Verlichting

Verlichting
Pak je schrift, pen en module
Lees dit gedicht uit 1778
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 55 min

Éléments de cette leçon

Verlichting
Pak je schrift, pen en module
Lees dit gedicht uit 1778

Slide 1 - Diapositive

Vorige weken
Renaissance in vogelvlucht
De maakbare mens in de Verlichting

Deze les
Je herhaalt kennis
Je verdiept je in de emancipatie en de kinderliteratuur
Vooruitblik
Kies en lees een modern boek

Slide 2 - Diapositive

Welk kenmerk hoort niet bij een tragedie?
A
hooggeplaatste personages
B
5 bedrijven 4 reien
C
dagelijks taalgebruik
D
(meestal) 3 eenheden

Slide 3 - Quiz

Welk kenmerk hoort niet bij een komedie?
A
humor
B
primaire driften
C
personages burgerij
D
spotten met burgerlijke moraal

Slide 4 - Quiz

Welk kenmerk hoort niet bij een klucht?
A
primaire driften
B
verheven taalgebruik
C
laaggeplaatste personages
D
korter dan komedie

Slide 5 - Quiz

Welk kenmerk hoort niet bij een sonnet?
A
wending
B
abba in oktaaf
C
cde in sextet
D
aemulatio

Slide 6 - Quiz

Welk kenmerk hoort niet bij het petrarkisme?
A
hemellichamen als beeldspraak
B
onbereikbare geliefde
C
sprookjesachtig
D
rode lippen, blanke huid

Slide 7 - Quiz

Welk kenmerk hoort niet bij een emblema?
A
imitatio
B
pictura
C
utile dulci
D
motto

Slide 8 - Quiz

In de renaissancekunst waren translatio, imitatio en aemulatio belangrijk in
A
de beeldende kunst
B
de literatuur
C
alle renaissancekunst
D
geen enkele kunstuiting

Slide 9 - Quiz

Rederijkers besteedden veel aandacht aan de vormgeving van hun teksten.
A
waar
B
niet waar

Slide 10 - Quiz

Welke van deze factoren droeg niet bij aan de bloei in de Gouden Eeuw?
A
ligging aan waterroutes
B
goede scheepsbouw
C
komst van katholieke vluchtelingen
D
zwakte andere Europese staten

Slide 11 - Quiz

Wat is de taak van een auteur in de 16e en 17e eeuw?
A
leren en organiseren
B
aandacht trekken en vermaken
C
leren en vermaken
D
stichten en vermaken

Slide 12 - Quiz

De verlichting
- Belang van de ratio
- Kritisch denken
- De Bijbel staat niet langer centraal
- Geluk op aarde, i.p.v. enkel in de hemel
- Scholing van de burgers

Slide 13 - Diapositive

Kinderliteratuur

Slide 14 - Diapositive

Verlichtingsideeën
- Overgenomen van Jean Jacques Rousseau (1712-1778).
- Het kind is geen miniatuurvolwassene.
- Een kind moet nog heel veel leren.
- De mens is vanuit zichzelf goed, maar wordt door slechte invloeden verpest.
- Een kind moet zo lang mogelijk kind kunnen zijn. 
- Gedichten en verhalen speciaal voor kinderen.

Slide 15 - Diapositive

Hiëronymus van Alphen
- 1746-1803
- Jurist
- Zijn vrouw overleed op jonge leeftijd.
- Schreef gedichtjes voor zijn eigen kinderen. 

Slide 16 - Diapositive

De pruimeboom
Eene vertelling


Jantje zag eens pruimen hangen,
 
o! als eieren zo groot. 
 
't Scheen, dat Jantje wou gaan plukken, 
 
schoon zijn vader 't hem verbood. 
 
Hier is, zei hij, noch mijn vader, 
 
noch de tuinman, die het ziet: 
 
Aan een boom, zo vol geladen, 
 
mist men vijf zes pruimen niet. 
 
Maar ik wil gehoorzaam wezen, 
 
en niet plukken: ik loop heen. 
 
Zou ik, om een hand vol pruimen, 
 
ongehoorzaam wezen? Neen. 
 
Voord ging Jantje: maar zijn vader, 
 
die hem stil beluisterd had, 
Kwam hem in het loopen tegen
voor aan op het middelpad.



Nu zal ik u pruimen plukken;

nu heeft vader Jantje lief.

Daar op ging Papa aan 't schudden,

Jantje raapte schielijk op;

Jantje kreeg zijn hoed vol pruimen,

en liep heen op een galop.
Kom mijn Jantje, zei de vader,
kom mijn kleine hartedief!
Nu zal ik u pruimen plukken;
nu heeft vader Jantje lief.
 Daar op ging Papa aan 't schudden, 
 
Jantje raapte schielijk op; 
 
Jantje kreeg zijn hoed vol pruimen, 
 
en liep heen op een galop.


Hiëronymus van Alphen

Slide 17 - Diapositive

Wat is de boodschap in dit gedicht?
A
Eet je buikje vol aan pruimen.
B
Wees gehoorzaam en dan word je beloond.
C
Vraag altijd eerst aan je vader of je iets mag.

Slide 18 - Quiz

Verdiep je in de twee discussievragen
Gebruik de tekst (literatuurgeschiedenis) en andere bronnen
Formuleer je antwoord in een tekst van ongeveer 100-150 woorden.
timer
10:00

Slide 19 - Diapositive

Bespreek je antwoorden, vraag verduidelijking en wees kritisch.
Vraag 1 en 2 bij elkaar
3 en 4
5 en 6
timer
5:00

Slide 20 - Diapositive

Presenteer per groepje de inzichten

Slide 21 - Diapositive