Lesson 8 - much/many

• Engels
• Middelbare school
• vmbo g, t, mavo
• Leerjaar 1

SO - VOLGENDE WEEK

donderdag & vrijdag 

(volgende week)

SO - CHAPTER 5 

woordjes (blz. 96 + deel 97)

possessives & much/many

leren: staat al in Magister

What are we going to do?

1. check possessives homework

2. What is the difference between

     countable and uncountable nouns?

3. Learn how to use much or many (veel).

I can use much and many in a sentence and question.

possessives  (bezit)

staart van de leeuw

1. The lions tail
2. The lion's tail
3. The lions' tail
4. The tail of lion

de tassen van mijn moeder

1. my mother her bags
2. my mothers' bags
3. my mother's bags
4. the bags of my mother

de kooi van de apen

1. the monkeys' cage
2. the cage of the monkeys
3. the monkey's cage
4. the monkeys cage

dak van de kerk

1. the roof of the church
2. the church of the roof
3. the church's roof
4. the churchs' roof

de hoofdstad van Frankrijk

1. France's capital
2. France its capital
3. Frances' capital
4. the capital of France

BLIJF INGELOGD OP LESSONUP 

MAAR PAK OPEN NU SNEL JE BOEK NAAR BLZ. 75

& 

PAK EEN PEN

HERE WE GO......

much & many = veel

Ze betekenen allebei 'veel' maar je mag ze niet zomaar door elkaar gebruiken. Er is een regel.....niet heel moeilijk hoor 

MANY -  zet je voor woorden die je kunt tellen

MUCH - zet je voor woorden die je NIET kunt tellen

telbaar

ontelbaar

woorden waar je een cijfer voor zou kunnen zetten

     many apples

     many children

     many cups

bij deze woorden kan je niet een cijfer voor zetten

   much water

    much money

    much sand

REMEMBER: many (telbaar) / much (ontelbaar)

How ....... sand is there in the dessert?

1. many
2. much

REMEMBER: many (telbaar) / much (ontelbaar)

How ..... panda bears are there in this zoo?

1. many
2. much

REMEMBER: many (telbaar) / much (ontelbaar)

We have ....... beach balls.

1. many
2. much

REMEMBER: many (telbaar) / much (ontelbaar)

There is not ...... work.

1. many
2. much

trees

1. many
2. much

water

1. many
2. much

ducks

1. many
2. much

rice

1. many
2. much

wolves

1. many
2. much

Ik weet nu wanneer ik 'many' en wanneer ik 'much' moet gebruiken.

go to page 76 ex. 34

& fill in object

for tomorrow

	OBJECT		OBJECT
	pens		tea
	euros		cups of tea
	money		flowers
	books		grass

page 76 

ex. 34a

ex. 34b (kies 4 van de objects uit   

    34a en maak daar vragen over)

page 77

ex. 35 (grote schrijfdeel hoeft  niet)

online-leren grammar slim stampen 13 a & b, 14 a & b