Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 30 min
Éléments de cette leçon
Breuken en rekenvolgorde
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Breuken
1 pizza in 8 stukken verdeeld is de breuk 1/8
Slide 3 - Diapositive
Breuken
Stelling:
1 pizza in 8 stukken verdeeld is de breuk 1/8
Dus eigenlijk betekent 1/8; 1 gedeeld door 8
Slide 4 - Diapositive
Testje: Toets in 1 : 2 = a b/c Wat is het antwoord
A
0,5
B
2
C
4
D
1/2
Slide 5 - Quiz
Nog een test: Toets in 45 x 3 : 5 = Wat is je antwoord?
A
675
B
20
C
27
D
12
Slide 6 - Quiz
Bereken nu 3/5 deel van 45
A
675
B
27
C
12
D
20
Slide 7 - Quiz
Breuken
Dus:
45 x 3 : 5
is hetzelfde als
3/5 deel van 45
Slide 8 - Diapositive
Werkt dit ook voor breuk naar decimaal? Voer in 3 : 8 = (a b/c)
A
24
B
11
C
0,375
D
0,5
Slide 9 - Quiz
Breuken bv. 3/8 van 24
Boek: 24 : 8 = 3 -> 3 x 3 = 9
Rekenmachine (1) 24 x 3/8 = ...
Rekenmachine (2) 24 x 3 : 8 = ...
Slide 10 - Diapositive
Breuken
Je hebt nu in de afgelopen week 3 manieren geleerd om een deel van iets te berekenen. Kies voor jezelf de beste manier. Maar schrijf op de toets wel op wat je doet.
Slide 11 - Diapositive
2
3
1
Vermenigvuldigen en delen van links naar rechts
Berekenen wat er binnen de haakjes staat
Optellen en aftrekken van links naar rechts
Slide 12 - Question de remorquage
6 + 4 x 3 =
A
24
B
30
C
18
D
13
Slide 13 - Quiz
2 + 2 x 2 =
A
8
B
6
C
2
D
4
Slide 14 - Quiz
12 -11 x 0 =
A
0
B
1
C
11
D
12
Slide 15 - Quiz
18 : 3 + 5 =
A
11
B
6
C
1
D
2,25
Slide 16 - Quiz
20 : 2 x 8 - 4 =
A
84
B
76
C
40
D
84
Slide 17 - Quiz
100 : 25 x 4 - 7 =
Slide 18 - Question ouverte
56 : 8 + 2 x 5 =
Slide 19 - Question ouverte
30 : 5 x 2 =
A
6
B
24
C
3
D
12
Slide 20 - Quiz
(4 + 7) x 6 =
A
66
B
18
C
4
D
46
Slide 21 - Quiz
2 + 5 x (5 - 3) =
A
24
B
8
C
12
D
20
Slide 22 - Quiz
(8 + 3 ) x (8 - 7) =
A
21
B
24
C
11
D
69
Slide 23 - Quiz
(5 + 2) x 3 =
A
9
B
1
C
11
D
21
Slide 24 - Quiz
5 x (8 + 13) =
A
105
B
25
C
36
D
53
Slide 25 - Quiz
( 16 - 8) x (2 + 10) =
A
10
B
35
C
40
D
96
Slide 26 - Quiz
(5 + 5) x 3 =
A
20
B
0
C
30
D
75
Slide 27 - Quiz
(21 + 4) x (36 : 9) =
A
16,1111
B
30
C
68
D
100
Slide 28 - Quiz
(5 + 3) x 8 - (6 - 4) =
Slide 29 - Question ouverte
27 : (3+6) x (4+3) : (8-1) =
Slide 30 - Question ouverte
(124-346) x (47-32) x 0 x (89204+3478) =
Slide 31 - Question ouverte
Oefen verder met oefenblad
Denk eraan dat je op de toets de tussenstappen moet noteren.