Werkwoordspelling - Extra oefenen

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Werkwoordspelling 

Extra oefenen

WERKWOORDSVORMEN

• Persoonsvorm tegenwoordige tijd                          PVTT
• Persoonsvorm verleden tijd                                       PVVT
• Voltooid deelwoord                                                          VD
• Onvoltooid deelwoord                                                     OD
• Infinitief (hele werkwoord)                                          INF
• Bijvoeglijk naamwoord                                                    BN

Noteer de juiste vorm van het werkwoord en zet erachter om wat voor vorm het gaat.

Noteer je antwoord als volgt:

De brandweer ...... (schatten) gisteren nog dat de schade vijf ton zal zijn.

schatte-pvvt

De bende die het dorp overviel, ...... (beroven) de inwoners van alle voedsel.

Meteen toen de cabaretier opkwam, ...... (barsten) de mensen al in lachen uit.

De bel deed het niet, daarom heb ik maar op de deur ...... (bonzen).

Jacob speelt zo onsportief, die schorsing is zijn ...... (verdienen) loon.

Hielke ...... (hechten) als kind al weinig waarde aan speelgoed.

Jan heeft altijd ...... (ontkennen) dat hij iets met die inbraak te maken heeft.

De laagst ...... (opleiden) mensen komen bijna niet meer aan een baan.

Wij gaan vanavond eindelijk weer eens Chinees ...... (eten).

Op Bevrijdingsdag werd er op het plein ...... (dansen)

Vanmorgen kwam zij ...... (schreeuwen) de klas binnen.

Vorig jaar ...... (leiden) jullie de rest van de klas af.

Ik heb Gerard ...... (noemen) als kandidaat voor penningmeester van de club.

Als je op deze manier doorgaat, ...... (belanden) je in een vervelende situatie.

Vanmorgen reed hij ...... (fluiten) voorbij.

Ik heb daar altijd al eens willen ...... (zwemmen).

Toen hij 13 rondjes had gelopen, ...... (ploffen) hij op de bank.

Pieter ...... (vinden) nog steeds dat hij gelijk heeft.

Vorig jaar ...... (vergroten) de bouwvakkers de kamer met zeker de helft.

De ...... (vergroten) foto hangt hier al jaren aan de muur.

Ik ben zo moe, ik ben ...... (breken)!

Ik verlaat straks ...... (zuchten) het lokaal.

Extra oefenen

Cambiumned

Juf Melis