Les 5 + 6 tekstdoelen, tekstsoorten, beeld bij tekst, kernzin, hoofdzaak, bijzaak

Welkom!
Pak alvast je leesboek erbij.
1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmboLeerjaar 4

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Welkom!
Pak alvast je leesboek erbij.

Slide 1 - Diapositive

Daltontijd: stillezen
timer
10:00

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Tekstdoel?

Slide 5 - Question ouverte


Tekstdoel?

Slide 6 - Question ouverte


Tekstdoel?

Slide 7 - Question ouverte

Tekstdoel?

Slide 8 - Question ouverte

Er zijn meerdere tekstdoelen.
Welk tekstdoel heeft een geboortekaartje?

Slide 9 - Question ouverte

Tekstsoort en tekstvorm
Tekstdoelen
Tekstsoorten
Tekstvormen
Informeren
Informatieve teksten
Nieuwsbericht/schoolboek/geboortekaartje
Instrueren/uitleg geven
Instruerende tekst/uitleggende tekst
Recept/handleiding
Activeren/tot handelen aansporen
Activerende teksten
Advertentie, folder, oproep
Amuseren
Amuserende teksten
Verhaal, liedtekst, strip, leesboek

Slide 10 - Diapositive

TIP!
Tekstvorm en tekstsoort worden vaak door elkaar gehaald.

Ezelsbruggetje = tekstVorm heeft een V van Voorbeeld. Tekstvorm is dus een VOORBEELD van een tekst, zoals een boekbespreking of een verhaal.

Slide 11 - Diapositive

Waaraan zie je dat dit een
aansporende tekst is?
Noem minimaal twee dingen.

Slide 12 - Question ouverte

Slide 13 - Vidéo

Waarom gebruikt de schrijver deze afbeeldingen bij een tekst over huisdieren?
De schrijver geeft extra informatie.
De schrijver wil de tekst leuker maken. 

Slide 14 - Question de remorquage

Waarom gebruikt de schrijver deze afbeeldingen bij een tekst over vakanties?
De schrijver geeft extra informatie.
De schrijver wil de tekst leuker maken. 

Slide 15 - Question de remorquage

Slide 16 - Diapositive

De bouwstenen van een tekst 
titel
inleiding
middenstuk
bron
afbeelding
slot
tussenkopje

Slide 17 - Question de remorquage

Hoofdzaken en bijzaken
De belangrijke informatie in een tekst noem je de hoofdzaken.
Wat niet zo belangrijk is zijn de bijzaken.

Slide 18 - Diapositive

Hoofdzaken
Belangrijke informatie over het onderwerp van de tekst.

  • Inleiding
  • Slot
  • Kernzinnen
Bijzaken
Minder belangrijke informatie, maken de hoofdzaken duidelijker.
  • voorbeeld
  • herhaling
  • uitleg
  • cijfers
  • details

Slide 19 - Diapositive

Kernzinnen?

Slide 20 - Diapositive

Kernzinnen

Slide 21 - Diapositive

Onderwerp en hoofdgedachte
Een tekst heeft natuurlijk altijd een ONDERWERP.
Daarnaast heeft elke tekst een HOOFDGEDACHTE.

De hoofdgedachte van een tekst 
vertelt in één zin de belangrijkste
boodschap van de tekst.

Slide 22 - Diapositive

Hoofdgedachte
Wat de schrijver van de tekst over een onderwerp schrijft,
noem je de HOOFDGEDACHTE.

Met andere woorden: de hoofdgedachte is het onderwerp + dat wat daarover verteld wordt.

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive