1.5 Meten en Rekenen

1.5 Meten en Rekenen
1.5: meten en rekenen
Pak je werkboek, schrift, etui, agenda en IPad
1 / 38
suivant
Slide 1: Diapositive
W&TMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 38 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

1.5 Meten en Rekenen
1.5: meten en rekenen
Pak je werkboek, schrift, etui, agenda en IPad

Slide 1 - Diapositive

Programma van deze les

  1. Terugblik vorige les
  2. Interactieve uitleg 1.5 (denk aan IPad gebruik)
  3. Werken aan opdrachten
  4. Quiz
  5. Pauze
  6. Bouwen aan je ballonauto
 

Slide 2 - Diapositive

Heb je nog vragen over 1.4?
Nee
Ja
Kan ik nakijken?

Slide 3 - Sondage

Zet de stappen voor het ijken van een thermometer  in de goede volgorde
STAP 1
STAP 2
STAP 3
STAP 4
STAP 5
STAP 6
Zet een thermometer in een bakje met smeltend ijs

Schrijf bij het onderste streepje 0 °C en het bovenste streepje 100 °C
Verdeel de afstand tussen deze twee streepjes met nieuwe streepjes in 10 gelijke delen.
 

Zet een streepje op de plek waar de vloeistof stopt met stijgen of dalen.
Zet een streepje op de plek waar de vloeistof stopt met stijgen of dalen.

Zet de thermometer in kokend water

Slide 4 - Question de remorquage

Welke temperatuur
hoort bij 14 uur?
A
10 °C
B
15 °C
C
20 °C
D
25 °C

Slide 5 - Quiz

Wat mist er in deze grafiek?

Slide 6 - Question ouverte

Pak je werkboek erbij. Over welke opdracht(en) heb je nog vragen? Heb je geen vragen vul dan niets in.

Slide 7 - Question ouverte

Leerdoelen 1.5
  1.  Ik ken het begrip dichtheid.
  2.  Ik ken twee manieren om het volume te bepalen.
  3.  Ik weet hoe je de dichtheid kan bepalen.
  4.  Ik kan een onbekende grootheid berekenen met een verhoudingstabel.
  5.  Ik kan een onbekende grootheid berekenen met de formule p=m/V
  6.  Ik kan afronden naar twee cijfers achter de komma.

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Vidéo

Bij dichtheid kijk je naar de massa in gram van 1 cm3

grootheid = dichtheid
eenheid = g/cm3
Bij dichtheid kijk je naar de massa in gram van 1 cm3

grootheid = dichtheid
eenheid = g/cm3

Door van alle stoffen een gelijk volume te nemen kun je stoffen eerlijk vergelijken.

Slide 10 - Diapositive

De dichtheid bepalen
Hiervoor heb je 2 grootheden nodig:
- Massa
- Volume

Slide 11 - Diapositive

Massa bepalen
De massa bepaal je met een weegschaal.

Slide 12 - Diapositive

Massa bepalen
Hoe doe je dat dan bij een vloeistof?

Slide 13 - Diapositive

Volume
Volume zegt iets over hoeveel ruimte een voorwerp inneemt (inhoud)
De eenheid van volume is liter of kubieke meter

Hoe bepaal je het volume?

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

V = l x b x h
Het volume van bijvoorbeeld een balk bereken je door de formule:
Volume = lengte x breedte x hoogte

Slide 16 - Diapositive


Wat is het volume?
A
64cm3
B
16cm3
C
64m3
D
16m3

Slide 17 - Quiz

De onderdompelmethode

Slide 18 - Diapositive

Rob bepaalt het volume van een schaakstuk. Wat is het volume van dit schaakstuk?
A
5,1 cm³
B
6 cm³
C
10 cm³
D
16 cm³

Slide 19 - Quiz

Dichtheid berekenen
- verhoudingstabel
- formule

Dichtheid = massa per cm3

Slide 20 - Diapositive

Voorbeeld verhoudingstabel
Je hebt een onbekend voorwerp waarvan je de volgende dingen meet:
massa = 10 gram
Volume = 13 cm3

Wat is de dichtheid?

Slide 21 - Diapositive

massa (g)
10
?
Volume (cm3)
13
1
? = ( 1 x 10 ) : 13 = 0,7692 = 0,77 g

De dichtheid is dus 0,77 g/cm3

Slide 22 - Diapositive

Voorbeeld met formule
Je hebt een onbekend voorwerp waarvan je de volgende dingen meet:
massa = 10 gram
Volume = 13 cm3

Wat is de dichtheid?

Slide 23 - Diapositive

Formule dichtheid:


p = m : V
    = 10  : 13 
    = 0,7692 
    = 0,77 g

De dichtheid is dus 0,77 g/cm3

Slide 24 - Diapositive

Zelfstandig aan het werk
Maak alle opdrachten van 1.5

De eerste 5 minuten ga je
in stilte en zelfstandig aan
het werk.
Daarna mag je rustig met
elkaar overleggen.
timer
15:00

Slide 25 - Diapositive

De eenheid van massa kan zijn...
A
Liter
B
Centimeter
C
Gram

Slide 26 - Quiz

Massa bepaal je met een
A
liniaal
B
geodriehoek
C
weegschaal
D
maatcilinder

Slide 27 - Quiz

Welk symbool hoort bij massa ?
A
M
B
N
C
m
D
G

Slide 28 - Quiz

Welke eenheid hoort bij volume?
A
Uur
B
Liter
C
Kelvin
D
Seconde

Slide 29 - Quiz

Het symbool van volume is
A
V
B
L
C
v
D
dm3

Slide 30 - Quiz

Gaan we nu kijken naar het volume.
Wat is een ander woord voor volume?
A
oppervlakte
B
maat
C
inhoud
D
grootte

Slide 31 - Quiz

De formule voor volume is...
A
l x b x h
B
m/v
C
p x v

Slide 32 - Quiz

beginstand: 15 mL
eindstand: 24 mL
Volume?
A
10 cm3
B
14 cm3
C
9 cm3
D
11 cm3

Slide 33 - Quiz

Heb je nog vragen over 1.5?
Nee
Ja, maar ik lees eerst zelf nog even de theorie in het boek
Kan ik aan de slag?

Slide 34 - Sondage

Wat is de formule voor dichtheid?
A
dichtheid = massa / volume
B
dichtheid = massa x volume
C
dichtheid = volume / massa
D
dichtheid = volume - massa

Slide 35 - Quiz

Wat is de formule van dichtheid?
A
𝛒 = m ・ V
B
𝛒 = m/V
C
𝛒 = V/m
D
𝛒 = g/cm3

Slide 36 - Quiz

Project
Bouwen aan je ballonauto!

Nog niet klaar met de andere opdrachten? Maak deze dan eerst af.


Slide 37 - Diapositive

Opruimen
  • Spullen naar magazijn, rommel in afvalbak, denk ook aan de schuimsnij-hoek
  • Tassen inpakken en op de rug houden of voorin de klas zetten
  • Tafels leeg en afvegen
  •  Krukken op tafel
  • Corvee: lokaal aanvegen

Slide 38 - Diapositive