Quiz Grieken en Romeinen

1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolvmboLeerjaar 1

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Welk tijdvak is dit?
A
Grieken en Egyptenaren
B
Grieken en Romeinen
C
Egyptenaren en Romeinen
D
Televisie en computers

Slide 2 - Quiz

Andere naam voor de tijd van de Grieken en Romeinen
A
De moderne tijd
B
De Romaanse tijd
C
3000 v.C. - 500 n.C.
D
Oudheid

Slide 3 - Quiz

Tijd van jagers en boeren
Tijd van Grieken en Romeinen
christenen 
farao 
hunebedden 
Olympische Spelen 
polis 
Prehistorie

Slide 4 - Question de remorquage

De Grieken en Romeinen hadden..
A
een God
B
meerdere goden
C
twee goden
D
geen god

Slide 5 - Quiz

Hoe noem je dit geloof met meerdere goden?

Slide 6 - Question ouverte

Olijfolie en Wijn is bedacht door de...?
A
Grieken
B
Romeinen

Slide 7 - Quiz

Welke afbeelding hoort bij de Kenmerkende Aspecten uit de tijd van de Grieken en Romeinen?
A
B
C
D

Slide 8 - Quiz

Juist
Onjuist
Een Grieks theater ziet er anders uit dan een Romeins theater
Griekse slaven waren leraren voor Romeinse kinderen
Een Romeins theater is rond
Een Griekse stad met land eromheen noemen we een polis

Slide 9 - Question de remorquage

Noem twee oorzaken waardoor het Romeinse Rijk zo groot kon worden?

Slide 10 - Question ouverte

Griekse vrouwen mochten meepraten over belangrijke beslissingen in de politiek.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 11 - Quiz

Het Romeinse leger was erg sterk. Welk antwoord is onjuist?
A
De soldaten werden goed betaald.
B
Soldaten wilden graag voor Rome vechten.
C
Soldaten kregen na hun pensioen een stuk land.
D
Romeinse soldaten waren slaven.

Slide 12 - Quiz

Waarom werd Julius Caesar vermoord?
A
Hij benoemde zichzelf tot keizer.
B
Hij benoemde zichzelf tot dictator.
C
Hij was niet aardig voor de Romeinen.
D
Hij maakte het Romeinse Rijk steeds armer.

Slide 13 - Quiz

In welk tijdvak ontstond het christendom?
A
Jagers en Boeren
B
Grieken en Romeinen
C
Monniken en Ridders
D
Ontdekkers en Hervormers

Slide 14 - Quiz

Het overnemen van de cultuur van de Romeinen noemen we?
A
Griekisering
B
Uniformering
C
Romanisering
D
Germanisering

Slide 15 - Quiz

Romeinse burgers hadden verschillende voordelen. Welk antwoord is fout?
A
Ze betaalden minder belasting.
B
Ze konden bestuurder worden.
C
Ze mochten niet zonder rechtszaak gestraft worden.
D
Ze mochten vechten als gladiatoren.

Slide 16 - Quiz

Welke gebeurtenis is het minst lang geleden?
A
Het christendom is staatsgodsdienst.
B
Het is verboden om christen te zijn. Iedereen die christen is, kan zwaar gestraft worden.
C
De Romeinse keizer Constantijn wordt christen. Het christendom is niet meer verboden.
D
Ondanks het gevaar worden steeds meer mensen christen.

Slide 17 - Quiz

Romeinen
Germanen
aanbidden heilige bomen
wonen in huizen van steen 
leven van landbouw
wonen in kleine dorpjes
hebben een beroepsleger
organiseren wagenrennen 

Slide 18 - Question de remorquage

Noem een Romeinse keizer

Slide 19 - Carte mentale

Welke Romeinse keizer past bij de beschrijving van de bron?
‘De christenen werden in dierenhuiden gewikkeld en door honden verslonden, aan het kruis geslagen en levend verbrand, of tegen de tijd dat het donker werd, gebruikt als levende fakkels.’
De Romeinse schrijver Tacitus, 1e eeuw n.C.

A
Augustus
B
Claudius
C
Constantijn
D
Nero

Slide 20 - Quiz

Zet in de goede volgorde van vroeger naar later.
Augustus wordt keizer van het Romeinse rijk.
De Romeinen veroveren Griekenland en Spanje. 
Julius Caesar wordt vermoord.
De laatste keizer van het Romeinse rijk wordt afgezet. 
Rome verslaat de Carthagers definitief.

Slide 21 - Question de remorquage

Noem 3 Romeinse goden

Slide 22 - Carte mentale

Zet in de goede volgorde, van oud (1) naar jong (3).
1
2
3
Jupiter en Juno
Ouranos en Gaia
Kronos en Rhea

Slide 23 - Question de remorquage

Juno
Poseidon
Diana
Vulcanus
Venus
Minerva

pauw
paard/Dolfijn
Hert
gier
duif
uil

Slide 24 - Question de remorquage