Onderwerp_Hoofgedachte en zinsdelen

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 1

Welkom allen, ga zitten leg je lesboek en leesboek alvast op tafel

Regels

! Hebben jullie goed gewerkt, dan mogen jullie 10 minuten eerder weg!

1. Er wordt alleen gepraat wanneer je beurt hebt of wanneer dit op het bord wordt aangegeven. Op deze manier kunnen we elkaar goed verstaan.

2. Wanneer er om stilte wordt gevraagd, probeer je zo snel mogelijk stil te zijn. 

3. Je schreeuwt niet door de klas, maakt geen gekke geluiden en je reageert alleen positief  op elkaar. 

4. 3 klassikale waarschuwingen, daarna als collectief een straf

5. Rood stoplicht is in stilte werken, oranje is op fst-niveau en een groen stoplicht is vrij spreken.

6. Wanneer er gevraagd wordt om stil werken, proberen jullie ook om stil te werken. 

7. Telefoon niet in de kluis, maar zichtbaar in de klas? Dan naar de afdelingsleider. 

Lezen 

Wat: Lezen in je boek

Tijd: 10 minuten

Uitkomst: Je hebt verder gelezen in je boek, die je gaat gebruiken voor boekverslag 2

Geluid: In stilte

Lesdoelen

Aan het einde van de les kan ik 

..... Het onderwerp en hoofdgedachte van een tekst achterhalen

........de woordsoorten en zinsdelen benoemen en vinden.

...Kan ik goed samenwerken en respectvol met elkaar communiceren. 

....... Heb ik geoefend met de woordenlijst 

Opdracht 1:  Nieuwsartikel

Wat: Elke groep heeft een nieuwsartikel voor zich. Die leest elk groepslid, noteert daarna het onderwerp en de hoofdgedachte van de tekst. Jullie bespreken het gevonden onderwerp, hoofdgedachten, gaan opzoek naar verschillen en bespreken elkaars leesstrategie.  Wat heb je nu gedaan om dit te doen?

Met wie: Het lezen doe je alleen, communiceren doe je alleen met je groepsleden

Praten: Om te overleggen moet je wel praten, doe dit op een normale, respectvolle nette manier en spreek op fst-niveau. 

Opdracht 1 af? Noteer eerst een samenvatting van ongeveer 30 woorden van de teksten en vergelijk deze daarna met elkaar

Tijd: Voor het lezen, het bepalen van het onderwerp en de hoofdgedachte hebben jullie 10 minuten

Opdracht 2: Poster maken

Wat: Een mini poster maken met alle tips om de woordsoorten en zinsdelen te benoemen. 

Hoe: Elk groepje heeft op de achterkant van het blad woordsoort of zinsdeel staan. Heb je woordsoort staan? Dan maak je een poster in je groep, hoe je alle zn, bn, sbn, vz, olw en blw kan vinden en onthouden. 

Heb je zinsdeel dan maak je in de groep een poster met daarop alle tips en stappen om de pv, ow, lv en wg te vinden en waar je dit kan oefenen. 

Tip: Verdeel de taken en werk eerst op 1 laptop per groep, hierop worden de tips besproken en beschreven. 

Tijd: 25 minuten.

Met wie:  Je laptop, je creatieve brein en de groepsleden.

Opdracht 3: Oefenen met woordenlijst

Wat: Kies 4 woorden uit de woordenlijst hoofdstuk 2, hierna gaan jullie zelf in  4 meerkeuze vragen verzinnen per woord, waar een woord goed wordt beschreven in de zin. Na het maken van deze vragen, gaan jullie elkaars vragen maken en nakijken.

Totaal krijg je dus 12 woorden per groep. 

Hoe: De zinnen noteren jullie op de computer en sturen jullie aan het einde van de les naar mij toe. 

Met wie: De woordenlijsten die ik uitgedeeld heb, je laptop en de groepsleden.

Klassikaal oefenen met de woordenlijst

Lesdoelen

Aan het einde van de les kan ik 

..... Het onderwerp en hoofdgedachte van een tekst achterhalen

........de woordsoorten en zinsdelen benoemen en vinden.

...Kan ik goed samenwerken en respectvol met elkaar communiceren. 

....... Heb ik geoefend met de woordenlijst