Gebiedende wijs - imperatief A2

Gebiedende wijs / imperatief
Begrijp jij er iets van?
??
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2MBOStudiejaar 1,2

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Gebiedende wijs / imperatief
Begrijp jij er iets van?
??

Slide 1 - Diapositive

Doel
  • Een zin met een instructie kan ik in
      de gebiedende wijs zetten..

Slide 2 - Diapositive

Zin met instructie.
Wanneer gebruik je dit?

Slide 3 - Carte mentale

Gebruik de ik-vorm
 
     Ga             naar huis                                    !        (gaan)
     Drink        je melk                                        !        (drinken)
     Doe          de deur             dicht                !       (dichtdoen)
     Eet            je boterham    op                    !        (opeten)
     Maak        de oefening    af                      !       (afmaken)



ww
 werkwoord          iets / tijd / plaats
deel van ww
2
!
 dl 
ww

Slide 4 - Diapositive

Zet de volgende zinnen in de gebiedende wijs / imperatief. Gebruik de ik-vorm.
voorbeelden:
Je moet de deur dichtdoen. 

            Doe de deur dicht.
Je moet naar je bed gaan.

          
Ga naar je bed.
(scheidbaar werkwoord)

Slide 5 - Diapositive

Je moet je kamer opruimen.
A
Moet je kamer opruimen!
B
Ruim op je kamer!
C
Ruim je kamer op!
D
Moet je je kamer opruimen

Slide 6 - Quiz

Jullie moeten naar je docent luisteren. :)
A
Luister naar je docent!
B
Moeten jullie luisteren.
C
Je docent moeten jullie naar luisteren.
D
Luisteren naar je docent!

Slide 7 - Quiz

Je moet je best doen.
A
Moet je best doen.
B
Doe je best!
C
Doen je best!
D
Moet je je best doen!

Slide 8 - Quiz

Je moet op mij wachten.
A
Moet je op mij wachten
B
Wacht jij op mij.
C
Wachten!
D
Wacht op mij!

Slide 9 - Quiz

Jullie moeten afrekenen.
A
Reken af!
B
Afrekenen jullie!
C
Jullie rekenen af!
D
Moeten afrekenen!

Slide 10 - Quiz

Bij de volgende slides moet je zelf het antwoord opschrijven.

Slide 11 - Diapositive

Je moet koffie zetten.

Slide 12 - Question ouverte

Jullie moeten je trui aandoen.

Slide 13 - Question ouverte

Jullie moeten regelmatig uitchecken.

Slide 14 - Question ouverte

Je moet vandaag
boodschappen doen.

Slide 15 - Question ouverte

Je moet vanavond eten koken.

Slide 16 - Question ouverte

Je kan het ook iets vriendelijker zeggen.
Gebruik het woordje "even" of "maar".

Drink je thee!
Drink maar je thee (maar)!
Drink even je thee!
Drink maar even je thee!

Dit gaan we de volgende keer oefenen.

Slide 17 - Diapositive

Vind je zinnen met gebiedende wijs
nog moeilijk?
Ja, ik vind het nog moeilijk.
Nee, ik vind het makkelijk.

Slide 18 - Sondage

Ga je de gebiedende wijs gebruiken?
Ja, bij mijn kinderen.
Ja, op mijn werk.
Ja, bij mijn man.

Slide 19 - Sondage

Jullie hebben weer prima gewerkt!!!

Slide 20 - Diapositive