Peergoup experience ouderavond HB

PEERGROUP EXPERIENCE
HB ouderavond 2024
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 15 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

PEERGROUP EXPERIENCE
HB ouderavond 2024

Slide 1 - Diapositive

In deze peergroup experience..
... doen wij een deel van de werkvormen met u als ouder, die wij in de peergroup met de leerlingen gebruiken

Slide 2 - Diapositive

 Executieve functies/ vaardigheden
Het zijn de denkprocessen die nodig zijn om eigen handelen te plannen, controleren en aan te sturen.  

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Ontwikkeling
Bevinden zich in de prefrontale cortex, ontwikkelt zich tot circa 25 jaar.

Kenmerken goed ontwikkelde executieve vaardigheden zijn doelgericht gedrag, efficiënt handelen en sociaal aangepast gedrag.

Bij sommige leerlingen, waaronder hoogbegaafde kinderen,  kan de ontwikkeling vertraagt verlopen.


Slide 6 - Diapositive

Werkvormen executieve vaardigheden
  • Middels het spelen van spellen bespreken we de executieve vaardigheden die daarbij aan bod komen (met de auto metafoor).
  • We evalueren vervolgens met de leerlingen hoe het ging.
  • We laten de leerlingen de vaardigheden koppelen aan voorbeelden uit het dagelijks leven/ school. 

Slide 7 - Diapositive

Werkvorm tellen
Jullie moeten gezamenlijk, hardop, van 1 tot en met 20 tellen. 
Regels:
Ga in een kring staan.
Er is geen vast volgorde.
De personen direct naast jou mogen niet na jou (er moet minstens een persoon tussen zitten). 
Je mag niet tegelijk praten, dan beginnen jullie weer bij 1.
Je mag niet praten (behalve het tellen) of op andere wijze communiceren.


Slide 8 - Diapositive

Nabespreken werkvorm tellen
Bekijk de auto metafoor.

Welke executieve vaardigheden kwamen in dit spel naar voren?
Welke gingen goed? Welke niet?
Kun je een voorbeeld noemen in het dagelijks leven / met school? Wie herkent dit ook?

Volgehouden aandacht – Het vermogen om de aandacht erbij te houden: ondanks afleidingen, vermoeidheid of vervelingen.
Reactie (of respons)-inhibitie – Het vermogen om na te denken voor je iets doet.
Metacognitie – Het vermogen om een stapje terug te doen om jezelf en de situatie te overzien, om te bekijken hoe je een probleem aanpakt; het gaat daarom om zelfmonitoring en zelfevaluatie.



Slide 9 - Diapositive

Werkvorm boodschappenbingo
Jullie krijgen zo een bingokaart te zien met daarop 9 afbeeldingen van boodschappen.
Je krijgt 45 seconden om deze afbeeldingen te onthouden.












Slide 10 - Diapositive

Werkvorm boodschappenbingo
Jullie krijgen zo een bingokaart te zien met daarop 9 afbeeldingen van boodschappen.
Je krijgt 1 minuut om deze afbeeldingen te onthouden.






Slide 11 - Diapositive

Werkvorm boodschappenbingo
Teken/ schrijf de 9 boodschappen op de lege bingokaart (eventueel: noem ondertussen de maanden vh jaar in omgekeerde volgorde op)

benodigdheden: pen/ potlood en papier met lege bingokaart











Slide 12 - Diapositive

nabespreken boodschappenbingo
Benoem hoe jij de plaatjes hebt onthouden. Welke trucjes heb je hiervoor?
Kun je een voorbeeld noemen in het dagelijks leven / met school? Wie herkent dit ook?
Bekijk de auto metafoor. Welke executieve vaardigheden kwamen in dit spel naar voren?
Welke gingen goed? Welke niet? 


Auto metafoor:
Organisatie, het vermogen om dingen volgend een bepaald systeem te arrangeren of te ordenen.
(Werkgeheugen, het vermogen om informatie uit je geheugen vast te houden tijdens de uitvoering van complexe taken)











Slide 13 - Diapositive

Werkvorm rinks en lechts
Speel samen het spel Rinks en Lechts 

Regels:
Volg de aanwijzingen (naar links of rechts) op het middelste kaartje. Start bij de politieagent met hetzelfde symbool.
Roep het symbool van het kaartje vd agent waarbij je uitkomt. Ben je de eerste dan krijg je het kaartje, had je het verkeerd dan lever je een eerder gewonnen kaartje in.













Slide 14 - Diapositive

Nabespreken rinks en lechts
Bekijk de auto metafoor.

Welke executieve vaardigheden kwamen in dit spel naar voren? 
Welke gingen goed? Welke niet?
Kun je een voorbeeld noemen in het dagelijks leven / met school? Wie herkent dit ook?













Slide 15 - Diapositive