Voeding en vertering

Voeding en vertering
Thema 2
1 / 39
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2

Cette leçon contient 39 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Voeding en vertering
Thema 2

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

H2. Voeding en vertering
Voedingsmiddelen en voedingsstoffen
Het verteringsstelsel
De organen voor vertering
Gezonde voeding
Voedselbederf


Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voedingsmiddel

Je kunt de functies van voedingsstoffen en voedingsvezel in voedingsmiddelen noemen.

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voedingsmiddelen

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Plantaardige voedingsmiddelen
Dierlijke voedingsmiddelen

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Functies voedingsstof
Brandstof

Reservestof

Bouwstof

Beschermende stof

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Yoghurt is een
A
Plantaardig voedingsmiddel
B
Dierlijk voedingsmiddel

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Eieren
A
plantaardig voedingsmiddel
B
dierlijk voedingsmiddel

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Is kaas plantaardig of dierlijk?
A
plantaardig voedingsmiddel
B
dierlijk voedingsmiddel

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Voedingstof
Je kunt zes groepen voedingsstoffen noemen met hun functies en kenmerken.

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voedingstoffen

Slide 12 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Voedingstoffen
Koolhydraten
Vetten
Eiwitten
Water
Mineralen
Vitaminen

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

voedingsstof met hun functies.

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voedingsvezel
Verzamelnaam voor stoffen uit planten die je lichaam niet kan verteren
 
Vezels zitten vooral in groente, fruit, aardappelen, volkorenbrood, peulvruchten, noten en ontbijtgranen.

Zorgt voor een verzadigd gevoel

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Het verteringsstelsel
Je kunt de functie van verteringssappen en enzymen noemen.
Je kunt de delen van een gebit noemen met hun functie.
Je kunt de bouw en werking van de darmen beschrijven.

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verteringsstelsel

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zet de organen van
het verteringsstelsel
in de juiste volgorde. 
Dunne darm
Slokdarm
Endeldarm
Dikke darm
Twaalfvingerige
darm
Maag

Slide 18 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Tanden en kiezen
Mechanische vertering

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

verteringssappen
  • speeksel
  • maagsap
  • gal (bevat géén enzymen)
  • alvleessap
  • darmsap

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Enzymen
Stoffen die scheikundige reacties versnellen

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 22 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Voedingsvezel
Prikkelen de wand van de darmen (vooral dikke darm)

Dit bevordert de darmperistaltiek (= het samenknijpen en ontspannen van de darmspieren)

Zorgen voor goede stoelgang

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Dunne darm

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de rol van voedingsvezels bij vertering?
A
zorgen voor oppervlakte vergroting
B
zorgen voor een goede darmperistaltiek
C
helpen bij vertering van vet
D
helpen bij vertering van koolhydraten

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de functie van de lever bij het verteringsstelsel?
A
helpt bij de vertering van eiwitten
B
Maakt gal
C
dood maken van bacteriën

Slide 26 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de functie van maagzuur?
A
Het speelt een rol bij de vertering
B
Bacteriën en ziekteverwekkers doden
C
Smaakmaker
D
Een zuurder 'smaakje' toevoegen aan voedsel

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag.. 
2.3 Het verteringsstelsel
Opdracht 1 t/m 8

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Gezonde voeding
Je kunt met de Schijf van Vijf adviezen voor een gezonde voeding geven.

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Schijf van 5

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe komt het kinderen tegenwoordig vaker overgewicht hebben dan vroeger?
A
Ze hebben het te druk
B
Ze eten altijd hetzelfde
C
We bewegen te weinig en eten vaak ongezond
D
Ze sporten te veel

Slide 31 - Quiz

Zorg voor genoeg beweging, eet veel vezels - groente en fruit, probeer elke dag iets van alle vakken van de schijf van 5 te eten, eet weinig zout - suiker - vet, eet gevarieerd en eet bewust. Drink ook genoeg (water). 
Welk nummer van de schijf van 5 bevat veel vitaminen
A
3
B
1
C
4
D
5

Slide 32 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Conserveren
voedsel behandelen zodat het niet bederft

Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Invriezen

Slide 34 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Pasteuriseren
Verhitten tot 72 ℃ (meeste bacteriën en schimmels gaan dood)

Slide 35 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Steriliseren
verhitten tot 130-140 ℃ (alle bacteriën en schimmels gaan dood)

Slide 36 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vacuum verpakken

Slide 37 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Drogen

Slide 38 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Additieven
Additieven zijn stoffen die aan voedingsmiddelen worden toegevoegd om ze langer houdbaar of aantrekkelijker te maken. Suiker, azijn en zout zijn natuurlijke additieven.

Kleurstoffen, geurstoffen en smaakstoffen

Slide 39 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions