5.3: De kerk in de late middeleeuwen

5.3: De kerk in de late middeleeuwen
1 / 35
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 35 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

5.3: De kerk in de late middeleeuwen

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we doen?
  • Leerdoelen 5.2 nabespreken
  • Leerdoelen 5.3
  • 3 dingen die je al weet van de christelijke kerk in de vroege   ME
  • Uitleg 5.3
  • Wat heb je geleerd? wat wil je nog weten?
  • Huiswerk

Slide 2 - Diapositive

Welke sociale lagen waren er in een middeleeuwse stad?

Slide 3 - Question ouverte

Hoe heetten de verenigingen van ambachtslieden?

Slide 4 - Question ouverte

Noem 2 redenen voor het oprichten van gilden

Slide 5 - Question ouverte

Welke stadsrechten kocht de burgerij?

Slide 6 - Question ouverte

Hoe heet de baas van de rechtbank?

Slide 7 - Question ouverte

Noem bestuurstaken van de schout en de schepenen

Slide 8 - Question ouverte

Leerdoelen van 5.3: je kunt
  • beschrijven wat de christelijke kerk belangrijk vond en hoe   christenen leefden in de late middeleeuwen

  • beschrijven hoe de christelijke kerk was georganiseerd.

  • uitleggen hoe de christelijke kerk omging met mensen  met een ander geloof

Slide 9 - Diapositive

Wat weet je al van
de christelijke kerk
in de middeleeuwen?

Slide 10 - Carte mentale

Geloven in de middeleeuwen
steden lieten met hun kerk zien hoe rijk en godsdienstig ze waren, kerken werden daardoor steeds groter en mooier.

1) Geloven in de middeleeuwen (boek blz. 75)
Europa: bijna iedereen waas christelijk
Leider: de Paus - woont in Rome

Belangrijkste regel in de kerk
Leef volgens de reels van de kerk, anders kom je na je dood in de hel.
Zondaar: iemand die zich niet houdt aan de regels van de kerk
Zonden goedmaken: 'goede werken' doen

Slide 11 - Diapositive

Zieken helpen

Slide 12 - Diapositive

Welke zonden ken je?

Slide 13 - Carte mentale

Geloven in de middeleeuwen
steden lieten met hun kerk zien hoe rijk en godsdienstig ze waren, kerken werden daardoor steeds groter en mooier.

1) Geloven in de middeleeuwen (boek blz. 75)
BIDDEN = Vragen om hulp of bescherming van god of een                           heilige
Heilige
iemand die dood is, maar veel voor het geloof heeft gedaan
kan wonderen verrichten

BEDEVAART =  naar een heilige plek reizen
Bede: komt van 'bidden'
Vaart: komt van 'reis'


Slide 14 - Diapositive

Heilige: Maria
Hier afgebeeld: de aartsengel die Maria vertelt dat ze zwanger is van God (want Jezus zit in haar buik)

Slide 15 - Diapositive

Bedevaartsoord grot van Lourdes

Slide 16 - Diapositive

Geloven in de middeleeuwen
steden lieten met hun kerk zien hoe rijk en godsdienstig ze waren, kerken werden daardoor steeds groter en mooier.

2) De organisatie van de kerk (boek blz. 76)
  • Kerken waren groot en versierd
  • Gelovigen betaalden daarvoor
  • In elke stad een grote kerk

Slide 17 - Diapositive

De Dom van Utrecht
Dit is de Dom van Utrecht.
De bouw begon in 1254 en duurde meer dan 100 jaar.
De toren is 107 meter hoog.
Gebouwd voor de  bisschop van Utrecht.
Hij was de baas van de kerkprovincie Utrecht = ongeveer de bovenste helft van Nederland

Slide 18 - Diapositive

Geloven in de middeleeuwen
steden lieten met hun kerk zien hoe rijk en godsdienstig ze waren, kerken werden daardoor steeds groter en mooier.

2) De organisatie van de kerk (boek blz. 76)

Slide 19 - Diapositive

Geloven in de middeleeuwen
steden lieten met hun kerk zien hoe rijk en godsdienstig ze waren, kerken werden daardoor steeds groter en mooier.

3) Mensen met een ander geloof (boek blz. 77)




Rond 11e eeuw leven kerkleiders als rijke vorsten
Kritiek van gelovigen:
Zij willen dat geestelijken eenvoudig moeten leven, zoals Jezus deed
2 soorten reacties:
1) Sommigen gingen heel eenvoudig leven in een klooster, maar bleven bij de katholieke kerk
2) Anderen keerden zich tegen de kerk. Bijv. de Katharen

Slide 20 - Diapositive

Geloven in de middeleeuwen
steden lieten met hun kerk zien hoe rijk en godsdienstig ze waren, kerken werden daardoor steeds groter en mooier.

3) Mensen met een ander geloof (boek blz. 77)




Hoe reageerde de kerk op de gelovigen met kritiek?
Elke christen die anders dacht dan de kerk was een KETTER
Ketters werden door de kerk vervolgd. 
(= opgepakt en gestraft)

ketter op de brandstapel

Slide 21 - Diapositive

Geloven in de middeleeuwen
steden lieten met hun kerk zien hoe rijk en godsdienstig ze waren, kerken werden daardoor steeds groter en mooier.

3) Mensen met een ander geloof (boek blz. 77)




Hoe reageerde de kerk op mensen met een ander geloof?
Joden
Christenen vielen joden aan want zij hadden jezus vermoord
De kerk deed daar niets tegen
Moslims
Heersten in Palestina; daarom konden christen niet op bedevaart 
Paus stuurt er christenen heen om de moslims weg te jagen = kruistochten

Slide 22 - Diapositive

Kruis is symbool van het christendom.

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Vidéo

Waarom wilde de paus dat christenen op kruistocht gingen?

Slide 25 - Question ouverte

Wanneer waren de kruistochten?
A
0-500
B
0-1500
C
500-1000
D
1000-1500

Slide 26 - Quiz

Welke stad was een favoriete bestemming voor de Kruistochten?
A
Istanboel
B
Beiroet
C
Jeruzalem
D
Mekka

Slide 27 - Quiz

Hoe noem je de kerk in de stad waar de bisschop woonde?
A
Grote Kerk
B
Kathedraal
C
Pinakels
D
Gotiek

Slide 28 - Quiz

Late middeleeuwen:
A
De verspreiding van het christendom in geheel Europa
B
De kruistochten

Slide 29 - Quiz

Wie was de baas van de katholieke kerk?
A
De Koning
B
Bisschop
C
Priester
D
De Paus

Slide 30 - Quiz

Mensen met kritiek op de kerk werden ....... genoemd
A
Heidenen
B
Ongelovigen
C
Ketters

Slide 31 - Quiz

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd

Slide 32 - Question ouverte

Stel 1 vraag over iets dat je deze les nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 33 - Question ouverte

Begrippen

  • katholieke kerk
  • zonde
  • heilige
  • bedevaart
  • bisdom
  • bisschop
  • kathedraal
  • ketterij
  • kruistocht

Slide 34 - Diapositive

Huiswerk voor na de vakantie:
  • Lees  paragraaf 5.3 
  • Maak van paragraaf 5.3 alle opdrachten (memo online)
  • Maakk 5.3: Test jezelf
  • Leer van 5.3 alle begrippen online met de flitskaarten

Slide 35 - Diapositive