4.3 Hormonen regelen de start van de puberteit 4H 2122

Paragraaf 1 Dierenwelzijn
4.3 Hormonen regelen de start van de puberteit
1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Paragraaf 1 Dierenwelzijn
4.3 Hormonen regelen de start van de puberteit

Slide 1 - Diapositive

Doel 4.3
Je leert hoe geslachtshormonen de ontwikkeling van de voortplantingscellen beïnvloeden
Je leert hoe geslachtshormonen de menstruatiecyclus beïnvloeden
Je leert hoe hormonen de bevalling beïnvloeden

Slide 2 - Diapositive

Hormonen
Hypothalamus: hormoonklier in de hersenen
Hypofyse: centrale hormoonklier 

Vanaf de puberteit: de hypofyse produceert
FSH (follikel stimulerend hormoon) en
LH (luteïniserend hormoon).

Slide 3 - Diapositive

Moet ik dit leren?
Hormoonklieren en de hormonen die ze maken, inclusief de werking van de hormonen staan in Tabel 89A.

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Omschrijf de zin "aanzetten tot secretie van testosteron" in je eigen woorden

Slide 6 - Question ouverte

Slide 7 - Diapositive

= LH
Negatieve terugkoppeling

Vergelijk dit plaatje met Bron 18 in je boek.

Slide 8 - Diapositive

Negatieve terugkoppeling

Vergelijk dit plaatje met BINAS 89C.

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Omschrijf de zin "proliferatie van het baarmoederslijmvlies" in je eigen woorden

Slide 11 - Question ouverte

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Dag 1: start menstruatie.

FSH stijgt en stimuleert de rijping van nieuwe follikels.

Slide 14 - Diapositive

Rijpende follikels geven oestrogenen af.


Slide 15 - Diapositive

Rijpende follikels geven oestrogenen af.

Boven een drempelwaarde stimuleren oestrogenen LH 

-> piek in LH 

Slide 16 - Diapositive

Door de piek in LH volgt de ovulatie.

Gele lichaam (overgebleven, 'lege' follikelcellen) geven progesteron af.


Slide 17 - Diapositive

Oestrogenen stimuleren de groei van het baarmoederslijmvlies, progesteron zorgt voor goede doorbloeding.
Progesteron remt de afgifte van LH en FSH.

Slide 18 - Diapositive

Gele lichaam verschrompeld en geeft geen progesteron meer af:
LH en FSH worden niet meer geremd en Menstruatie (afstoten baarmoederslijmvlies).

Slide 19 - Diapositive

Zwangerschap
De placenta geeft HCG af.
Dit hormoon zorgt er voor dat het gele lichaam niet verschrompelt. Het gele lichaam blijft Progesteron maken en LH en FSH blijven geremd (dus geen menstruatie en geen nieuwe follikelrijping).
Na drie maanden neemt de placenta de vorming van progesteron en oestrogenen over.

Slide 20 - Diapositive

=LH

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Bevalling/ geboorte
Ontsluiting (start van de bevalling): 
hypofyse maakt oxytocines aan -> samentrekken baarmoederwand (ontsluitingsweeën).
Vruchtvliezen breken en vruchtwater loopt weg.
Uitdrijving: na volledige ontsluiting: persweeën.
Nageboorte: Naweeën zorgen voor verwijderen placenta, vruchtvliezen en navelstreng.

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Omschrijf de zin "contractie baarmoederwand" in je eigen woorden

Slide 25 - Question ouverte

Slide 26 - Vidéo

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive

Doel 4.3
Je hebt geleerd hoe geslachtshormonen de ontwikkeling van de voortplantingscellen beïnvloeden
Je hebt geleerd hoe geslachtshormonen de menstruatiecyclus beïnvloeden
Je hebt geleerd hoe hormonen de bevalling beïnvloeden

Slide 31 - Diapositive

Begrippen 4.3
hypofyse, FSH, LH, hormonen, menstruatiecyclus, follikels, geslachtshormonen, oestrogenen, oestradiol, baarmoederslijmvlies, ovulatie, gele lichaam, progesteron, cellen van Leydig, testosteron, HCG, oxytocine, ontsluitingsweeën, uitdrijving, persweeën, nageboorte, naweeeën

Slide 32 - Diapositive

Huiswerk
In de online methode/ boek
Kies een leerweg (default B).
Maak 4.3: 3 t/m 4 en 6 t/m 13

Maak een samenvatting van de paragraaf.
Aandacht voor de begrippen.

Slide 33 - Diapositive