Lesweek 7 didactiek

Lesweek 7

Ruimte afstemmen op de doelgroep 

Vang de bal.. 

Benoem vier eigenschappen die invloed hebben op het inrichten van een 'klaslokaal'. 

Presentaties in leerteams 

Lesweek 3: onderwijsvernieuwers 

Lesdoelen 

1). De student weet wat een pedagogische visie is

2). De student beseft dat de pedagogische visie van een school/ instelling invloed heeft op de inrichting van binnen- en buitenruimtes.

Wat is een
pedagogische visie?

Pedagogische visie 

= Wat vind een school belangrijk, denk aan: creativiteit, samenwerken, natuurbeleving, zelfstandigheid
De klassenindeling moet hierop aansluiten. 

Pedagogische visie zoeken

Ga opzoek naar een pedagogische visie
En bedenk hoe jij de klassenindeling hierop laat aansluiten.

--> Maak de keuze uit de volgende pedagogische visies: 

Ik ga de pedagogische visie bekijken van..

Maria Montessori

Vrije school

Reggio Emilia

Democratische school

Sterrenschool

Beschrijf hier je bevindingen!

Lesdoelen 

1). De student weet wat een pedagogische visie is

2). De student beseft dat de pedagogische visie van een school/ instelling invloed heeft op de inrichting van binnen- en buitenruimtes.

Didactiek quiz! 

Een dagritme moet het volgende bevatten: Er zijn meer rustige momenten dan actieve momenten.

1. Waar
2. Niet waar

Rituelen dienen als voorspelbaarheid

1. Waar
2. Niet waar

Lego is ongevormd materiaal

1. Waar
2. Niet waar

Blokken zijn constructie materiaal

1. Waar
2. Niet waar

Reggio Emilia heeft ontwikkelingsmateriaal ontwikkeld

1. Waar
2. Niet waar

Ontwikkelingsmateriaal moet uitdagend zijn.

1. Waar
2. Niet waar

Dagritmekaarten worden tijdens het kringmoment centraal gesteld

1. Waar
2. Niet waar

Een horizontale groep is een groep met verschillende leeftijden

1. Waar
2. Niet waar

De pedagogische visie moet aansluiten op de klassenindeling

1. Waar
2. Niet waar

Voorbereiding afronden P1 

- Vragen over afronding periode 1?

- Werken aan de eindopdrachten en het einddossier

- Leren voor de kennistoets.

Je maakt per periode voor elk vak één document waarin alle eindopdrachten staan, onderstaande criteria worden hierin verwerkt: 

1). Kies drie eindopdrachten uit.

2). Voorblad, voorzien van naam, klas, docent, SLB-er en afbeelding. 

3). Lettertype Arial (11)

4). In de inleiding/ het voorwoord beschrijf je per eindopdracht bij welke les deze hoort, waar de les over ging, waarom je kiest voor deze opdracht, waarom je trots bent op deze opdracht, wat is de koppeling met stage, hoe kan je deze opdracht inzetten in je stageklas?

5). De 3 eindopdrachten beginnen ieder op een nieuwe pagina en je geeft duidelijk aan met een titel om welke opdracht het gaat.

6). Als je voor een eindopdracht hebt samengewerkt, in opdracht van de docent, geef je duidelijk aan bovenaan je verslag met wie dat was. 

7). Als je kiest om vragen/ opdrachten uit het werkboek in te leveren als eindopdracht, staan de vraag en het antwoord verwerkt in een goed lopend verslag met daarin ook minimaal één afbeelding ter verduidelijking.

7). Inleveren zondag: lesweek 7 in op IL.