5H 11.5 Weefselvloeistof en lymfe

11.5 Weefselvloeistof en lymfe
Deze les:
- HW nakijken/bespreken
- 11.4 Bloedstolling
- Weefselvloeistof
- Filtratie en Resorptie
- Lymfevatenstelsel

1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 80 min

Éléments de cette leçon

11.5 Weefselvloeistof en lymfe
Deze les:
- HW nakijken/bespreken
- 11.4 Bloedstolling
- Weefselvloeistof
- Filtratie en Resorptie
- Lymfevatenstelsel

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Leg uit waarom bloed niet te snel, maar ook niet te langzaam mag stollen.

Slide 7 - Question ouverte

Wanneer je een wondje hebt, moet dat snel gedicht worden. Welke bloedbestanddelen spelen een rol bij het vormen van een korstje?
A
de bloedplaatjes, rode bloedcellen en witte bloedcellen
B
fibrinogeen, bloedplaatjes en rode bloedcellen
C
witte bloedcellen en bloedplaatjes
D
fibrinogeen, bloedplaatjes en witte bloedcellen

Slide 8 - Quiz

Zet de bloedstollende gebeurtenissen in de juiste volgorde!
Wondje
Bloedplaatjes
Stollingsfactoren
Bloedplasma
Beschadigde
Dekweefsel-
cellen

Slide 9 - Question de remorquage

Slide 10 - Diapositive

Zet de bloedstollende gebeurtenissen in de juiste volgorde, vervolg.
Protrombine
Fibrinogeen
Stollingsfactoren
Trombine
Fibrinedraden
Fibrine

Slide 11 - Question de remorquage

Slide 12 - Diapositive

Nakijken opdrachten HW:
Welke bespreken?

Slide 13 - Carte mentale

11.5 Leerdoelen en begrippen
Leerdoelen:
- Je kan beschrijven wat de functie is van de bestanddelen van weefselvloeistof en lymfe
- Je kan beschrijven hoe weefselvloeistof en lymfe wordt gevormd.
- Je kan herkennen wat het verband is tussen het bloedvaten- en het lymfestelsel. 

Begrippen:
Weefselvloeistof, bloeddruk, bloedvatenstelsel, filtratie, resorptie, grote bloedeiwitten, colloïd osmotische waarde, osmotische druk, zweet, weefselvloeistof, lymfesysteem, lymfevaten, kleppen, lymfe, lymfeknopen

Slide 14 - Diapositive

Weefselvloeistof
Bloed stroomt door je bloedvaten en vervoert stoffen naar alle delen van het lichaam. 

Een deel van het vocht (bloedplasma) uit bloed komt buiten de bloedvaten terecht.

Daar noem je het weefselvloeistof.



Slide 15 - Diapositive

Weefselvloeistof
Als bloed bij de haarvaten komt wordt een deel van de bloedplasma de haarvaten uitgeperst (door de hoge bloeddruk!). Dit heet filtratie.

Hier zitten voedingsstoffen en zuurstof in opgelost.
Bloedcellen en grote eiwitten blijven achter.



Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Welk specifiek kenmerk van haarvaten zorgt ervoor dat bloedplasma in organen naar de cellen kan worden geperst?

Slide 18 - Question ouverte

Weefselvloeistof
Weefselvloeistof zit om alle cellen van een weefsel heen. Stoffen die cellen nodig hebben kunnen ze uit de weefselvloeistof halen (zuurstof, voedingsstoffen)
 
en stoffen die ze niet nodig hebben geven ze af aan het weefselvloeistof (afvalstoffen, CO2).



Slide 19 - Diapositive

Weefselvloeistof
De haarvaten nemen ook weer een groot deel van de weefselvloeistof op (resorptie) wanneer ze de organen uit gaan.

Dit komt door de hoge osmotische waarde van het bloed (door de eiwitten die zijn achtergebleven).

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Weefselvloeistof

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Weefselvloeistof

Slide 24 - Diapositive

Opdrachten
- Maken 11.5 opdr. 1 t/m 6

Klaar? 
Lezen 11.5 blz 115 en maken opdr. 7 t/m 13
timer
15:00

Slide 25 - Diapositive

Lymfevaten
De colloïd osmotische druk is niet voldoende om alle vloeistof die uit het haarvat gefilterd is weer te resorberen.

Zonder lymfevaten zou er veel vocht in de organen achterblijven.

Slide 26 - Diapositive

Lymfevaten
Weefsels bevatten ook lymfevaten die vloeistof kunnen afvoeren.
Die lymfevaten maken deel uit van een lymfevaten systeem/stelsel (vergelijkbaar met bloedvatenstelsel).

Vanaf het moment dat de vloeistof in een lymfevat zit heet het lymfe.

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Lymfevaten
Lymfevaten bevatten net als aders kleppen om er voor te zorgen dat de lymfe de goede kant op stroomt.

Slide 29 - Diapositive

Lymfevatenstelsel
In het lymfevatenstelsel komt alle lymfe uiteindelijk terecht in de borstbuis en de rechterlymfestam.

Van daaruit stroomt de lymfe via de sleutelbeenaderen weer het bloedplasma in, 
in de richting van de bovenste holle ader.

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Diapositive

Lymfeknopen/ lymfeklieren
Verspreid over het lichaam liggen in het lymfevatenstelsel ook lymfeknopen.
In de lymfeknopen wordt de lymfe gezuiverd van o.a. ziekteverwekkers.

Slide 32 - Diapositive

Huiswerk
- Maken 11.5 opdr. 7 t/m 13
- Maken Examentraining H11 (blz. 123 t/m 125)
- Leren H11 

--> Woensdag D-toets H11 Transport

Slide 33 - Diapositive