook voor in vaste vorm. Water zit dan opgeslagen in:
1...............................
2...............................
zoet water
zout water
grondwater
oppervlaktewater
gletsjer
landijs
Slide 10 - Question de remorquage
Cet élément n'a pas d'instructions
De hoeveelheid water die een gebied binnenkomt en uitgaat, noem je ...
A
Waterbalans
B
Nuttige neerslag
C
Waterkringloop
Slide 11 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Al het water in de grond is vernieuwbaar water. Goed of fout?
A
Goed
B
Fout
Slide 12 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Water in een aquifer is een voorbeeld van niet-vernieuwbaar water.
A
goed
B
fout
Slide 13 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 14 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Hoeveel procent van de wereldbevolking woont aan rivieren/de kust?
A
50%
B
60%
C
70%
D
80%
Slide 15 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Hoe komt een gebied aan water?
Hoe gaat water een gebied weer uit?
Nuttige neerslag
Uitstroom in zee
Verdamping
Aanvoer van water uit andere gebieden
Fossiel water
Gebruik door de mens
Slide 16 - Question de remorquage
Cet élément n'a pas d'instructions
Wat hoort hier NIET tussen?
A
Het versterkte broeikaseffect verminderen
B
Een vestigingsbeleid waarbij mensen zo veel mogelijk geweerd of verplaats worden uit risicogebieden.
C
Drinkwater en voedsel veiligstellen na eventuele overstromingen
D
Ruimte voor de rivier maken
Slide 17 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Welke kleur op de kaart geeft een groot watertekort aan?
A
Rood
B
Oranje
C
Blauw
D
Wit/geel
Slide 18 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Er is in een gebied te weinig geïnvesteerd in om het wel aanwezige water bij de bewoners te brengen.
A
Fysiek watertekort
B
Naderend watertekort
C
Economisch watertekort
Slide 19 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Duurzaam waterbeheer
Niet duurzaam waterbeheer
Hergebruik water
Gebruik vernieuwbaar water
Gebruik van fossiel water
Oppervlakte irrigatie
druppel irrigatie
Meer water gebruiken dan er wordt aangevuld
Slide 20 - Question de remorquage
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 21 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
