Instructie 4.1 Organismen ordenen

1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Wat is geen rijk?
A
Archaea
B
Protisten
C
Eukaryoten
D
Mensen

Slide 19 - Quiz

Domein->Rijk->Stam->Klasse->1->2->3->4
Wat moet er op 1 staan?
A
Orde
B
Familie
C
Geslacht
D
Soort

Slide 20 - Quiz

Om organismen in een RIJK te kunnen indelen kijk je naar drie eigenschappen
A
celkern-celwand-bladgroenkorrels - aantal cellen
B
eencellig-meercellig-geen cellen
C
beweegt wel-beweegt niet-kan lopen
D
warm-koud-lauw

Slide 21 - Quiz

Welke beweringen zijn juist?
1. De cellen van schimmels hebben een celkern
2. Om de cellen van schimmels bevinden zich celwanden
A
1
B
2
C
1 en 2
D
geen één

Slide 22 - Quiz

naam voor eencellige organismen
zonder celkern,
omgeven door een celwand
zonder bladgroenkorrels
A
plantencel
B
schimmel
C
bacterie
D
dierlijke cel

Slide 23 - Quiz

Van wie is welke cel?
Dier
Schimmel
Bacterie
Plant

Slide 24 - Question de remorquage

- ja, een celkern
- ja, een celwand
- ja, bladgroenkorrels
A
bacterie
B
schimmel
C
plant
D
dier

Slide 25 - Quiz

naam voor de eerste drie groepen die ontstaan bij het indelen van alle organismen
A
rijk
B
groep
C
soort
D
ras

Slide 26 - Quiz


Wat is waar?
A
Cel 1: plantaardige cel Cel 2: dierlijke cel
B
Cel 1: Bacterie Cel 2: dierlijke cel
C
Cel 1: dierlijke cel Cel 2: plantaardige cel
D
Cel 1: Schimmelcel Cel 2: plantaardige cel

Slide 27 - Quiz


Een cel van een schimmel heeft:
A
wel een celkern - wel een celwand - wel bladgroenkorrels
B
wel een celkern - wel een celwand - GEEN bladgroenkorrels
C
GEEN celkern - wel een celwand - GEEN bladgroenkorrels
D
GEEN celkern - wel een celwand - wel bladgroenkorrels

Slide 28 - Quiz


Een plantencel heeft:
A
wel een celkern - wel een celwand - wel bladgroenkorrels
B
wel een celkern - wel een celwand - GEEN bladgroenkorrels
C
GEEN celkern - wel een celwand - GEEN bladgroenkorrels
D
GEEN celkern - wel een celwand - wel bladgroenkorrels

Slide 29 - Quiz


De cellen van dit organisme hebben
A
wel een celkern - wel een celwand - wel bladgroenkorrels
B
wel een celkern -GEEN celwand - GEEN bladgroenkorrels
C
GEEN celkern - wel een celwand - GEEN bladgroenkorrels
D
GEEN celkern - wel een celwand - wel bladgroenkorrels

Slide 30 - Quiz

Organismen behoren tot één soort als ze samen vruchtbare nakomelingen kunnen voortbrengen
A
juist
B
onjuist

Slide 31 - Quiz

Persen en siamezen zijn 2 kattenrassen.
Een pers en een siamees zijn 2 verschillende soorten
A
juist
B
onjuist

Slide 32 - Quiz

Een pers en een siamees kat kunnen vruchtbare nakomelingen krijgen
A
juist
B
onjuist

Slide 33 - Quiz