Doorwerking: gebruik thema's of nieuw materiaal, modulaties
Reprise: ontspanning, herhaling expositie in hoofdtoonsoort
Eventueel coda (afsluiting muziekstuk)
>> Symfonische structuur
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Symfonie
Allegro: hoofdvorm, snel
Adagio / andante: , hoofdvorm, langzaam
Menuet: dans, 3/4, ABA, trio, matig snel
Finale: allegro of presto, uitbundig, hoofdvorm of rondo
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Vidéo
We hoorden hier een
A
Cantate
B
Sonate
C
Recitatief
D
Aria
Slide 11 - Quiz
wat is een strijkkwartet?
Slide 12 - Question ouverte
Slide 13 - Vidéo
W.A.Mozart
1756 - 1791
Componist, pianist, violist en dirigent.
Mozart was een wonderkind, dat op uitzonderlijk jonge leeftijd viool, klavecimbel en orgel speelde en kwalitatief hoogstaand werk componeerde.
Bekende werken: Requiem, die Zauberflöte soloconcerten, symfonieën en strijkwartetten.
Slide 14 - Diapositive
Slide 15 - Vidéo
Wie componeerde dit stuk?
A
Wolfgang.A. Mozart
B
Joseph Haydn
C
Ludwig van Beethoven
D
Franz schubert
Slide 16 - Quiz
Ludwig van Beethoven
1770-1827
Duitse componist, musicus, virtuoos en dirigent. Hij bracht het classicisme tot voltooiing en leidde de romantiek in.
Bekende werken:
9e Symfonie (Ode an die Freude)
Moonlightsonate
Fidelio
Missa Solemnis
Für Elise
Slide 17 - Diapositive
Slide 18 - Vidéo
Haydn schreef verschillende muziekstukken. Welke soort stukken worden in het filmpje genoemd en leg uit wat de kenmerken zijn.
Slide 19 - Question ouverte
Joseph Haydn
1732-1809
Oostenrijk, docent Mozart.
Moeilijke jeugd gehad, ouders wilden priesterschap. Uiteindelijk gekozen om muziekles te geven. Zo aan het hof gekomen waar hij hofcomponist werd bij vorst Paul II Anton Esterházy.
Ontwikkeling symfonie en strijkkwartet. Bekende werken:
Die Schöpfung
Symfonie nr. 88
Slide 20 - Diapositive
Slide 21 - Vidéo
Welk instrument zagen/hoorden we hier?
A
Vleugel
B
Piano
C
Pianoforte
D
Klavecimbel
Slide 22 - Quiz
CONTRASTWERKING Noem contrasten in de muziek
Slide 23 - Carte mentale
Welk ritmisch figuur spelen de tweede violen voortdurend in het fragment?
A
Syncopes
B
Triolen
C
Achtste noten
D
Kwart noten
Slide 24 - Quiz
Slide 25 - Vidéo
In het fragment spelen onder meer 2 dwarsfluiten. Hoe bewegen de dwarsfluiten zich (voornamelijk) ten opzichte van elkaar?
Slide 26 - Question ouverte
Dit werk is een deel uit een Requiem (dodenmis). Toch spreekt er veel optimisme uit dit fragment. Geef 2 argumenten voor deze bewering. Laat de tekst en de klankkleur buiten beschouwing.