Havo-5 herhaling H2 Aarde

Convectiestromen vinden plaats in de ...
A
Aardkorst
B
Aardmantel
C
Buiten kern
D
Binnen kern
1 / 31
suivant
Slide 1: Quiz
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Convectiestromen vinden plaats in de ...
A
Aardkorst
B
Aardmantel
C
Buiten kern
D
Binnen kern

Slide 1 - Quiz

Beschrijf wat het verschil is tussen een midoceanische rug en diepzee trog. Ga in op de ligging van beide.

Slide 2 - Question ouverte

Aardkorst
onderwatergebergte
Aardkern
Graniet
diepzeetrog
Lithosfeer
midoceanische rug
radioactieve warmteproductie
kloof in de oceaan
continentale korst

Slide 3 - Question de remorquage

Bij een midoceanische rug is er sprake van...
A
Convergentie
B
Divergentie
C
Transforme plaatbeweging
D
Zowel convergentie als divergentie

Slide 4 - Quiz

Plaattektoniek

Slide 5 - Diapositive

Beschrijf waarom er bij Indonesië wel kans is op een aardbeving en bij Madagascar niet. (oorzaak/gevolg)

Slide 6 - Question ouverte

Beschrijf wat er gebeurd bij een subductiezone

Slide 7 - Question ouverte

Welke twee woorden horen bij een divergente plaatbeweging
A
Schildvulkaan, explosieve uitbarsting
B
Stratovulkaan, explosieve uitbarsting
C
Schildvulkaan, effusieve uitbarsting
D
Stratovulkaan, effusieve uitbarsting

Slide 8 - Quiz

Beschrijf in eigen woorden waarom wat er zo bijzonder is aan het vulkanisme op Hawaii.

Slide 9 - Question ouverte

Leg uit dat er een uitbarsting van een stratovulkaan vaak vooraf wordt gegaan door aardbevingen. (oorzaak/gevolg)

Slide 10 - Question ouverte

Welke vorm is geen mechanische verwering
A
Vorstverwering
B
temperatuursverschillen
C
Uiteenvallen door plantenwortels
D
oplossen van kalksteen in water

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Diapositive

Beschrijf het proces op de vorige afbeelding
(oorzaak/gevolg + begrip)

Slide 13 - Question ouverte

Waarom vind ik chemische verwering vaak in tropische gebieden?
(oorzaak/gevolg)

Slide 14 - Question ouverte

Door ontbossing..
A
neemt de sponswerking af
B
neemt sponswerking toe
C
blijft de sponswerking ongeveer gelijk

Slide 15 - Quiz

Waarom neemt de stroomsnelheid van een rivier af in de middenloop/benedenloop. Gebruik het woord verhang in je antwoord.

Slide 16 - Question ouverte


Slide 17 - Question ouverte

Op de vorige foto zag je een dal.
Beschrijf het type dal en het ontstaan ervan.

Slide 18 - Question ouverte

Als je de onderstaande processen in chronologische volgorde moet zetten. Welke komt dan als laatste?
A
Verwering
B
Erosie
C
Rivierstransport
D
Aardverschuivingen

Slide 19 - Quiz

Leg uit dat verwering vóór aardverschuivingen plaatsvind.

Slide 20 - Question ouverte

Beschrijf hoe de stroomsnelheid voor de kust en de stroomsnelheid van de rivier is bij de vorming van een delta

Slide 21 - Question ouverte

Welke kenmerk past het beste bij een delta?
A
De rivier stroomt snel in de delta
B
De delta ontstaat door erosie
C
Er vindt veel sedimentatie plaats
D
Er is slechts een geul

Slide 22 - Quiz

Noteer in 5 steekwoorden welke weg een gesteente aflegt van hooggebergte naar de duinen.

Slide 23 - Question ouverte

De Himalaya is een voorbeeld van een ...
A
plooiingsgebergte
B
breukgebergte
C
jong gebergte
D
gebergte ontstaan door vulkanisme

Slide 24 - Quiz

In Oost-Afrika bewegen de platen uit elkaar. Welke type vulkanisme komt vind je hier?

Slide 25 - Question ouverte

Wat is geen voorbeeld van een exogeen proces
A
Erosie
B
Verwering
C
de zon
D
convectiestroming

Slide 26 - Quiz

Noem 2 voorbeelden van een oud gebergte en 2 voorbeelden van een jong gebergte

Slide 27 - Question ouverte

Beschrijf een verschil tussen een jong en oud gebergte
Ga hierbij in op een "uiterlijk" kenmerk

Slide 28 - Question ouverte

snel afkoelen en stollen
sedimentatie uit stilstaand water
onder zeer oge druk samengeperste kalksteen
langzaam afkoelen en stollen
een en al fossielen
Graniet
Zandsteen
basalt
mamer
kalksteen

Slide 29 - Question de remorquage

Geef met een oorzaak/gevolg relatie aan dat in stollingsgesteente geen fossielen voorkomen.

Slide 30 - Question ouverte

EINDE

Slide 31 - Diapositive