Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
Lees hoofdstuk 1 par 1 t/m 4 en par 2.4 in stilte
timer
15:00
Slide 1 - Diapositive
Tijdsvolgorde
Je krijgt een paragraaf toebedeeld. Schrijf gebeurtenissen op....
Slide 2 - Diapositive
Waarom groeide steden aan het begin van de 20e eeuw snel?
A
Mensen woonde liever in de stad
B
Door de komst van de industrie was er veel werk in de stad
C
Veel mensen werkten voor de overheid in de stad
D
Alleen in de stad konden mensen met auto's rijden
Slide 3 - Quiz
Bekijk de kaart goed. Welk jaartal past bij deze kaart?
A
1848
B
1871
C
1914
D
1917
Slide 4 - Quiz
Wat is geen gevolg van de moderne massasamenleving rond 1900?
A
Verzuiling
B
Emancipatie van de vrouw
C
Ontkerkelijking
D
Veel technologische ontwikkelingen
Slide 5 - Quiz
Wat is propaganda?
A
Leugens vertellen om mensen te indoctrineren
B
Reclame maken voor politieke ideeën
C
Het verbieden van bepaalde publicaties
D
Jouw ideologie mooier maken dan het is
Slide 6 - Quiz
In landen waar oorlog was gevoerd lagen veel gebieden in puin.
A
directe oorzaak
B
indirecte oorzaak
C
direct gevolg
D
indirect gevolg
Slide 7 - Quiz
Door het nationalisme waren veel mensen bereid om te vechten (en sterven) voor hun land
A
directe oorzaak
B
indirecte oorzaak
C
direct gevolg
D
indirect gevolg
Slide 8 - Quiz
Deze gebeurtenis is
A
Een indirecte oorzaak van WO I
B
Een gevolg van WO I
C
De aanleiding van WO I
D
Een directe oorzaak van WO I
Slide 9 - Quiz
Met welke oorzaak van W.O.I heeft de afbeelding te maken?
A
Militarisme
B
Bondgenootschappen
C
Wapenwedloop
D
Nationalisme
Slide 10 - Quiz
Bij welk verschijnsel uit W.O.I past de foto?
A
wapenwedloop
B
Nationalisme
C
Centralen
D
Natiestaat
Slide 11 - Quiz
Koppel elke afbeelding aan een van de oorzaken van de Eerste Wereldoorlog.
militarisme
modern imperialisme
nationalisme
bondgenoot-
schappen
Slide 12 - Question de remorquage
Welke oorzaak van de Eerste Wereldoorlog verklaart het best waarom mannen uit Brits-Indië in Frankrijk zijn?
A
nationalisme
B
militarisme
C
modern imperialisme
D
bondgenootschappen
Slide 13 - Quiz
propaganda
totale oorlog
propaganda en totale oorlog
Slide 14 - Question de remorquage
Welke afspraak in het Verdrag van Versailles zal een Duitse nationalist het ergst hebben gevonden?
A
grondgebied en koloniën afstaan
B
klein leger en geen vloot en luchtmacht
C
geen militairen vlakbij Frankrijk
D
herstelbetalingen
Slide 15 - Quiz
Welke afspraak in het Verdrag van Versailles zal een Duitse militarist het ergst hebben gevonden?
A
grondgebied en koloniën afstaan
B
klein leger en geen vloot en luchtmacht
C
geen militairen vlakbij Frankrijk
D
herstelbetalingen
Slide 16 - Quiz
Direct
Indirect
Oorzaken Eerste Wereldoorlog
Franz Ferdinand
Balkan
nationalisme
Sarajevo
bondgenootschappen
wapenwedloop
Slide 17 - Question de remorquage
Welke bepalingen werden er opgesteld in het verdrag van Versailles?
Verdrag van Versailles
Duitsland krijgt alle schuld van de oorlog
Frankrijk moet Elzas-Lotharingen afstaan.
Duitsland moet herstelbetalingen betalen
Duitsland moet haar leger verkleinen
Duitsland krijgt mandaatgebieden
Duitsland mag lid worden van de volkenbond
Duitsland moet haar koloniën afstaan
Rusland wordt de Sovjet-Unie
Slide 18 - Question de remorquage
Laatste vraag.........Bekijk de spotprent. Wat wil de tekenaar hiermee zeggen?
Op het document staat: "Verdrag van Versailles"
Op de helm staat: "Hitler's partij"
A
Het Verdrag van Versailles was zo groot dat iemand er doorheen kon kruipen
B
De Duitsers zijn ternauwernood ontsnapt aan het Verdrag van Versailles
C
Het Verdrag van Versailles is mede dankzij Hitler's partij tot stand gekomen.
D
Het Verdrag van Versailles is een oorzaak van de opkomst van Hitler en zijn partij.
Slide 19 - Quiz
Welk van deze is GEEN gevolg van de economische crisis?
A
Banken gaan failliet
B
Rusland wordt communistisch
C
Werkloosheid
D
Hitler wordt populair
Slide 20 - Quiz
Waarom werd dit uiteindelijk de great depression genoemd?
A
De crisis duurde lang
B
De hele wereld zat in een crisis
C
Omdat het begon in Amerika
D
De Russen noemden het zo
Slide 21 - Quiz
Economische wereldcrisis
Amerikaanse banken failliet
Producten worden goedkoper
beurshandelaren worden ongerust
Zwarte donderdag
Slide 22 - Question de remorquage
Wat zijn de oorzaken van de economische wereldcrisis in 1929? En wat is de aanleiding?
Oorzaken
Aanleiding
Landbouwoverschotten
Lenen van geld
Beurskrach
Speculatie in aandelen
Slide 23 - Question de remorquage
Examenvraag
Gebruik de bron
Op welke kaart zijn de belangrijkste landen van het bondgenootschap van de Centralen donker gekleurd?
A op kaart 1
B op kaart 2
C op kaart 3
D op kaart 4
Slide 24 - Diapositive
Examenvraag
Gebruik de bron
Op welke kaart zijn de belangrijkste landen van het bondgenootschap van de Centralen donker gekleurd?
A op kaart 1
B op kaart 2
C op kaart 3
D op kaart 4
Slide 25 - Diapositive
Examenvraag 2
Gebruik de bron.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog waren er twee bondgenootschappen: de Centralen en de Geallieerden. In elke afbeelding worden één of meer landen van één van die bondgenootschappen bespot.
→ Geef per afbeelding aan welk bondgenootschap bespot wordt.
Doe het zo:
In afbeelding 1 worden de … (kies uit: Centralen/Geallieerden) bespot.