3h - Ch 5 - 11. script developpement

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

BIENVENUE!

Prenez vos livres, cahiers et stylos.

B

Bonjour!          

Qu'est-ce qu'on va faire?

• rappel: les verbes
• voorzetsel bij landen/steden
• format script

Aan het eind van de les: 

is 'le développement' van je script af

ppt

Hoe vorm je de stam van een werkwoord op '-er'?

hij draagt

1. il porter
2. il porte
3. il portes
4. il port

jij houdt van

1. tu aimer
2. tu aime
3. tu aimes
4. tu aim

werkwoord op '-er': welke uitgang hoort waarbij?

-e

-ez

-es

-ons

-ent

je

tu

on

elle

il

nous

elles

ils

vous

u kiest
(choisir)

1. vous choisis
2. vous choisez
3. vous choisissons
4. vous choisissez

wij eindigen
(finir)

1. nous finissez
2. nous finissent
3. nous finissons
4. nous finons

zij wachten
(attendre)

1. ils attendent
2. ils attendrent
3. ils attende
4. ils attendons

wij hebben verloren
(perdre)

1. on a perdé
2. on perd
3. on a perdi
4. on a perdu

wij zijn geweest

1. on est été
2. on a été
3. on était
4. on étais

onregelmatige werkwoorden

ÊTRE (zijn):                        j'ai été en France

AVOIR (hebben):              j'ai eu un accident

FAIRE (maken, doen):    j'ai fait une photo

PRENDRE (nemen):        j'ai pris un coca

oefenen werkwoorden

verbuga.eu/v2z/

kies (links, werkwoorden): attendre, finir, donner

kies (rechts, tijden): présent, passé composé

Villes / villages

Om een stad of dorp aan te geven gebruik je het voorzetsel 'à'. 

Voorbeeld:

        Je vais à Marseille

        Je vais à Nice

Pays

Bij landen heb je drie opties:

                en / au / aux

Pays 

EN

• Féminin (vrouwelijk)

• Eindigen op een 'e'
  
  

Voorbeeld:

     Je vais en Espagne 

    Je vais en France

Pays

AU

• Masculin (mannelijk)
  

• Eindigt niet op een e

Voorbeeld: 
   au Danemark

   au Canada

   au Pérou 

   au Japon

Pays

AUX

• Pluriel (meervoud, eindigt meestal op een -s)
  

Voorbeeld: 

        aux États-Unis

        aux Pays-Bas

Résumé

À =  dorp en steden

En = continenten en vr. landen

Au = mannelijke landen

Aux = landen meervoud

Format script

Introduction: Qui? Quoi? Où? Quand? Comment?

Développement: werk de informatie uit de inleiding verder uit 

Conclusions: geef jouw mening (met argumenten!)

 

aujourd'hui

gebruik de phrases-clés!!

reisplan

• activiteit per dag
  
• restaurants
• lokale specialiteiten

 

Je moet je ouders overtuigen, dus geef argumenten: waarom daarheen?

les devoirs

lundi 12 février, 5e uur

• Apprendre (= leren) werkwoorden er/re/ir
• Script voor vlog: intro & développement af

• thuis max kwartier

• WAAROM echt doen? nodig voor les morgen!

À la fin du cours...

• Stoel aanschuiven.
• Rommel? In prullenbak.

• Rustig lokaal uit.

Woorden op het bord zetten:

le matin

l'après-midi

porter (un uniforme)

rentrer