3.1 - Stoffen mengen en verwarmen

3.1 - Stoffen mengen en verwarmen
Benodigheden
- Schrift
- Pen, potlood
- Laptop
LessonUp: 
JA!
Telefoons in de telefoontas!
1 / 37
suivant
Slide 1: Diapositive
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 37 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

3.1 - Stoffen mengen en verwarmen
Benodigheden
- Schrift
- Pen, potlood
- Laptop
LessonUp: 
JA!
Telefoons in de telefoontas!

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
1
Je kunt uitleggen aan welke (product)eisen een product moet voldoen.
L3
"Ga jij ze vandaag allemaal beheersen?"
2
Je kunt uitleggen wat een chemische reactie is met behulp van de begrippen beginstoffen en reactieproduct.
L3
3
Je kunt reactieverschijnselen herkennen en beschrijven. 
L3
4
Je kunt uitleggen wat een reactieschema is en waar het gebruikt voor wordt.
L3
5
Je kunt uit een tekst van een chemische reactie een reactieschema maken met behulp van de begrippen: beginstof, reactieproduct, fases, s, l en g. 
L3

Slide 2 - Diapositive

Producteisen
  • De eisen waar een product aan moet voldoen.
  • Warenwet: producteisen samengevat.

1
Je kunt uitleggen aan welke (product)eisen een product moet voldoen.
L3

Slide 3 - Diapositive

Filtreren
Adsorberen
Indampen
Destilleren
Extraheren

Slide 4 - Question de remorquage

Mengen van stoffen
Als je twee stoffen bij elkaar doet kunnen er twee dingen gebeuren:
  1. Mengen
  2. Reageren
Mengen of reageren

Slide 5 - Diapositive

0

Slide 6 - Vidéo

Chemische reactie
Beginstoffen zijn in het begin van de reactie.
Reactieproducten ontstaan bij een reactie.


Reactieschema

beginstoffen --> reactieproducten

Slide 7 - Diapositive

Kenmerken van chemische reactie
  1. De oorspronkelijke stoffen verdwijnen en er ontstaat een nieuwe stof met andere eigenschappen.
  2. De nieuwe stof is niet meer te scheiden in de beginstof (grondstof).


Slide 8 - Diapositive

Geen chemische reactie!
De beginstof is kaarsvet, als verwarmt ontstaat er geen nieuwe stof.
Kaarsvet (s) → kaarsvet (l)


Voorbeeld faseovergang

Slide 9 - Diapositive

Voorbeeld 1
Calciumcarbide + water -> ethyn + calciumhydroxide


De begin stoffen verdwijnen en nieuwe stoffen ontstaan.

Slide 10 - Diapositive

Voorbeeld 2
Calciumcarbide + water -> ethyn + calciumhydroxide


De begin stoffen verdwijnen en nieuwe stoffen ontstaan.

Slide 11 - Diapositive

Chemische reactie

Slide 12 - Diapositive

Water koken
A
Chemische reactie
B
Faseovergang
C
Geen chemische reactie of faseovergang

Slide 13 - Quiz

Hout zagen
A
Chemische reactie
B
Faseovergang
C
Geen chemische reactie of faseovergang

Slide 14 - Quiz

Een ei bakken
A
Chemische reactie
B
Geen chemische reactie

Slide 15 - Quiz

Hout verbranden in kachel

A
Chemische reactie
B
Geen chemische reactie

Slide 16 - Quiz

Het verwarmen van alcohol
A
Chemische reactie
B
Geen chemische reactie

Slide 17 - Quiz

Het zuur worden van melk
A
Chemische reactie
B
Geen chemische reactie

Slide 18 - Quiz

Aardappels koken
A
Chemische reactie
B
Geen chemische reactie

Slide 19 - Quiz

Suiker in een kopje thee oplossen
A
Chemische reactie
B
Geen chemische reactie

Slide 20 - Quiz

Chemische Reactie
Geen chemische reactie

Slide 21 - Question de remorquage

Sublimeren
Mengen
Chemische reactie
Scheiden
Stollen

Slide 22 - Question de remorquage

0

Slide 23 - Vidéo

Huiswerk
woensdag 14 december 2022
  • Maken §3.1
  • Opdracht 1 t/m 15

Slide 24 - Diapositive

3.1 - Stoffen mengen en verwarmen
Benodigheden
- Schrift
- Pen, potlood
- Laptop
LessonUp: 
JA!
Telefoons in de telefoontas!

Slide 25 - Diapositive

Reactieschema
  • Beginstof(fen) → reactieproduct(en)

Fasen:
  • vast (s) solid
  • vloeibaar (l) liquid
  • gas (g) gas

Slide 26 - Diapositive

De vaste toestand wordt aangegeven met de volgende letter
A
(g)
B
(v)
C
(l)
D
(s)

Slide 27 - Quiz

Hoe geven we een reactieschema weer?
A
beginstoffen --> reactieproducten
B
stoffen --> reactieproducten
C
reactieproducten --> beginstoffen
D
beginmateriaal --> reactiestoffen

Slide 28 - Quiz

Wat betekent de toestandsaanduiding (aq) ?
A
vloeistof
B
vaste stof
C
gas
D
opgelost in water

Slide 29 - Quiz

Voor een vloeistof is de afkorting van de toestandsaanduiding?
A
(l)
B
(s)
C
(g)
D
(aq)

Slide 30 - Quiz

Bij een reactieschema staan beginstoffen voor het = teken, reactie producten na het = teken.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 31 - Quiz

Wat is het standaard reactieschema van een chemische reactie?

Slide 32 - Question ouverte

Reactieverschijnselen
Tijdens de reactie ontstaan vaak reactieverschijnselen.


Slide 33 - Diapositive

Welke reactieverschijnselen kun je zien/horen/ruiken bij een reactie?

Slide 34 - Carte mentale


Aluminium reageert met zuurstof en hierbij ontstaat aluminiumoxide (s). Geef dit weer in een reactieschema.

Slide 35 - Question ouverte


Methaangas reageert met zuurstof, hierbij ontstaat waterdamp en zuurstofgas. Geef dit weer in een reactieschema.

Slide 36 - Question ouverte

Huiswerk
Donderdag 12 november
  • Maken en nakijken §3.1
  • Opdracht 16 t/m 26

Slide 37 - Diapositive