Strafrecht

Strafrecht
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
MaatschappijleerMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 18 diapositives, avec diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Strafrecht

Slide 1 - Diapositive

paragraaf 6 (korte) samenvatting
  • strafrecht  manier waarop de staat omgaat met de burgers die de wet overtreden ( publiekrecht) 
  • grondrechten bij strafrecht
  • legaliteitsbeginsel > ne bis in idem regel
  • verschil misdrijven en overtredingen
  • strafproces: 1 aanhouding. 2 opsporing. 3 vervolging. 4 berechting. 5 hoger beroep / cassatie. 6 uitvoering straf.
  • veiligheid en vrijheid > uitbreding opsporings- en vervolgingsbevoegdheden

Slide 2 - Diapositive

Grondrechten en strafrecht
  • Recht op een eerlijk proces door een onafhankelijke rechter.
  • Onschuldvermoeden: Je bent onschuldig tot het tegendeel      bewezen is.
  • Iedereen heeft recht op een (pro-Deo) advocaat.
  • Er zijn wettelijke regels die in het strafprocesrecht staan,         waar politie en justitie zich aan moeten houden.

Slide 3 - Diapositive

Legaliteitsbeginsel en strafrecht
Legaliteitsbeginsel zie je terug in de regels van het Wetboek van Strafrecht:
  • Strafbaarheidsbeginsel
  • Strafbepaling
  • Ne bis in idem-regel
  • Maximumstraf
  • Verjaringstermijn

Slide 4 - Diapositive




  • Eerlijk proces.
  • Onschuldig tot het tegendeel bewezen is = onschuldvermoeden.
  • Wettelijke regels voor behandeling verdachten (Wetboek van Strafvordering)
  • Recht op een advocaat.




  • Strafbaarheidsbeginsel
  • Strafbepaling moet duidelijk zijn
  • Ne bis in idem - regel
  • Maximumstraf
  • Strafuitsluitingsgronden
  • Verjaring (bv. 12 jaar voor misdrijf)
Grondrechten en het strafrecht
Legaliteitsbeginsel en het strafrecht

Slide 5 - Diapositive

Misdrijven en overtredingen
Misdrijven
Overtredingen
rechtsdelicten
wetsdelicten
zware strafbare feiten
lichte strafbare feiten
poging is strafbaar
poging is niet strafbaar
medeplichtigheid is strafbaar
medeplichtigheid is niet strafbaar
opzet of verwijtbare schuld moet bewezen worden
er wordt uitgegaan van opzet of verwijtbare schuld
wordt behandeld bij rechtbank
wordt behandeld bij rechtbank, afdeling kanton
alle mogelijke straffen
hechtenis of geldboete

Slide 6 - Diapositive

Het strafproces
Het hele strafproces, vanaf de ontdekking van een misdrijf tot aan het moment dat de veroordeelde zijn straf ondergaat, kun je indelen in zes fasen. Hierbij treedt een officier van justitie namen het Openbaar Ministerie (OM) op in naam van de staat. Dit zijn de fasen:

Slide 7 - Diapositive

Strafproces
Hoe verloopt een rechtszaak?

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Vidéo

Slide 10 - Vidéo

Slide 11 - Vidéo

Uitbreiding opsporingsbevoegdheden
Sinds de invoering van de Wet bijzondere opsporingsbevoegdheden (BOB) mag de politie:
inbreken om naar bewijsmateriaal te zoeken.
infiltreren in misdaadorganisaties (waarbij de politie zelf strafbare feiten mag plegen).

Slide 12 - Diapositive

Uitbreiding opsporingsbevoegdheden


- Wet BOB
- Computercriminaliteit
- Terrorisme
- Wet afgeschermde getuigen

Slide 13 - Diapositive

Bestrijding terrorisme
Wet Opsporing terroristische misdrijven:
  • Je bent verdachte bij aanwijzingen van.....
  • De AIVD mag anonieme getuigen gebruiken in rechtszaak.
  • Extra veiligheidsrisicogebieden aanwijzen

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Lien




Opsporing
  • Wet bijzondere opsporingsbevoegdheden
  • Computercriminaliteit III
  • Wet opsporing terroristische misdrijven



Vervolging
  • Wet afgeschermde getuigen
  • Strafbeschikking
  • Nationale terroristenlijst
Uitbreiding opsporings- en vervolgingsbevoegdheden

Slide 16 - Diapositive

Discussie
- Botsende grondrechten
- Opsporingsbevoegdheden   
   uitgebreid (wet BOB)
- Veranderingen rechtsspraak
     --> uitbereidng spreekrecht 
             / wet OM-afdoening
- Strenger straffen

Slide 17 - Diapositive

Zijn de regels waar politie en justitie zich aan moeten houden te streng?
  • Waarom zijn de regels voor politie en justitie zo duidelijk vastgelegd?
  • Wat is de rol van de politie en wat is de rol van de officier van justitie?
  • Welke opsporingsbevoegdheden of dwangmiddelen heeft de politie (met en zonder toestemming van de rechter)?
  • Welke mogelijkheden heeft de officier van justitie?
  • Welke uitbreidingen in opsporings- en vervolgingsbevoegdheden zijn er en wat zijn daarvan voor- en nadelen?
Lees 2.6 van je lesboek, maak in je werkboek van 2.6 vraag 2, 3, 4, 8, 9, 12, 13

Slide 18 - Diapositive