smart

Pes en SMART
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
WelzijnMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Pes en SMART

Slide 1 - Diapositive

Pes Methode
De PES methode is een hulpinstrument om een diagnose te stellen. Het wordt door zorgverleners gebruikt bij het opstellen van een zorgplan. Doordat je middels de PES structuur tot het juiste probleem bent gekomen, kun je makkelijker SMART doelen formuleren om tot actie te komen.

Slide 2 - Diapositive

PES
Ezelsbruggetje voor het formuleren van de PES: ​
P → de client is niet meer in staat...​
E → als gevolg van...​
S → wat zich uit in / wat blijkt uit...​



Slide 3 - Diapositive

Werken met PES

Slide 4 - Diapositive

P van Problemen
P: Probleem
Wat zegt je verpleegkundige (of klinische) blik of observatie over het probleem?
Welke klachten uit de cliënt?
Wordt de cliënt hierdoor beperkt in zijn doen en laten?

Slide 5 - Diapositive

E van Ethologie
Ethiologie
Welke oorzaken herken je?
Zijn er overige factoren die invloed hebben op het probleem? Denk aan overig medicatiegebruik, traumatische ervaringen, maatschappelijke problemen?

Slide 6 - Diapositive

S van Symptomen
Symptomen
Welke symptomen herken je?
Hebben deze symptomen gevolgen voor jouw cliënt?
Wat is de reactie van de cliënt?

Slide 7 - Diapositive

De cliënt heeft doorligplekken omdat hij teveel op bed ligt
Omdat dit probleem niet PES geformuleerd is, kun je niet met zekerheid zeggen welke interventie je het beste kan treffen om de doorligplekken te behandelen en welke doel je moet stellen. Laten we dit probleem  volgens de PES-criteria formuleren.
 Probleem
De cliënt heeft doorlig-plekken.
De cliënt geeft aan pijn aan zijn stuit te hebben.
Etiologie
Dhr. ligt gem. 18 uur per dag op bed.
Dhr. heeft een slechte voedsel-intake.
Dhr. heeft een dunne huid door gebruik corticosteroïden.
Dhr. is elke nacht incontinent van urine.
Symptoom
Een vervelling met roodheid midden op de rug.
Een paarsrode open wond op de stuit.
Verharding van de huid op de stuit.

Slide 8 - Diapositive

timer
0:30
Wat weten jullie van SMART doelen?

Slide 9 - Carte mentale

Slide 10 - Vidéo

SMART staat voor?

Slide 11 - Question ouverte

Slide 12 - Diapositive

Bevat een SMART doel een eindtijd?
A
Ja
B
Nee

Slide 13 - Quiz

Op 1 december 2021 weeg ik 65 kilo
A
Wel SMART geformuleerd
B
Niet SMART geformuleerd

Slide 14 - Quiz

Ik wil dat mevr. Jansen tijdens het ontbijt voldoende eet.
A
Wel SMART geformuleerd
B
Niet SMART geformuleerd

Slide 15 - Quiz

doelen belangrijk?

Slide 16 - Carte mentale

Doelen zijn SMART geformuleerd. Waar zijn de doelen op gericht?

A
Proces
B
Actie
C
Bepaald resultaat
D
Inspanning

Slide 17 - Quiz

Waarom moeten doelen SMART geformuleerd worden?
A
Dat is slimmer
B
Om te checken of ze behaald zijn
C
Het staat mooier
D
Om tussentijds te checken of je de goede dingen doet

Slide 18 - Quiz

SMART wordt gebruikt voor:
A
Het schrijven van een ondersteuningsplan
B
Controleren of je je dagtaken op werk hebt uitgevoerd
C
Het formuleren van doelen

Slide 19 - Quiz

Maak de doelen SMART
Geef aan op welke manier ze wel SMART of juist niet SMART zijn

Slide 20 - Diapositive

Volgend jaar wil Mw Janssen de Marathon gaan lopen

Slide 21 - Question ouverte

Is dit Smart?
Over 2 maanden ben ik in staat om 
SMART doelen te maken volgens de richtlijnen en gebruik ik deze in mijn leerplanverslagen

Slide 22 - Diapositive

Waarom moeten doelen SMART geformuleerd worden?


  • Je weet wat je moet doen/ gericht te werk
  • Je vergroot daarmee de kans dat je het doel behaald 
  • Je kan controleren of je het doel hebt behaald 
  • Zelfvertrouwen op te bouwen (ik kan het!)

Slide 23 - Diapositive

Maak de volgende vraag SMART:
Client Jansen van Leekerweide, afdeling de Wentel 5B wil graag meer contacten leggen met mede clienten de aankomende tijd. Ze houdt erg van zingen en van bingo doen. Welk doel zou je formuleren?

Slide 24 - Diapositive

Oefenen in tweetallen
1 persoon schetst een casus uit de eigen praktijk 
1 persoon maakt een smart doel voor deze persoon
Daarna draaien jullie het om

Slide 25 - Diapositive

Verbeterplan

Slide 26 - Diapositive

Verbeterplan
Verbeterplan = een manier om de kwaliteit van de zorg, organisatie of begeleiding te verbeteren​.


Hiervoor moet je weten hoe het met de kwaliteit is gesteld, daarom toets je dit 1 à 2 keer per jaar​

Kwaliteitstoetsing = beoordeling of aan de kwaliteitseisen wordt voldaan​



Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Waar moet het verbeterplan aan voldoen
  • Je toets je verbeterplan op je werkplek. Dit kan tijdens een individueel gesprek of tijdens een groepsgesprek. Je voegt feedback toe aan het verslag. 
  • Beschrijf de acties die voortkomen uit het verbeterplan, hoe ga je deze aanpakken?
  • Beschrijf hoe je deze acties hebt aangepakt en hoe de betrokkenen (collega en/of cliënten) je ondersteunt hebben tijdens dit plan
  • Waar ben je trots op tijdens het uitvoeren en wat kan nog verbetert worden?
  •  Is het plan al geëvalueerd en is het doel behaald?
  • Beschrijf wat dit verbeterplan de cliënten, collega’s en organisatie opgeleverd heeft? Waarom levert dit verbeterplan een bijdrage aan de kwaliteit
  •  Hoe zorg je ervoor dat het plan blijft leven en dat de betrokkenen het blijven inzetten?
  • Wat heb jij geleerd met deze opdracht? Wat zou je de volgende keer anders doen?
  • Vraag (schriftelijk) feedback aan je werkbegeleider als bewijsstuk

Slide 29 - Diapositive

verbeterplan
Wie heeft er al een verbeterplan opgesteld en wil hem laten zien?

Slide 30 - Diapositive

Vragen?

Slide 31 - Diapositive