4.4 Hulp bij zwangerschap

Herhaling
Hormonen
1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Herhaling
Hormonen

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de functie van FSH
A
Aanmaken LH door hypofyse
B
Zorgen voor een ovulatie
C
Ontwikkelen van de eicellen en zaadcellen
D
Alleen stimuleren van de follikel

Slide 2 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de functie van LH?
A
zorgt dat bij een zwangerschap in de eerste 3 maanden het gele lichaam niet vergaat
B
bevordert en handhaaft de secundaire geslachtskenmerken
C
stimuleert de eisprong en de vorming progesteron bij de vrouw en testosteron bij de man
D
stimuleert de rijping van eicellen en zaadcellen

Slide 3 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk hormoon hoort bij bewering 1 en welke bij bewering 2?

1. Dit hormoon houdt het baarmoederslijmvlies in stand na de eisprong.
2. Tot 3 maanden zwangerschap wordt dit hormoon door de placenta
afgegeven.
A
1= HCG 2= oestrogeen
B
1= oestrogeen 2= HCG
C
1= HCG 2= progesteron
D
1= progesteron 2= HCG

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Positieve of negatieve terugkoppeling?
A
positief want er staan meer plusjes dan minnetjes
B
negatief want hormoon Q remt via via zijn eigen aanmaak
C
positief want hormoon P en Q stimuleren beide iets

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wordt de concentratie oxytocine tijdens de bevalling vooral geregeld door positieve of negatieve terugkoppeling?
A
positieve terugkoppeling
B
negatieve terugkoppeling
C
Daar kun je niets over zeggen

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wanneer een vrouw moeilijk zwanger wordt, kan dit komen door te weinig (1), waardoor er geen eisprong plaatsvindt. Uit de urine van zwangere vrouwen kan het hormoon (2) gehaald worden, waarmee de vrouw behandeld kan worden.
A
(1) oestogeen (2) HCG
B
(1) LH (2) FSH
C
(1) LH (2) HCG
D
(1) HCG (2) LH

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

4.4 Hulp bij zwangerschap
IVF en ICSI
prenatale diagnostiek
Ongeslachtelijke en geslachtelijke voortplanting

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

2

Slide 9 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

01:52
één van de twee hormonen is een GNRH remmer, deze zorgt ervoor dat er geen vroegtijdige eisprong plaatsvindt. Welk hormoon is het andere hormoon?
A
LH
B
FSH
C
oestrogeen
D
progesteron

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

02:02
Welk hormoon wordt geïnjecteerd vlak voordat de eicellen uit de eierstok worden gehaald?
A
FSH
B
LH
C
HCG
D
Progesteron

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is prenatale diagnostiek? 
Prenatale diagnostiek is het opsporen van aangeboren of erfelijke afwijkingen bij het ongeboren kind. Dit onderzoek kan worden aangevraagd als er sprake is van een verhoogde kans op een erfelijke afwijking die met prenatale diagnostiek aangetoond kan worden. 





Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Prenatale diagnostiek
Onderzoek naar de gezondheid van het embryo /  de baby
DNA van het kind
10 weken vlokkentest
12 weken NIPT test
16 weken vruchtwaterpunctie
19 weken navelstreng punctie

Echoscopie --> o.a. nekplooimeting

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

prenatale diagnostiek- nekplooi meting

Hoe dikker de nekplooi hoe groter de kans op een kind met down syndroom (trisomy 21)

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

prenatale diagnostiek- vlokkentest. 
In week 16 kan met een vruchtwaterpunctie cellen uit het vruchtwater gehaald. Van deze cellen kan dan een DNA analyse worden gedaan om zo erfelijke ziekten op te sporen.

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

prenatale diagnostiek- NIPT (Niet Invasieve Prenatale Test)
Bij een NIPT test wordt het DNA materiaal van de foetus niet uit de baarmoeder gehaald, maar uit het bloed van de moeder. In dit DNA wordt dan gezocht naar eventuele trisomieën

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 17 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke prenatale onderzoek(en) geven risico voor de baby?
A
Echo en NIPT
B
NIPT en vlokkentest
C
Vlokkentest en vruchtwaterpunctie
D
Echo en vruchtwaterpunctie

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Kloneren
Kunstmatig zorgen voor nakomelingen die allemaal hetzelfde genotype hebben, noemt men kloneren.

Bekende manieren:
embryosplitsing
celkerntransplantatie

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Klonen

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Sommige plantensoorten kunnen 'kiezen' om zich geslachtelijk of ongeslachtelijk voort te planten. Wanneer zal een plant kiezen voor geslachtelijke voortplanting?
A
Wanneer de omstandigheden ideaal zijn
B
Wanneer de omstandigheden ongunstig zijn
C
Wanneer de genetische diversiteit afgenomen is
D
Wanneer de plant teveel mutaties heeft

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Abortus

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Abortus
- Tot 7e week is abortuspil mogelijk
- Tot 13e week zuigcurettage 
- Tot 23e week is abortus mogelijk via heftige ingreep
- Abortus is gratis en kan worden gedaan in abortuskliniek
- Meningen over abortus zijn verdeeld

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een abortus moet kunnen zonder voorwaarden (zonder 'goede' reden)
Duidelijk eens
Eens
Geen mening
Oneens
Duidelijk Oneens

Slide 24 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

De vrouw alleen moet beslissen over het wel of niet plegen van abortus
Duidelijk eens
Eens
Geen mening
Oneens
Duidelijk Oneens

Slide 25 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Om overbevolking tegen te gaan, moet de overheid abortus kunnen verplichten (bijvoorbeeld wanneer een stel al teveel kinderen heeft).
eens
oneens
anders...

Slide 26 - Sondage

klinkt absurd. weet iemand waarom ik deze stelling erin heb zitten?
Abortus moet mogelijk zijn wanneer de moeder door omstandigheden niet kan zorgen voor het kind.
eens
oneens
anders...

Slide 27 - Sondage

Wat voor omstandigheden kun je bedenken? Tellen financiële omstandigheden ook mee?

Ben je van mening veranderd over bepaalde onderwerpen vandaag? Wat voor dingen heb je gehoord die je nog niet wist / verbaasden?


Abortus moet mogelijk zijn wanneer het kind is verwekt bij seksueel geweld.
eens
oneens
anders...

Slide 28 - Sondage

Wanneer is iets seksueel geweld?

Kan het ook seksueel misbruik zijn als de vrouw geen stop zegt?
Abortus moet mogelijk zijn wanneer er ernstige aangeboren afwijkingen bij het kind worden vastgesteld.
eens
oneens
anders...

Slide 29 - Sondage

Wat versta jij onder ernstige aangeboren afwijkingen?

Wat als het kind bijvoorbeeld het syndroom van Down heeft? Er zijn genoeg mensen die daarmee worden geboren en een gelukkig leven hebben.
Abortus moet mogelijk zijn wanneer de moeder door zwangerschap gevaar loopt.
eens
oneens
anders...

Slide 30 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions