Meetkunde

• Rekenen
• Basisschool
• Groep 8

Meetkunde

Doel van deze les:

1. Je weet de formules voor het berekenen van oppervlakte en inhoud.

2. We herhalen de regels voor het omrekenen van maten.

3. Je kan uit een verhaal de som halen en deze juist uitrekenen.

4. Je weet wat er morgen van je wordt verwacht. 

Wat is de formule voor het uitrekenen van de oppervlakte?

Oppervlakte berekenen

Voor het uitrekenen van de oppervlakte gebruik je de formule:

lengte x breedte = ..... ..2

Toepassen 

1. Kijk naar deze figuur.

2. Wat is de lengte? (20 meter)
     Wat is de breedte? (15 meter)
3. Pas de formule toe: lengte x breedte = 
                                               20 meter x 15 meter = 

4. Reken de som uit: 20 meter x 15 meter = 300 M2
5. Denk goed aan de juiste schrijfwijze (M2)!

Toepassen 

1. Kijk naar deze figuur.

2. Wat is de lengte? 
     Wat is de breedte? 
3. Pas de formule toe: lengte x breedte = 
                                               .. meter x .. meter =

4. Reken de som uit: .. meter x .. meter = .. M2

5. Denk goed aan de juiste schrijfwijze (..)!

Antwoord:

Wat is de formule voor het berekenen van de inhoud?

Inhoud berekenen

Voor het uitrekenen van de inhoud gebruik je de formule:

lengte x breedte x hoogte/diepte= ..... ..3

Toepassen 

1. Kijk naar deze figuur.

2. Wat is de lengte? (2 meter)
     Wat is de breedte? (2 meter)

     Wat is de diepte? (5 meter)
3. Pas de formule toe: lengte x breedte x diepte = 
                                               2 meter x 2 meter x 5 meter =

4. Reken de som uit: 2 meter x 2 meter = 4 meter x 5 meter = 20 M3
5. Denk goed aan de juiste schrijfwijze (M3!

Toepassen 

1. Kijk naar deze figuur.

2. Wat is de lengte? (... meter)
     Wat is de breedte? (... meter)

     Wat is de diepte? (... meter)
3. Pas de formule toe: lengte x breedte x diepte = 
                                               ... x ... x ... =

4. Reken de som uit: 
5. Denk goed aan de juiste schrijfwijze (M3!

Antwoord

Omrekenen

Gebruik je metriekstelsel uit je spiekschrift. 

(Voor de zekerheid staan de lesmaatjes ook in de Classroom) 

Kijk goed naar de maat. Moet je rekenen met lengte, gewicht, inhoud, afstand? 

Kijk goed waar je start en waar je naartoe moet rekenen! 

Soms moet je ook wisselen tussen twee metriekstelsel. 

Hoe gaan we deze uitrekenen?

1. Reken de inhoud van deze kubus uit in CM3.

2. Gebruik het metriekstelsel. Reken van CM3 naar Liter.

Morgen op de planner:

Maken uit het boekje naar de eindtoets, bladzijde: 10 en 11

Vragen, tips of tops?