SK_5H_NOVA H7.4 + H8.2 titreren_oefenopgave


5 HAVO NOVA
H7.4+H8.2 Titratie
oefenopgave
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon


5 HAVO NOVA
H7.4+H8.2 Titratie
oefenopgave

Slide 1 - Diapositive

samen een berekening doen, lees dit goed door, schrijf de gegevens even op een kladblaadje
De molariteit van een een onbekende hoeveelheid azijnzuur wordt bepaald met een titratie met natronloog
  1. er wordt 25,0 mL azijnzuur in een erlenmeyer gedaan
  2. er wordt met 0,010 M natronloog getitreerd 
  3. fenolrood wordt toegevoegd aan het azijnzuur als de pH indicator 
  4. als de kleur omslaat, is er precies 12,53 mL natronloog toegevoegd
Bereken de molariteit van het azijnzuur met hulp van de volgende slides

Slide 2 - Diapositive

Fenolrood wordt gebruikt als pH indicator. Wat wordt de kleur van de oplossing als azijnzuur precies volledig met natronloog heeft gereageerd?
A
geel
B
groen
C
rood
D
oranje

Slide 3 - Quiz

Fenolrood is oranje bij pH 7
Fenolrood heeft een omslagtraject van pH 6.6-8.0. 
De oplossing is geel bij pH onder de 6,6 (zuur). 
Als al het zuur weg is gereageerd, dan is de oplossing neutraal geworden (pH 7) en is de kleur oranje. 
Als de oplossing basisch wordt (hoge pH), dan wordt deze rood.

Slide 4 - Diapositive

De juiste notatie voor natronloog is
A
NaOH (aq)
B
Na (aq) + OH (aq)
C
Na+ (aq) + OH- (aq)
D
natriumhydroxide

Slide 5 - Quiz

Natronloog en azijnzuur
  • Natronloog is de oplossing van NaOH in water en 
     dat moet je zo opschrijven: Na+ + OH-
  • Azijnzuur is een zwak zuur en noteer je dus als de hele  
     formule met (aq) erachter: CH3COOH (aq)
  • Als azijnzuur (CH3COOH) met natronloog reageert, reageert een zuur met een base, dus CH3COOH reageert met OH-
    CH3COOH + OH-   -->   CH3COO- + H2O

Slide 6 - Diapositive

Als de kleur omslaat, is er precies 12,53 mL van de 0,010 M natronloog toegevoegd. Hoeveel mol OH- heeft gereageerd?
mol
0,010
...
L
1
...
A
0,010 x 12,53 = 0,13 mol
B
0,010 x 0,01253 = 0,13 mmol
C
0,010 / 12,53 = 8,0 mol
D
0,010 / 12,53 = 8,0 mmol

Slide 7 - Quiz

aantal mol uitrekenen
mol = molariteit x Liter
of:



x = (0,010 x 0,01253)/1 = 0,1253 *10-3 mol = 0,13 mmol
mol
0,010
x
L
1
0,01253

Slide 8 - Diapositive

Er zat 25,00 mL azijnzuur (CH3COOH) in de erlenmeyer. Er heeft 0,13 mmol OH- gereageerd.
Hoeveel mol azijnzuur heeft dan gereageerd?
A
1:1 dus ook 0,13 mol
B
1:1 dus ook 0,13 mmol
C
3:1 dus 0,042 mol
D
1:3 dus 0,39 mmol

Slide 9 - Quiz

gebruik de reactievergelijking
CH3COOH + OH- --> CH3COO- + H2O
1            :             1           :           1        :        1

Er heeft 0,13 mmol OH- gereageerd, dus er heeft 
ook 0,13 mmol azijnzuur (CH3COOH) gereageerd (want 1:1) 

Slide 10 - Diapositive

Er zat 25,00 mL azijnzuur in de erlenmeyer. Er heeft 0,13 mmol azijnzuur gereageerd. Wat was de molariteit van het azijnzuur?
mol
0,13*10-3
...
L
...
...
A
0,13 x 25,00 = 3,3 M
B
0,13 / 25,00 = 0,0052 M
C
0,13 x 0,02500 = 0,0033 M
D
0,13*10-3 / 0,02500 = 0,0052 M

Slide 11 - Quiz

van mol naar molariteit
Er zat 25,00 mL azijnzuur in de erlenmeyer. Er heeft 0,13 mmol azijnzuur gereageerd. Wat was de molariteit van het azijnzuur?
Molariteit is mol/L dus vul de verhoudingstabel goed in:


x = (0,13*10-3 x 1)/ 0,02500 = 0,0052 mol/L
mol
0,13*10-3
x
L
0,02500
1

Slide 12 - Diapositive

Stelling: deze titratie-opgave in Lesson-Up heeft me goed geholpen de titratie-som te begrijpen...
A
niet echt, ik snap het nog steeds niet
B
ja, met de deelvragen gaat het goed
C
ik kan het ook wel zonder maar het is wel fijn om het eerst zo te doen
D
ik kan het beter zonder deze vragen

Slide 13 - Quiz

Titratie berekeningen (verkort stappenplan)
  1. Noteer de reactievergelijking (havo krijgt deze bij de opdracht of kan deze uit de tekst halen).
  2. Bereken aantal mol toegevoegde stof (liter * molariteit)
  3. Bereken aantal mol gereageerde stof (met molverhouding)
  4. Bereken de molariteit van de gereageerde stof (naar mol/L)
tip
neem deze aantekening over in je schrift en gebruik hem bij de opgaven

Slide 14 - Diapositive

Heb je nog tips of verzoekjes hoe dit beter kan? Laat het me weten!

Slide 15 - Question ouverte