5H 11.5 Weefselvloeistof en lymfe

11.5 Weefselvloeistof en lymfe
Deze les:
- Herhalen Osmose/Diffusie
- Weefselvloeistof
- Filtratie en Resorptie
- Lymfevatenstelsel

1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

Cette leçon contient 25 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 80 min

Éléments de cette leçon

11.5 Weefselvloeistof en lymfe
Deze les:
- Herhalen Osmose/Diffusie
- Weefselvloeistof
- Filtratie en Resorptie
- Lymfevatenstelsel

Slide 1 - Diapositive

Celmembraan

Slide 2 - Diapositive

Stoffentransport
Passief transport kost geen energie, actief transport kost energie (ATP).

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Osmose bij planten.

Slide 6 - Diapositive

osmose dierlijke cel

Slide 7 - Diapositive

Doel en begrippen 11.5
Je leert hoe de bloedstolling werkt
Je leert hoe weefselvloeistof en lymfe ontstaan

bloedstolling, bloedplaatjes, bloedprop, stollingsfactoren, trombine, protrombine, fibrinogeen, fibrinedraden, bloedstolsels, weefselvloeistof, filtratie, resorptie, colloïd osmotische waarde, zweet, lymfevaten, kleppen, lymfeknopen

Slide 8 - Diapositive

Weefselvloeistof
Bloed stroomt door je bloedvaten en vervoert stoffen naar alle delen van het lichaam. Een deel van het vocht uit bloed komt buiten de bloedvaten terecht. Daar noem je het weefselvloeistof.



Slide 9 - Diapositive

Weefselvloeistof
Als bloed bij de haarvaten komt wordt een deel van de bloedplasma de haarvaten uitgeperst (door de bloeddruk!). Dit heet filtratie.

Hier zitten voedingsstoffen en zuurstof in opgelost.
Bloedcellen en grote eiwitten blijven achter.



Slide 10 - Diapositive

Weefselvloeistof
Weefselvloeistof zit om alle cellen van een weefsel heen. Stoffen die cellen nodig hebben kunnen ze uit de weefselvloeistof halen (zuurstof, voedingsstoffen)
 
en stoffen die ze niet nodig hebben geven ze af aan het weefselvloeistof (afvalstoffen, CO2).



Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Weefselvloeistof
De haarvaten nemen ook weer een groot deel van de weefselvloeistof op (resorptie) wanneer ze de organen uit gaan.

Dit komt door de hoge osmotische waarde van het bloed (door de eiwitten die zijn achtergebleven).

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Weefselvloeistof

Slide 15 - Diapositive

Weefselvloeistof

Slide 16 - Diapositive

Lymfevaten
De colloïd osmotische druk is niet voldoende om alle vloeistof die uit het haarvat gefilterd is weer terug te halen.

Zonder lymfevaten zou er veel vocht in de organen achterblijven.

Slide 17 - Diapositive

Lymfevaten
Weefsel bevatten ook lymfevaten die vloeistof kunnen afvoeren.
Die lymfevaten maken deel uit van een lymfevaten stelsel (vergelijkbaar met bloedvatenstelsel).

Vanaf het moment dat de vloeistof in een lymfevat zit heet het lymfe.

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Lymfevaten
Lymfevaten bevatten net als aders kleppen om er voor te zorgen dat de lymfe de goede kant op stroomt.

Slide 20 - Diapositive

Lymfevatenstelsel
In het lymfevatenstelsel komt alle lymfe uiteindelijk terecht in de borstbuis en de rechterlymfestam.
Van daaruit stroomt de lymfe via de sleutelbeenaderen weer het bloed in richting van de bovenste holle ader.

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Lymfeknopen/ lymfeklieren
Verspreid over het lichaam liggen in het lymfevatenstelsel ook lymfeknopen.
In de lymfeknopen wordt de lymfe gezuiverd van o.a. ziekteverwekkers.

Slide 23 - Diapositive

Doel en begrippen 11.5
Je leert hoe de bloedstolling werkt
Je leert hoe weefselvloeistof en lymfe ontstaan

bloedstolling, bloedplaatjes, bloedprop, stollingsfactoren, trombine, protrombine, fibrinogeen, fibrinedraden, bloedstolsels, weefselvloeistof, filtratie, resorptie, colloïd osmotische waarde, zweet, lymfevaten, kleppen, lymfeknopen

Slide 24 - Diapositive

Opdrachten
- Nakijken opdr. 11.3 en 11.4 (nog vragen?)
- Maken 11.5 opdr. 1 t/m 13
- Maken Examentraining H11

Volgende week dinsdag (28 sep):
D-toets H11 

Slide 25 - Diapositive